nr. 99
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 juli 2006
Hierbij doe ik u mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport en de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer de antwoorden toekomen op de vragen die in uw brief (kenmerk
06-LNV-B-48) van 2 mei 2006 gesteld zijn door de vaste commissie Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit over de bestrijding van bloedluis in pluimveestallen.
1
Welke effectieve biociden tegen bloedluis mogen in
Nederland aangewend worden?
Onder verwijzing naar mijn brief van 20 mei 2005 zijn momenteel toegelaten
voor de bestrijding van bloedluis in leegstaande verblijfsruimten: «Solfac
Vloeibaar» (werkzame stof cyfluthrin), «Lurectron Nevelautomaat»
(werkzame stof dichloorvos) en silicapoeder. Succesvolle inzet wordt bepaald
door een nauwkeurig management: zorgvuldige toepassing gevolgd door een strikte
hygiëne om nieuwe insleep te voorkomen. Daarnaast is het continu monitoren
van de aanwezigheid van de bloedluis tijdens de legperiode noodzakelijk om
eventuele opkomende problemen direct te kunnen onderdrukken.
2
In hoeverre verschilt de Nederlandse regelgeving hieromtrent
met andere Europese lidstaten? Zijn in deze lidstaten meer biociden toegelaten?
Zo ja, liggen eieren en vlees uit deze lidstaten in de Nederlandse winkels?
De Biocidenrichtlijn (98/8/EG) is sinds 15 mei 2000 van kracht en
omgezet in Nederlandse wetgeving. De richtlijn beoogt het toelatingsbeleid
van biociden in de Europese Unie te harmoniseren. Lidstaten mogen echter tot
15 mei 2010 hun bestaande systeem blijven toepassen, voor zover het bestaande
werkzame stoffen betreft die op 15 mei 2000 op de markt waren en die
nog niet door de Commissie van de Europese gemeenschappen zijn
beoordeeld. Voor nieuwe (na 15 mei 2000 ontwikkelde) werkzame stoffen
en reeds beoordeelde bestaande werkzame stoffen geldt het geharmoniseerde
systeem van de Richtlijn.
De Europese harmonisatie van de toelating van biociden bevindt zich dus
in een overgangsfase. Vanwege de nu nog toegestane verschillen in toelatingsbeleid
per lidstaat is het niet mogelijk om op korte termijn een volledig overzicht
te geven van biociden die in andere EU-lidstaten zijn toegelaten ter bestrijding
van bloedluis in pluimveestallen. Wel is bekend dat in een aantal andere landen
van Europa biociden zijn toegestaan met als werkzame stof carbamaat. Eieren
van kippen behandeld met deze stof mogen in Nederland worden verkocht. De
kans dat deze eieren worden aangetroffen in Nederlandse winkels is echter
gering. Nederland is immers een eieren-exporterend land.
3
Wordt in Duitsland nicotinezuur gebruikt ter bestrijding
van bloedluis? Mag dat middel ook in Nederland worden gebruikt? Zo neen, waarom
niet?
In Duitsland is momenteel nicotinezuur niet toegelaten voor de bestrijding
van bloedluizen, noch in stallen met dieren, noch in lege stallen. Het middel
is ook in Nederland niet toegelaten. Er heeft geen beoordeling kunnen plaatsvinden
omdat er geen aanvraag is gedaan door een toelatingshouder bij het CTB.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C. P. Veerman