30 300 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2006

nr. 144
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 14 september 2006

De commissie voor Defensie¹ heeft een aantal vragen voorgelegd aan de staatssecretaris van Defensie over de brief van de staatssecretaris van Defensie d.d. 24 mei 2006 houdende een integrale visie ten aanzien van het opleidingsbeleid voor het militaire personeel van het ministerie van Defensie (Kamerstuk 30 300 X, nr. 105).

De staatssecretaris heeft deze vragen beantwoord bij brief van 14 september 2006. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Albayrak

De griffier van de commissie,

De Lange

1

Hoe gaat defensie om met opleidingsverzoeken die niet direct noodzakelijk zijn voor de functie, maar wel voor de toekomstplannen van betrokken personeelslid?

Zoals in de nota wordt aangegeven is er een koppeling tussen de opleidingsmogelijkheden en het gekozen loopbaanpad. In overleg met de militair wordt door de organisatie periodiek getoetst welke toekomstmogelijkheden er aan het te kiezen loopbaanpad verbonden zijn. In het bijzonder komt daarbij aan de orde of er een blijvend perspectief op het voortzetten van de loopbaan binnen Defensie aanwezig is. Afhankelijk daarvan wordt gekozen voor een opleiding of opleidingspakket dat – mede gelet op de verworven competenties van de militair – voldoende voorbereiding biedt op het gekozen loopbaanpad of in ieder geval op de volgende functie. De kosten van een dergelijke opleiding of opleidingspakket komen voor rekening van Defensie. Voor militairen die hun loopbaan naar verwachting niet meer bij Defensie zullen voortzetten wordt een zodanige voorziening getroffen dat zij de organisatie met een zo optimaal mogelijke «arbeidsmarktwaarde» kunnen verlaten. De arbeidsmarktwaarde wordt apart vastgesteld, waarbij tevens wordt geïndiceerd welke aanvullende maatregelen nodig zijn om de bedoelde optimalisatie te bereiken. De bij Defensie verworven competenties vormen daarbij de basis. Ook de kosten van deze opleidingen komen voor rekening van Defensie.

2

Welke opleidingen vallen in de categorie «uitbesteden tenzij»?

Een deel van de opleidingen die door Defensie zelf worden verzorgd zijn specifiek gericht op het militaire beroep en de daarvoor benodigde militaire vaardigheden. Deze opleidingen behoren tot de «core business» van Defensie en zullen daarom ook in de toekomst door Defensie zelf verzorgd blijven worden. Van de overige opleidingen wordt thans reeds een substantieel deel uitbesteed of ingekocht. Het betreft dan onder meer opleidingen op het gebied van ICT, techniek, bouwkunde en specialistische opleidingen. Overigens wordt bij het uitbesteden van opleidingen niet alleen gekeken naar doelmatigheid. Ook het streven om zoveel mogelijk opleidingen civiel te certificeren is een factor van belang.

3

Welke opleidingen gaat het kabinet koppelen aan bestaande HBO opleidingen?

Het betreftvoornamelijk (delen van) officiersopleidingen.

4

Gaat het kabinet ervoor zorgen dat de opleiding «wachtmeestermarechaussee» tenminste de kwalificatie MBO 4 krijgt?

In januari 2006 is de KMar gestart met de nieuwe algemene opsporingsopleiding (AO) voor de wachtmeester. Deze opleiding leidt op tot KMar-functies op het niveau van wachtmeester. In de laatste fase van de BBT-aanstelling wordt de wachtmeester vervolgens de mogelijkheid geboden via een extern employabilitytraject tot politieagent (MBO 3/4) te worden opgeleid.

---

1 Samenstelling: Leden: De Vries (PvdA), Bakker (D66), Koenders (PvdA), Van Beek (VVD), Karimi (GL), Timmermans (PvdA), Van Bommel (SP), Albayrak (PvdA), voorzitter, Balemans (VVD), Van Baalen (VVD), Snijder-Hazelhoff (VVD), Van Winsen (CDA), Mastwijk (CDA), Herben (LPF), ondervoorzitter, Duyvendak (GL), Kortenhorst (CDA), Huizinga-Heringa (CU), Van Velzen (SP), Algra (CDA), Haverkamp (CDA), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Straub (PvdA), Blom (PvdA), Eijsink (PvdA), Hermans (LPF), Brinkel (CDA) en Szabó (VVD).

Plv. leden: Van Dam (PvdA), Van der Laan (D66), Waalkens (PvdA), Lenards (VVD), Halsema (GL), Fierens (PvdA), Vacature (SP), Meijer (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Visser (VVD), Oplaat (VVD), De Haan (CDA), Smilde (CDA), van den Brink (LPF), Vendrik (GL), Knops (CDA), Van der Staaij (SGP), De Wit (SP), De Vries (CDA), Ormel (CDA), Ferrier (CDA), Vacature (algemeen), Tichelaar (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Jonker (CDA) en Veenendaal (VVD).