nr. 105
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 december 2005
Op 14 december 2005 ontving ik een tweetal aanvullende amendementen
op de ontwerpbegroting 2006. In deze brief geef ik, mede namens de staatssecretaris,
een reactie op deze amendementen.
Amendement 30 300 XVI, nr. 97 over uitbreiding van
de heroïne- behandeling
Hoewel de bezwaren zoals ik die kenbaar hebben gemaakt tijdens de begrotingsbehandeling
onverminderd van kracht zijn, vind ik dit gewijzigde amendement beter in lijn
met de huidige situatie.
Indien het amendement wordt aangenomen, zal ik het als volgt uitvoeren.
De gemeenten van wie de aanvraag voor extra behandelplaatsen in eerste instantie
is afgewezen omdat zij structurele financiering als voorwaarde stellen komen
alsnog in aanmerking voor een eenmalige bijdrage van € 26 151
per plaats. Het gaat daarbij om in totaal honderd plaatsen in de gemeenten
Maastricht, Leiden, Deventer, Leeuwarden. Voorwaarde is dat de gemeenten afzien
van hun voorbehoud van een structurele bijdrage vanuit de Rijksoverheid en
dat zij hun aanvraag uiterlijk 1 april 2006 indienen. De eenmalige bijdrage
zal aan de gemeenten gespreid over de jaren 2006 en 2007 beschikbaar worden
gesteld.
De dekking van het amendement moet voor de helft gevonden worden binnen
artikel 21. Ik zal bezien of de post verslavingszorg hiervoor voldoende ruimte
biedt. Bij eerste suppletore wet 2006 zal ik aangeven hoe de dekking gerealiseerd
wordt. De andere helft van de dekking dient conform het ingediende amendement
op de Justitiebegroting gevonden te worden.
Ik wil nogmaals benadrukken dat dit amendement de bovengenoemde gemeenten
de mogelijkheid geeft alsnog een eenmalige bijdrage te ontvangen voor het
realiseren van uitbreidingsplaatsen heroïnebehandeling. Er is dus geen
sprake van structurele financiering van deze plaatsen.
Amendement 30 300 XVI, nr 98 over het project OK
Kids
Ik ontraad dit amendement.
Naar aanleiding van het Amendement 30 300 XVI 98 waarbij voorgesteld
wordt om 800 duizend euro van Maatschappelijke ondersteuning over te hevelen
naar Jeugdbeleid het volgende.
De door u voorgestelde dekking voor het OK Kids project is niet deugdelijk.
Het neerwaarts bijstellen van de uitgaven op artikel 34 bij 2e Suppletore
Wet 2005 is veroorzaakt door een incidentele vertraging in een tweetal projecten.
Deze onderuitputting zal zich naar aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid
in 2006 niet voordoen. Deze verwachting is gerechtvaardigd omdat het Will-project
(infovoorzieningen in de welzijnssector) in het begrotingsjaar zal worden
geïmplementeerd. Daarnaast zal de beleidsbrief Vrijwillige inzet die
in een AO met uw Kamer is besproken in 2006 in uitvoering worden genomen.
Zoals bekend is de uitvoering van het preventieve jeugdbeleid gedelegeerd
aan de gemeenten. De hulp aan deze specifieke doelgroep maakt hier onlosmakelijk
onderdeel van uit. Een aparte keten voor hulp bij scheidings- en omgangsproblematiek
vind ik ongewenst. Het ontwikkelen van ketens voor verschillende doelgroepen
zou tot een wirwar aan samenwerkingsverbanden en daarmee tot onduidelijkheid
en een gebrek aan samenhang leiden.
De Operatie Jong beoogt nu juist meer samenhang aan te brengen in het
jeugdbeleid, waarbij onder andere juist gekeken wordt naar het harmoniseren
van het aantal samenwerkingsverbanden.
Om bovengenoemde redenen is een eerder subsidieverzoek van OK Kids afgewezen.
Ik ontraad derhalve het amendement.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
J. F. Hoogervorst