nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 november 2005
Bij uw brieven van 20 september en 11 oktober jl. heeft u, op
verzoek van het lid Karimi, de regering herinnerd aan het verzoek van de Commissie
voor de Inlichtingenen Veiligheidsdiensten (CIVD) van Uw Kamer, het geheime
rapport over de zaak-Khan uit 1979 ter vertrouwelijke inzage aan de desbetreffende
Vaste Kamercommissie toe te sturen. Ik heb over dit verzoek overleg gevoerd
met mijn ambtgenoten van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Justitie en Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties. In antwoord bericht ik u, mede namens voornoemde
ambtgenoten, het volgende.
Ik deel u mede dat thans aan het verzoek van de CIVD kan worden voldaan.
Ik zal voor de vertrouwelijke inzage van het rapport, met inbegrip van alle
bijlagen, in overleg met uw griffie gaarne een praktische regeling treffen1.
De regering heeft zich voorts de vraag gesteld in hoeverre het rapport
openbaar gemaakt kan worden. Hoewel het in het belang van de Staat is, ervoor
zorg te dragen dat vertrouwelijk verzamelde informatie daadwerkelijk vertrouwelijk
blijft – opdat zeker wordt gesteld dat ook in de toekomst medewerking
aan onderzoeken wordt verleend – heeft de regering gemeend in het onderhavige
geval, tenminste wat betreft de hoofdtekst van het rapport, tot een bijzondere
stap te moeten besluiten, dat is om verder te gaan dan de gevraagde vertrouwelijke
overlegging en om het tot nu toe geheime rapport voor eenieder publiek te
maken. Derhalve zend ik u hierbij de nu openbaar gemaakte hoofdtekst van het
rapport toe2. In de tekst zijn niet eerder openbaar
gemaakte persoons- en bedrijfsnamen onleesbaar gemaakt ter bescherming van
de persoonlijke levenssfeer van en ter voorkoming van onevenredige benadeling
van betrokkenen.
Openbaarmaking van de bijlagen van het rapport vergt evenwel een nader
onderzoek. Ik hoop u zo spoedig mogelijk te informeren over de resultaten
van dit onderzoek.
Mede namens de Minister van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Justitie
en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
De Minister van Economische Zaken,
L. J. Brinkhorst