30 360
Samenvoeging van de gemeenten Roermond en Swalmen

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 21 februari 2006

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen. Onder het voorbehoud dat de regering de gestelde vragen tijdig en genoegzaam zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

1. Inleiding 2

2. Totstandkoming advies 2

2.1. Herindelingsbeleid kabinet 2

2.2. Algemeen herindelingsbeleid provincie Limburg 3

2.3. Voorgeschiedenis 3

3. Beoordeling van de regionale problematiek 4

4. Standpuntbepaling 5

4.1. Roermond en Swalmen 5

4.2. Swalmen en Beesel 6

5. De nieuwe gemeente Roermond 7

6. Regionale samenwerking 7

1. Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel.

De leden van de PvdA-fractie hebben met zorg kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Er leeft bij hen een aantal vragen.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel met betrekking tot de samenvoeging van de gemeenten Ambt Montfort en Roerdalen. Alvorens zij tot een definitief standpunt komen willen zij graag eerst enkele algemene opmerkingen maken en de regering diverse vragen stellen.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel.

De leden van de SGP-fractie hebben kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Voor hen roept dit zowel ten aanzien van de bestuurskracht als ten aanzien van het draagvlak de nodige vragen op.

2. Totstandkoming advies

2.1. Herindelingsbeleid kabinet

De leden van de PvdA-fractie vragen in de eerste plaats waarom de regering heeft besloten de herindelingvoorstellen Midden-Limburg in drie wetsvoorstellen te verdelen Deze vraag is mede ingegeven door hun vraag wat nu de integrale toekomstvisie is van de regering voor deze regio, wat betreft de sociaal-economische situatie, de bestuurskracht van de gemeenten en de krachtige positie van de centrumgemeenten, te weten Weert en Roermond. Kan de regering hier een visie op geven? Kan de regering vervolgens aangeven of deze herindelingvoorstellen, die tot robuuste gemeenten moeten leiden, een oplossing bieden voor de problematiek in die regio en dan niet alleen binnen de landsgrenzen, maar zeker ook in de dynamiek van de grensgebieden van Duitsland en België. Op grond van welke overwegingen is de regering van mening dat dit voorstel past in het Beleidskader herindeling? De leden van deze fractie zijn van mening dat door de samenvoeging van Roermond en Swalmen geen probleem wordt opgelost. Hoe ziet de regering in deze de regionale samenhang? Is de regering van mening dat deze herindeling een versterking zijn van de regio Midden-Limburg, met name in sociaal economisch opzicht in een vitaal gebied in de grensgebieden?

De leden van de VVD-fractie constateren, dat de provincie Limburg één herindelingsvoorstel voor het hele gebied Midden-Limburg heeft vastgesteld. Tot hun verbazing heeft de regering, anders dan gebruikelijk, de Tweede Kamer drie wetsvoorstellen voorgelegd in plaats van één wetsvoorstel. Zij vragen waarom de regering niet voor één wetsvoorstel voor het gehele gebied heeft gekozen. Deze aanpak maakt het voor de Tweede Kamer aanzienlijk ingewikkelder om haar medewetgevende taak goed uit te oefenen. Gaarne krijgen zij daarop een reactie van de regering.

Het is voor deze leden ook belangrijk te weten welke gemeenten nu deel uitmaken van de voorliggende herindelingsvoorstellen voor het gebied Midden-Limburg. In de Memorie van Toelichting wordt gemeld, dat de provincie Limburg een herindelingsprocedure voor de hele regio Midden-Limburg heeft gevoerd, inclusief de gemeenten Weert en Nederweert. Met deze gemeenten is ook (open) overleg gevoerd als bedoeld in de wet-Arhi. Beide gemeenten worden weliswaar niet opgeheven, maar de vraag van de leden van de VVD-fractie is of en in hoeverre deze gemeenten nu daadwerkelijk onderdeel hebben uitgemaakt van de gehele Arhi-procedure. Dat is hun niet geheel duidelijk. Ook zijn beide gemeenten bij het vervolgtraject betrokken geweest. Zo hebben beide gemeenten hun opvattingen gegeven, zowel schriftelijk als mondeling, in de richting van de Tweede Kamer. Anders gezegd: als de regering had gekozen voor de normaal gehanteerde werkwijze met één integraal wetsvoorstel zouden beide gemeenten dan onderdeel hebben uitgemaakt van de plankaart? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een nadere toelichting met betrekking tot de doorlopen Arhi-procedure voor het gebied Midden-Limburg en de positie van de gemeenten Weert en Nederweert daarbij.

2.2. Algemeen herindelingsbeleid provincie Limburg

De leden van de PvdA-fractie vragen hoe de regering de weging van de provincie beoordeelt. De nieuwe gemeente Roermond kan niet zelfstandig problemen oplossen en flankerend beleid is dus geboden, maar toch is de provincie met dit advies gekomen. Waarom keurt de regering dit goed? Wat is de rol van de regering in een herindeling als een voorstel geen oplossing biedt voor het gestelde probleem? Heeft de regering overleg gehad met de provincie in deze?

2.3. Voorgeschiedenis

De leden van de CDA-fractie constateren dat noch Roermond noch Swalmen zich hierin kan vinden. In hoeverre is hier dan sprake van draagvlak zoals geformuleerd in het Beleidskader, zo vragen deze leden.

De positie van Swalmen is onduidelijk: is de gemeenteraad voor behoud van zelfstandigheid of is er wel sprake van draagvlak voor een andere herindelingsvariant? De leden van de CDA-fractie vragen de regering het antwoord op deze vragen uitvoerig te beargumenteren. Een herindeling wordt overwogen om ruimtelijke en andere vraagstukken op te lossen. Zowel Roermond als Swalmen geeft aan dat met deze fusie van een oplossing van de knelpunten van Roermond geen sprake is.

De leden van de PvdA-fractie vragen zich met zorg af waarom de regering in haar toelichting geen melding maakt van het gebrek aan draagvlak in Swalmen. De regering stelt slechts dat de betrokken gemeenteraden hun visie hebben kenbaar gemaakt. Waarom meldt de regering niet gewoon hoe de stemverhoudingen voor of tegen waren in betreffende gemeenteraden? Waarom maakt de regering er geen melding van dat de gemeenteraad van Swalmen tegen deze herindeling is?

De leden van de SP-fractie zijn bereid herindelingen te steunen die veel lokaal draagvlak hebben. In gevallen waar dit niet zo is, zien deze leden de meerwaarde van herindelingen niet in. Vaak horen zij klachten van afnemende dienstverlening, stijgende lasten, dure nieuwe gemeentehuizen. Over economische voordelen en betere samenwerking tussen gemeenten of over schaalvoordelen bij «gedwongen herindelingen» horen zij veel minder. Zij verzoeken de regering het draagvlak voor deze herindeling nader te motiveren.

De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat de samenvoeging van de gemeenten Roermond en Swalmen op nogal wat verzet stuit. Zowel vanuit de gemeente Roermond als de gemeente Swalmen. Zowel bestuurlijk, als onder de bevolking. Zij vragen de regering dan ook naar een toelichting op de zinsnede dat «hoewel er bij de beide huidige gemeenten draagvlak is voor herindeling, bleek het niet mogelijk om een breder draagvlak in de betrokken gemeenten voor deze samenvoeging tot stand te brengen.» (p. 2 MvT) Hoe breed is dat draagvlak dan precies, zo vragen zij. Op welke wijze is gewerkt aan het creëren van een zo groot mogelijk draagvlak? Ook vragen zij naar de interne samenhang van de nieuwe gemeente.

Hoe verhoudt zich dit tot de opmerkingen in het beleidskader voor herindelingen dat een groot draagvlak van belang is voor de democratische legitimatie van de voorstellen?

De leden van de SGP-fractie stellen vast dat de gemeente Roermond weinig meerwaarde ziet in samenvoeging met Swalmen. De gemeente Swalmen wenst deze samenvoeging niet en heeft voorkeur voor alternatieven. Daarmee lijkt het noodzakelijke draagvlak te ontbreken. Kan de regering nader ingaan op het draagvlak in bestuur en samenleving van de gemeente Swalmen? Welke gegevens zijn daarover bekend? Welke rol heeft het draagvlakcriterium gespeeld bij de totstandkoming van het voorliggende wetsvoorstel?

3. Beoordeling van de regionale problematiek

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering of zij er van overtuigd is dat al deze herindelingen een versterking van de regio Midden-Limburg vormen, met name in sociaal-economisch opzicht voor dit vitale grensgebied.

De leden van de VVD-fractie merken op, dat uit de bezoeken, de brieven en de hoorzitting blijkt dat het voor Midden-Limburg niet eenvoudig is zich te handhaven in het economisch krachtenveld. De rol voor de gemeenten Weert en Roermond is daarbij van groot belang. Al eerder in de geschiedenis, bij discussies over herindelingen, is aandacht gevraagd voor de trekkersrol van beide gemeenten. Zo werd op 12 juni 1990 in de Tweede Kamer de motie-Castricum (TK 21 226 nr. 17) met brede steun aanvaard. De motie constateerde reeds toen dat de positie van de gemeente Roermond in de toenmalige herindelingsvoorstellen voor Midden-Limburg onvoldoende werd versterkt. Wat is er sindsdien gedaan om voor deze constatering een oplossing te bieden, zo vragen de leden van de VVD-fractie.

Ook nu weer komt, met name, de gemeente Roermond er in de voorstellen bekaaid af, zo wordt wel beweerd. Kan de regering uiteenzetten wat de behoeften van de gemeenten Weert en Roermond zijn om hun rol in de toekomst te kunnen blijven spelen? Hoe is het gesteld met het draagvlak voor regionale voorzieningen en de mogelijkheden om zich binnen de huidige grenzen verder te ontwikkelen als het gaat om woningbouw en bedrijfsvestigingen? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie daarop een reactie van de regering. Daarnaast willen deze leden graag weten wat de opvattingen van de regering zijn ten aanzien van de krachtsverhoudingen in het gehele gebied, als naast de gemeenten Roermond en Weert een beperkt aantal grote randgemeenten ontstaan zonder dat de gemeenten Roermond en Weert in gelijke mate meegroeien.

Is de regering het met deze leden eens dat de beide trekkers voor het gehele gebied van groot belang zijn? Is de regering met hen van opvatting dat als het goed gaat met Roermond en Weert dat daarmee het gehele gebied is gediend? Maar ook omgekeerd, dat als het slecht gaat met Roermond en Weert, omdat zij onvoldoende in staat zijn hun rol waar te maken, dat dat uiteindelijk zeer negatief voor het gehele gebied uitwerkt?

De leden van de SP-fractie vinden dat gemeenten problemen uit de regio, zoals de verdeling van sociale woningbouw en de opname van verschillende economische klassen, uitdrukkelijk moeten zien als een probleem dat niet enkel aan centrumgemeenten mag worden overgelaten. Anderzijds kan het niet zo zijn dat grote gemeenten «landjepik» spelen bij omringende gemeenten. De leden van de SP-fractie constateren dat in het verleden door herindelingen gemeenten juist sterk aan hun eigen belangen gingen denken, terwijl zij in het verleden genegen waren om samen te werken. De leden van de SP-fractie vermoeden dat de daadwerkelijke samenvoeging bij de gemeenten een afkeer veroorzaakt die er normaliter niet is. Afzonderlijke gemeenten zijn in principe gelijkwaardig maar een samengevoegde gemeente zal worden geleid door de meerderheid waarin een kleine «oud-gemeente» haar belangen slechts beperkt vertegenwoordigd zal zien. De leden van de SP-fractie vragen de regering een oordeel te geven over de voor- en nadelen van de herindeling in dit opzicht.

De regering stelt, zo merken de leden van de fractie van de ChristenUnie op, dat er in de regio draagvlak bestaat om de huidige gemeente Roermond te steunen in haar stedelijke herstructureringsopgave en dat de niet-vrijblijvende afspraken op dit punt worden gezien als flankerend beleid voor de voorliggende herindelingen. Betekent dit dat de regering deze niet-vrijblijvende afspraken als een voorwaarde ziet voor de doorgang van de herindelingen? Tevens vragen deze leden in dat verband naar de duurzaamheid van de voorliggende herindeling.

4. Standpuntbepaling

4.1. Roermond en Swalmen

De leden van de CDA-fractie stellen vast dat een herindeling wordt overwogen om ruimtelijke en andere vraagstukken op te lossen. Zowel Roermond als Swalmen geeft aan dat met deze fusie van een oplossing van de knelpunten van Roermond geen sprake is. In de Memorie van Toelichting stelt het kabinet dat Roermond tot 2014 kan voldoen aan de behoefte aan woonlocaties. Na 2014 niet meer, maar dan is er mogelijkheid in de directe omgeving van Roermond, bijvoorbeeld in Swalmen, zo schrijft de regering. De leden van de CDA-fractie vragen waarom er dan nu een herindeling moet plaatsvinden, wanneer hiervoor geen draagvlak is. Kan Swalmen over acht jaar niet ten behoeve van Roermond op zijn grondgebied woningen bouwen?

De leden van de PvdA-fractie constateren dat zowel Roermond als Swalmen het oneens is met deze fusie. De gemeente Roermond stelt dat de huidige omvang niet duurzaam is en geen probleem oplost. Eveneens is er sprake van een ruimtelijke behoefte. De woningraming stelt dat er ruimte is tot 2014. Maar, zo vragen deze leden, waar is dan die befaamde duurzaamheid van dit voorstel?

Is de regering van mening dat een termijn van acht jaar duurzaam is? Hoe verhoudt zich dat dan tot eerdere uitspraken van de regering dat een gemeente er dan toch wel 25 jaar tegen moet kunnen? De regering stelt dat Swalmen dan uitkomst biedt. De gemeente Swalmen is echter deel van de ecologische hoofdstructuur, hoe wil de regering dit dan combineren? Provinciale Staten hebben uitgesproken dat de stedelijke vraagstukken gerealiseerd moeten worden via regionale samenwerking. Kan de regering de leden van de fractie van de PvdA uitleggen wat dan de zin is van een herindeling? Is de regering het met deze leden eens dat er nu sprake zal zijn van én herindeling én samenwerking, die beide bestuurlijke drukte te weeg brengen. Kan de regering exact aangeven wat de administratieve lasten zullen zijn van dit voorstel? Kan de regering aangeven hoeveel gemeenschappelijke regelingen, na uitvoering van dit voorstel, zullen blijven bestaan of in het leven zullen moeten worden geroepen?

Waarom is de regering, en eerder de provincie, niet ingegaan op de voorstellen en varianten vanuit Roermond? De regering wil flankerend beleid door middel van samenwerking. Is de regering op de hoogte van de «bereidheid» in Midden-Limburg tot samenwerking? Is de regering voldoende op de hoogte van de bestuurlijke spanningen in het gebied?

Uit alle informatie, schriftelijk en mondeling, is de leden van de VVD-fractie gebleken dat de herindeling in Midden-Limburg wel erg totstandkomt met de rug naar het stedelijk gebied toe. Zelfs de samenvoeging van de gemeenten Roermond en Swalmen willen een aantal insprekers weer ongedaan maken. Wat vindt de regering van deze beweging?

Het gemeentebestuur van Roermond heeft de Tweede Kamer laten weten dat het de voorkeur geeft aan een samenvoeging van de gemeenten Roermond, Swalmen, Roerdalen en Ambt-Montfort. Wat vindt de regering van deze variant? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het breed gedragen verzet van de gemeente Swalmen. Deze leden willen weten of de regering overtuigd is van de werkbaarheid van deze samenvoeging nu de gemeente Swalmen met de rug naar Roermond toe staat. In hoeverre is een herindeling met de gemeente Beesel te verkiezen, zo vragen zij.

Zij menen dat de huidige gemeente Roermond een verzamelplaats van problemen uit de regio dreigt te worden. Deze leden vinden dat dit voorkomen moet worden en vragen de regering of hij – eventueel buiten de herindeling om – perspectieven ziet om de huidige gemeente Roermond hierbij te ondersteunen. Ziet de regering mogelijkheden, bijvoorbeeld met grenscorrecties? De leden van de SP-fractie constateren op dit punt dat de gemeente Swalmen voor een groot deel bestaat uit natuurgebied, wat weinig toe zal voegen aan de behoefte van de gemeente Roermond aan bedrijfsterreinen, woningbouwmogelijkheden of andere meer «stedelijke» faciliteiten.

4.2. Swalmen en Beesel

De leden van de PvdA-fractie lezen met verbazing dat de gemeente Beesel stelt geen belangstelling te hebben voor een fusie met Swalmen. Is de regering op de hoogte van de keuze van Beesel om buiten deze herindeling te blijven vanwege de angst ingelijfd te worden bij Roermond? Is de regering er van op de hoogte dat de gemeente Beesel wel belangstelling heeft voor een fusie met Swalmen, maar niet eerder wil bewegen dan nadat Swalmen «los» is van deze herindeling met Roermond? Volgt de regering de regionale ontwikkelingen en de berichtgeving hierover in de regionale dagbladen? Waarom ziet de regering af van een bestuurskrachtmeting in Beesel? Deze leden zijn van mening dat een regionale «grens» geen belemmering mag zijn om een dergelijke meting te houden. Is de regering het met deze leden eens dat het belang van het oplossen van een probleem groter is dan een grens?

Uit de schriftelijke en mondelinge informatie stellen de leden van de VVD-fractie vast dat de gemeente Swalmen ook denkt aan een samenvoeging met het buiten het herindelingsgebied gelegen Beesel. De gemeente Beesel wil echter niet worden toegevoegd aan het herindelingplan maar steunt wel de wens tot vorming van een tussengemeente tussen Venlo en Roermond. Wat vindt de regering van dit alternatief?

De leden van de SGP-fractie vragen of de gemeente Swalmen qua karakter bij de gemeente Roermond past. Ligt een fusie tussen de gemeenten Swalmen en Beesel met het oog op het karakter van die gemeenten, het gewenste draagvlak en de meerwaarde op het punt van de bestuurskracht niet meer voor de hand? Kan de regering ook ingaan op de verschillen in bestuurskrachtperspectief van de gemeenten Swalmen en Beesel, zo vragen zij. Op grond waarvan moet worden geconcludeerd dat een zelfstandige gemeente Swalmen in de toekomst onvoldoende bestuurskracht zal hebben, ook als alternatieven in de vorm van intergemeentelijke samenwerking bij de afweging worden betrokken? Welke rol heeft het stedelijke dan wel landelijk karakter van de betrokken gemeente gespeeld bij de totstandkoming van het onderhavige voorstel?

5. De nieuwe gemeente Roermond

Wat brengt de regering er toe te stellen dat de nieuwe gemeente Roermond zich beter zal kunnen kwijten van haar centrumtaak, zo vragen de leden van de PvdA-fractie. Waarom is de regering van mening dat Roermond sterker in de regio zal staan? Kan de regering de problematiek van de gemeente Roermond punt voor punt in beeld brengen en dan aangeven welke problemen opgelost worden door deze fusie. Deze leden denken dan aan de volgende onderdelen: economische ontwikkeling, zowel uitbreiding van bedrijventerreinen als bevordering van de middenstand, sociale problematiek en armoede, sociale misstanden zoals misdaad en drugsgebruik, woningbouw, versterking bestuurskracht (opschaling, ambtelijk apparaat en afname bestuurlijke drukte). Indien deze problematiek niet geheel wordt opgelost door deze fusie, en deze leden kunnen zich niet aan die indruk onttrekken, waarom stelt de regering dan deze fusie voor?

Waarom overweegt de regering niet de fusie met Roerdalen, Ambt-Montfort en Swalmen? Hoe ziet de regering de rol van de centrumgemeente als alle andere gemeenten met hun rug naar de stad zijn gaan staan? Hoe wil de regering handelen als de voorgestelde samenwerking niet van de grond komt en het flankerend beleid niet werkt. Deze leden vragen of er al signalen zijn voor het falen van het flankerend beleid.

Hoe beoordeelt de regering het belang van werkgelegenheid voor de regio gezien de sociale problematiek? Is de regering van mening dat het van belang is voor, en ook gewenst is door, het bedrijfsleven om slechts zaken te doen met een partner en niet met een veelvoud van gemeenten? Kent de regering het rapport van de Kamer van Koophandel in deze? Wat is hierop de visie van de regering, zo vragen deze leden.

De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen naar de interne samenhang van de nieuwe gemeente.

6. Regionale samenwerking

De leden van de CDA-fractie vragen de regering toe te lichten welke de problemen zijn waarvoor Roermond zich gesteld ziet en hoe deze fusie de genoemde problemen kan oplossen. Bij de behandeling van het voorstel in Provinciale Staten van Limburg is een motie aangenomen voor de oprichting van een Regiofonds, waarin naast de provincie alle Midden-Limburgse gemeenten zouden moeten deelnemen. Het gaat hier om een niet-vrijblijvende samenwerking. De uitvoering van de motie is inmiddels in volle gang. Kan de regering aangeven of inderdaad alle gemeenten hieraan deelnemen? In hoeverre kan en wil Roermond gebruik maken van de mogelijkheden die deze samenwerking biedt?

De leden van de PvdA-fractie vragen of de regering op de hoogte is van de stand van zaken m.b.t. de uitvoering van de motie samenwerking regio-Roermond? Waarom is de regering van mening dat flankerend beleid noodzakelijk is? Geeft de regering hierbij niet aan dat de herindeling op zich onvoldoende antwoord geeft op de regionale problematiek? Is een herindeling immers niet juist bedoeld om structureel de problematiek op te lossen van gebrekkige bestuurskracht en samenhang? De leden vragen ook wat de consequenties zijn als de motie niet of onvoldoende wordt uitgevoerd? Voorts vragen zij hoe het flankerend beleid zich verhoudt tot de inspanningen van de regering om de bestuurlijke drukte terug te dringen.

De voorzitter van de commissie,

Noorman-den Uyl

Adjunct-griffier van de commissie,

Hendrickx


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Kalsbeek (PvdA), Van Heemst (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Voorzitter, Vos (GL), Van Beek (VVD), Ondervoorzitter, Van der Staaij (SGP), Luchtenveld (VVD), Wilders (Groep Wilders), De Pater-van der Meer (CDA), Duyvendak (GL), Spies (CDA), Eerdmans (LPF), Sterk (CDA), Van der Ham (D66), Algra (CDA), Haverkamp (CDA), Van Fessem (CDA), Smilde (CDA), Straub (PvdA), Nawijn (Groep Nawijn), Boelhouwer (PvdA), Dubbelboer (PvdA), Van Schijndel (VVD), Irrgang (SP), Meijer (PvdA), Vacature (algemeen) en Vacature (SP).

Plv. leden: De Vries (PvdA), Dijsselbloem (PvdA), Fierens (PvdA), Halsema (GL), Weekers (VVD), Slob (CU), Hirsi Ali (VVD), Szabó (VVD), Rambocus (CDA), Van Gent (GL), Çörüz (CDA), Van As (LPF), Van Haersma Buma (CDA), Koşer Kaya (D66), Eski (CDA), Knops (CDA), Van Bochove (CDA), Van Hijum (CDA), Hamer (PvdA), Hermans (LPF), Leerdam, MFA (PvdA), Wolfsen (PvdA), Van der Sande (VVD), Kant (SP), Balemans (VVD), Vacature (PvdA) en De Wit (SP).

Naar boven