30 391 C
Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2005 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

nr. 3
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 12 december 2005

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen. De door de regering gegeven antwoorden zijn hierbij afgedrukt. Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De Voorzitter van de commissie,

Noorman-den Uyl

Adjunct-griffier van de commissie,

Hendrickx

1

Waarop is de toekenning van 3 fte per gemeente gebaseerd?

Indertijd (in 2000) hebben IPO en VNG gezamenlijk een berekening gemaakt van de omvang van de taken die van provincies naar gemeenten zouden worden overgedragen in het kader van de Wet bodembescherming (Wbb). Zij hebben vastgesteld dat voor de uitvoering van de taken als bevoegd gezag bodemsanering 3 fte per gemeente noodzakelijk is. Vervolgens is met het Ministerie van VROM overeenstemming bereikt over de financiering. Tot en met 2004 heeft het ministerie van VROM de 3 fte per gemeente uit het Wbb-budget gefinancierd. Vanaf 2005 vindt de financiering (deels) plaats door uitname uit het provinciefonds.

2

Is de uitname van € 5 213 000 mln., die in de laatste regel vermeld staat, correct? Moet dit niet zijn € 5 213 000 of € 5,213 mln.?

Het bedrag dat in de laatste regel vermeld staat is inderdaad niet juist. Dit moet € 5 213 000 of € 5,213 mln. zijn.

3

Waarom droegen de provincies bij aan het kenniscentrum Verkeer en Vervoer? Welke diensten, informatie of anderszins kregen zij in ruil voor deze bijdrage? Was dat voor alle provincies van toepassing? Hoe zal in de toekomst deze informatie of anderszins worden geleverd? Is de overheveling van € 161 000 naar het ministerie van VenW als zodanig herkenbaar in de begroting van VenW?

De provincies en andere decentrale overheden dragen sinds 1997 bij aan het kenniscentrum Verkeer en Vervoer, omdat dit in het Convenant Verkeer en Vervoer Regionaal, Decentraal, Integraal (VERDI), in 1996 gesloten tussen vertegenwoordigers van provincies en gemeenten, de minister van Verkeer en Waterstaat en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, zo is afgesproken.

De decentrale overheden kunnen vragen stellen aan het kenniscentrum en ontvangen kennisproducten van diverse aard.

Met ingang van 2004 in ieder geval tot en met 2007 is het kenniscentrum op grond van een bestuursovereenkomst tussen de minister van Verkeer en Waterstaat en bestuurlijke vertegenwoordigers van provincies, gemeenten, kaderwetgebieden en waterschappen omgevormd tot Kennisplatform Verkeer en Vervoer (KpVV) met als missie: Het KpVV is van en voor de decentrale overheden en vervult een schakelfunctie tussen centraal en decentraal voor de uitwerking en realisatie van het door de gezamenlijke overheden overeengekomen «nationaal» beleid, zoals geformuleerd in de essentiële onderdelen van de Nota Mobiliteit.

Het overgehevelde bedrag is niet als zodanig zichtbaar op de begroting van VenW, maar maakt deel uit van de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer, waaruit ook het Kennisplatform Verkeer en Vervoer wordt bekostigd.

4

Ten behoeve van de provinciale taken met betrekking tot de Natuurbeschermingswet en de Flora- en Faunawet wordt ruim € 9 mln. aan het provinciefonds toegevoegd. Worden hieruit alleen taken met betrekking tot ontheffingen of andere vergunningen gefinancierd? Zo nee, welke taken vallen hier dan nog meer onder? Betreft het hier ook gelden voor schadevergoedingen? Waarop is deze vergoeding gebaseerd? Wie draagt nu deze lasten? Hoe zijn deze kosten in het verleden berekend?

Ten behoeve van de uitvoering van de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet is aan provincies structureel € 9,05 mln toegezegd. Daarvan hangt € 7 mln samen met de kosten van vergunningverlening van activiteiten in Natura 2000-gebieden en € 2,05 mln met ontheffingverlening in kader van de Flora- en faunawet. Van de € 9 mln wordt € 7,55 mln binnen de begroting van LNV van dekking voorzien en komt € 1,5 mln uit de algemene middelen. Daarnaast komen de kosten voor het nemen van aanwijzingsbesluiten en het opstellen van beheerplannen voor alle Natura 2000-gebieden voor rekening van LNV, alsook de schadeuitkeringen uit het Faunafonds en de uitvoeringskosten van beide wetten op Rijksniveau.

5

Welke aanloopkosten worden er verwacht bij de inwerkingtreding van de wet op de archeologische monumentenzorg? Waarop is het bedrag van € 1,5 mln. gebaseerd?

Aanloopkosten bij provincies kunnen bestaan uit kosten ten behoeve van het voorbereiden van besluiten om archeologische attentiegebieden aan te wijzen, om de MER-procedure en de uitvoering van de ontgrondingenwet aan te passen, gemeenten te stimuleren en te ondersteunen etc.

Het bedrag van € 1.5 mln. is gebaseerd op de schatting welk totaalbedrag van rijkswege nodig zou zijn te vergoeden aan provincies en gemeenten als gevolg van taken voor provincies en gemeenten voortvloeiend uit dit wetsvoorstel. Die schatting bedroeg destijds 9 miljoen euro.

De afgelopen drie jaar 2003, 2004, 2005 heeft het ministerie van OCenW per jaar in totaal 3 miljoen euro beschikbaar gesteld aan provincies en gemeenten; 1.5 mln. euro aan provincies, 1.5 mln. euro aan gemeenten middels stortingen in het provincie-en gemeentefonds. In het jaar 2002 werd in totaal 2 miljoen euro aan provincies en gemeenten ter beschikking gesteld. De afgelopen vier jaar werd dus in totaal 11 miljoen euro beschikbaar gesteld aan provincies en gemeenten.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Kalsbeek (PvdA), Van Heemst (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Voorzitter, Vos (GL), Van Beek (VVD), Ondervoorzitter, Van der Staaij (SGP), Luchtenveld (VVD), Wilders (Groep Wilders), De Pater-van der Meer (CDA), Duyvendak (GL), Spies (CDA), Eerdmans (LPF), Sterk (CDA), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), Van Fessem (CDA), Smilde (CDA), Straub (PvdA), Nawijn (Groep Nawijn), Boelhouwer (PvdA), Dubbelboer (PvdA), Van Hijum (CDA), Van Schijndel (VVD), Irrgang (SP), Vacature (algemeen), Vacature (algemeen) en Vacature (SP).

Plv. leden: De Vries (PvdA), Dijsselbloem (PvdA), Fierens (PvdA), Vos (GL), Halsema (GL), Weekers (VVD), Slob (CU), Hirsi Ali (VVD), Szabó (VVD), Rambocus (CDA), Van Gent (GL), Çörüz (CDA), Van As (LPF), Van Haersma Buma (CDA), Koşer Kaya (D66), Knops (CDA), Van Bochove (CDA), Algra (CDA), Hamer (PvdA), Hermans (LPF), Leerdam, MFA (PvdA), Wolfsen (PvdA), Eski (CDA), Van der Sande (VVD), Kant (SP), Balemans (VVD), Vacature (PvdA) en de Wit (SP).

Naar boven