30 305
Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 in verband met enkele aanpassingen van de wijze van stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsvoorziening

nr. 13
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN HESSELS EN SAMSOM TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 8

Ontvangen 17 mei 2006

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Na artikel I, onderdeel A, worden de volgende onderdelen toegevoegd:

Aa

Artikel 16, tweede lid, onderdeel e, komt te luiden:

e. de milieukwaliteit van de elektriciteitsvoorziening en het doelmatig gebruik van warmte te bevorderen;

Ab

1. Artikel 31, negende lid, onderdeel d, komt te luiden:

d. het uitgeven van certificaten voor klimaatneutrale elektriciteit en elektriciteit opgewekt door middel van warmtekrachtkoppeling dan wel het uitgeven van certificaten voor warmte, als bedoeld in artikel 72na, eerste lid, en het beheer van een certificatenrekening onderscheidenlijk het uitgeven van garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit en het beheer van een rekening;

2. Artikel 31, negende lid, onderdeel e, komt te luiden:

e. het verstrekken van informatie over de certificaten en de garanties van oorsprong ten behoeve van de verstrekking van de in de artikelen 72m en 72na bedoelde subsidie;

Ac

Artikel 69, eerste lid, komt te luiden:

1. De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet heeft ten behoeve van de stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie alsmede ter bevordering van een doelmatig gebruik van warmte tot taak een subsidie te verstrekken als bedoeld in paragraaf 2.2, alsmede de taken te verrichten, bedoeld in paragraaf 2.3.

II

In artikel I, onderdeel B, wordt na artikel 72n het volgende artikel ingevoegd:

Artikel 72na

1. In dit artikel wordt verstaan onder warmte: warmte die nuttig wordt aangewend, anders dan voor de productie van elektriciteit.

2. De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet kan op aanvraag een subsidie verstrekken aan een persoon die warmte levert aan een of meer in Nederland gevestigde verbruikers van warmte.

3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen de activiteiten waarvoor subsidie kan worden verstrekt, nader worden bepaald, alsmede de criteria voor die verstrekking worden vastgesteld.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen voorts regels worden gesteld met betrekking tot:

a. het bedrag van de subsidie en de besluitvorming daarover;

b. de aanvraag van de subsidie en de besluitvorming daarover;

c. de voorwaarden waaronder de subsidie wordt verleend;

d. de verplichtingen voor de subsidie-ontvanger;

e. de vaststelling van de subsidie;

f. intrekking en wijziging van de subsidieverlening of -vaststelling;

g. de betaling van de subsidie en het verlenen van voorschotten;

h. de aanwijzing van een of meer personen die worden belast met het meten van de hoeveelheid geleverde warmte.

5. Onze Minister kan ontheffing verlenen van de regels bedoeld in het derde en vierde lid. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen hiervoor regels worden gesteld.

6. De voordracht voor een krachtens het derde, vierde of vijfde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan de beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

7. Over het ontwerp van een krachtens het derde, vierde of vijfde lid vast te stellen regeling voert Onze Minister overleg met representatieve organisaties van marktpartijen.

III

Artikel I, onderdeel C, komt te luiden:

C

Artikel 72aa wordt gewijzigd als volgt:

Het eerste lid komt te luiden:

1. De netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet betaalt de subsidie, bedoeld in de artikelen 72m en 72na, en de door hem en de netbeheerders gemaakte kosten van de uitvoering van deze subsidie geheel of gedeeltelijk uit een tarief voor de milieukwaliteit van de elektriciteitsvoorziening.

2. In het tweede lid wordt na «milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie» ingevoegd: en het doelmatig gebruik van warmte.

3. Aan het artikel wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van de uitvoering van het tweede en derde lid.

IV

Artikel I, onderdeel E, komt te luiden:

E

In artikel 77i, eerste lid, onderdeel a, wordt «72z» vervangen door: 72m, tweede en derde lid, 72na.

Toelichting

Vanuit een oogpunt van energiebesparing, beperking van de uitstoot van broeikasgassen en een duurzame energievoorziening is het wenselijk dat het nuttig gebruik van (rest)warmte wordt bevorderd. De voorgestelde regeling maakt het mogelijk, indien de omstandigheden daartoe aanleiding mogen geven, voor onrendabele warmteprojecten subsidie te verlenen. Daarmee levert de voorgestelde regeling een belangrijke bijdrage aan het in stand houden en uitbreiden van warmteprojecten. Onder warmte wordt in dit verband verstaan warmte die nuttig wordt aangewend, anders dan voor het opwekken van elektriciteit. Warmte gebruikt voor verwarming van gebouwen of ten behoeve van productieprocessen zijn voorbeelden van warmte die nuttig wordt aangewend en die voor subsidie in aanmerking kunnen komen.

Hessels

Samsom

Naar boven