nr. 4
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op 12 juli 2005 te
Cardiff totstandgekomen Verdrag tussen de Regeringen van het Koninkrijk der
Nederlanden, de Bondsrepubliek Duitsland, de Franse Republiek, en het Verenigd
Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland inzake samenwerking
op het gebied van ultracentrifugetechnologie ingevolge artikel 91, eerste
lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeft, alvorens
het Koninkrijk daaraan kan worden gebonden;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
Het op 12 juli 2005 te Cardiff totstandgekomen Verdrag tussen de
Regeringen van het Koninkrijk der Nederlanden, de Bondsrepubliek Duitsland,
de Franse Republiek, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië
en Noord-Ierland inzake samenwerking op het gebied van ultracentrifugetechnologie,
waarvan de Engelse en de Nederlandse tekst is geplaatst in Tractatenblad 2005,
266, wordt goedgekeurd voor Nederland.
Artikel 2
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Buitenlandse Zaken,
De Minister van Economische Zaken,
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,