30 300 XIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2006

nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 november 2005

Bij uw brieven van 20 september en 11 oktober jl. heeft u, op verzoek van het lid Karimi, de regering herinnerd aan het verzoek van de Commissie voor de Inlichtingenen Veiligheidsdiensten (CIVD) van Uw Kamer, het geheime rapport over de zaak-Khan uit 1979 ter vertrouwelijke inzage aan de desbetreffende Vaste Kamercommissie toe te sturen. Ik heb over dit verzoek overleg gevoerd met mijn ambtgenoten van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In antwoord bericht ik u, mede namens voornoemde ambtgenoten, het volgende.

Ik deel u mede dat thans aan het verzoek van de CIVD kan worden voldaan. Ik zal voor de vertrouwelijke inzage van het rapport, met inbegrip van alle bijlagen, in overleg met uw griffie gaarne een praktische regeling treffen1.

De regering heeft zich voorts de vraag gesteld in hoeverre het rapport openbaar gemaakt kan worden. Hoewel het in het belang van de Staat is, ervoor zorg te dragen dat vertrouwelijk verzamelde informatie daadwerkelijk vertrouwelijk blijft – opdat zeker wordt gesteld dat ook in de toekomst medewerking aan onderzoeken wordt verleend – heeft de regering gemeend in het onderhavige geval, tenminste wat betreft de hoofdtekst van het rapport, tot een bijzondere stap te moeten besluiten, dat is om verder te gaan dan de gevraagde vertrouwelijke overlegging en om het tot nu toe geheime rapport voor eenieder publiek te maken. Derhalve zend ik u hierbij de nu openbaar gemaakte hoofdtekst van het rapport toe2. In de tekst zijn niet eerder openbaar gemaakte persoons- en bedrijfsnamen onleesbaar gemaakt ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer van en ter voorkoming van onevenredige benadeling van betrokkenen.

Openbaarmaking van de bijlagen van het rapport vergt evenwel een nader onderzoek. Ik hoop u zo spoedig mogelijk te informeren over de resultaten van dit onderzoek.

Mede namens de Minister van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Minister van Economische Zaken,

L. J. Brinkhorst


XNoot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

XNoot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven