nr. 18
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 oktober 2006
In de brief aan uw Kamer inzake de beantwoording van vragen over de gestegen
kosten voor het overblijven op school sinds 1 augustus 2006 (Aanhangsel
der Handelingen II, vergaderjaar 2006–2007, nr. 82) heb ik aangekondigd
u de uitkomsten van het onderzoek naar de voorlichtingscampagne rondom de
wetswijziging tussenschoolse opvang te sturen. De «Rapportage onderzoek
naar voorlichtingscampagne over tussenschoolse opvang» is als bijlage
bij deze brief gevoegd.1 Ook stuur ik u1 op uw verzoek een afschrift van de brief aan de Vereniging
Bijzondere Scholen inzake de fiscale vrijstelling van de vergoeding aan vrijwillige
overblijfkrachten in het PO. In deze brief wordt naar de rapportage over tussenschoolse
opvang verwezen.
Voor het onderzoek zijn 500 schoolleiders van verschillende denominaties,
en van verschillende soorten scholen (stad/platteland, groot/klein) benaderd.
De belangrijkste conclusies uit het onderzoek zijn:
• Het overblijven is nauwelijks duurder geworden ten opzichte van
vorig jaar. In 86% van de gevallen zijn de kosten hetzelfde gebleven,
in 12% van de gevallen zijn de kosten verhoogd en in 2% van
de gevallen zijn de kosten zelfs verlaagd.
• Meer dan de helft van de ouders betaalt voor het overblijven tussen
de € 1,– en € 2,– per keer.
• De overblijfruimte wordt het vaakst als knelpunt genoemd (38%),
terwijl «het aantal overblijfkrachten» door 26% van de
respondenten als knelpunt wordt genoemd.
• De vergoeding aan vrijwilligers wordt door 8% van de respondenten
als knelpunt genoemd.
• 14% van de respondenten zegt dat de tussenschoolse opvang
door een instelling voor kinderopvang wordt georganiseerd.
• 59% van de respondenten geeft aan dat er plannen zijn om
het overblijven in de toekomst te relateren aan de voor- en naschoolse opvang.
Op grond van dit onderzoek zijn er geen aanwijzingen dat er als gevolg
van de wetswijziging tussenschoolse opvang of als gevolg van de richtlijn
die de Belastingdienst heeft vastgesteld voor de markt-conforme vergoeding
voor vrijwillige overblijfmedewerkers grote problemen zijn ontstaan in de
tussenschoolse opvang. Ik ga er dus vanuit dat ouders en schoolbesturen op
de meeste basisscholen erin zullen blijven slagen om het overblijven goed
te regelen. Ik zal de ontwikkelingen in de tussenschoolse opvang goed blijven
monitoren. In 2008 zal een evaluatie worden uitgevoerd naar de gevolgen van
de wetswijziging en de stand van zaken in de tussenschoolse opvang op dat
moment.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M. J. A. van der Hoeven