30 300 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2006

nr. 100
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2006

Hierbij bied ik u het verslag aan van de inspecteur-generaal der krijgsmacht (IGK) over het jaar 2005.1 Het instituut IGK maakt al ruim 60 jaar deel uit van de Nederlandse krijgsmacht en de adviesrol van de IGK heeft de afgelopen jaren een structureel karakter gekregen. De IGK, die ook inspecteur der veteranen is, heeft een onafhankelijke positie. Hij geeft de bewindslieden gevraagd en ongevraagd advies over alle vraagstukken die de krijgsmacht betreffen. De bevindingen en aanbevelingen van de IGK worden bij de beleidsontwikkeling betrokken en waar mogelijk omgezet in concrete maatregelen en initiatieven.

In 2005 werd de krijgsmacht veelvuldig ingezet. Ruim 7000 Nederlandse militairen zijn uitgezonden naar crisisgebieden zoals Afghanistan, Bosnië en Irak. Ook in eigen land is veelvuldig een beroep op de krijgsmacht gedaan. Zo werden tijdens het bezoek van de Amerikaanse president Bush in mei 2005 ruim 1200 militairen ingezet voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid en voor de bewaking van terreinen en het luchtruim daarboven. Defensie neemt deel aan crisisbeheersingsoperaties, verleent bijstand aan de civiele autoriteiten en ondersteunt de wederopbouw in ontwikkelingslanden, maar is zelf ook in beweging. In 2003 is de grootste reorganisatie uit de geschiedenis van de krijgsmacht van start gegaan onder de noemer «Op weg naar een nieuw evenwicht». Personeelsleden kregen te maken met ingrijpende veranderingen en met de onzekerheden die een reorganisatie meebrengt.

Ondanks de grootscheepse reorganisatie is Defensie een aantrekkelijke werkgever en zij wil dat ook blijven. Zoals de IGK meldt is de werving van nieuw personeel succesvol verlopen. Ruim zevenduizend jonge mannen en vrouwen zijn in 2005 begonnen aan een baan bij de krijgsmacht. De capaciteit voor opleidingen is in dit kader vergroot.

Onder leiding van het Comité Nederlandse Veteranendag is op 29 juni 2005 de eerste Nederlandse veteranendag gehouden. Een enquête van het Veteraneninstituut laat zien dat de veteranendag op veel waardering kon rekenen zowel van de veteranen als van het Nederlandse publiek. Tegelijkertijd werden suggesties gedaan voor verbeteringen van het programma. Deze suggesties worden betrokken bij de voorbereiding van de veteranendag 2006.

De IGK bezocht in 2005 ongeveer 60 eenheden in binnen- en buitenland. Ik wil in deze reactie ingaan op een aantal onderwerpen die de IGK in zijn jaarverslag over 2005 aan de orde stelt.

Ten aanzien van de rapportages van de IGK

De IGK rapporteert de politieke en ambtelijke top van Defensie iedere drie maanden. Zoals de IGK zelf constateert, is een deel van de tekortkomingen die hij aan de orde stelt dientengevolge bekend en zijn maatregelen inmiddels in voorbereiding of in uitvoering. Dit geldt bijvoorbeeld voor het programma «peoplesoft/nieuw salarissysteem krijgsmacht». Ook is op basis van een deelakkoord over de arbeidsvoorwaarden in maart jongstleden met terugwerkende kracht een incidentele eindejaarsuitkering over 2004 aan burgers en militairen uitbetaald. Defensie zet zich in om ook over de overige aspecten van de arbeidsvoorwaarden voor 2004 tot en met 2006 tot een onderhandelingsakkoord te komen.

De IGK constateert dat de vraag naar luchttransport in 2005 weer is toegenomen. Hij concludeert terecht dat de vraag naar luchttransport groter is dan de capaciteit. Zo worden de tactische helikopters vaak ingezet en is de uitzenddruk voor het personeel hoog. Inmiddels is besloten tot de aankoop van zes Chinook-transporthelikopters, waarmee het totaal, rekening houdend met recente verliezen, op zeventien komt. Ook wordt het bestand aan technisch en ondersteunend personeel uitgebreid, waardoor de uitzenddruk op het personeel zal afnemen. Voor strategisch transport is eind 2004 een derde DC-10 transportvliegtuig aangeschaft. Dit toestel is vanaf eind 2007 inzetbaar. In september 2005 is tot de aanschaf van twee extra C-130 transportvliegtuigen besloten.

De IGK stelt voorts dat het communicatiebeleid van Defensie meer gericht moet zijn op de toegevoegde, blijvende waarde van de militaire inzet in het buitenland voor de bevolking en het bestuur. Een dergelijke communicatiestrategie, die niet alleen laat zien wat we doen, maar ook wat ter plaatse is bereikt, is in ontwikkeling.

Thematische benadering

De IGK merkt op dat weinig is gedaan met de thematische onderwerpen in het jaarverslag over 2004. Hij beveelt aan bij de onderwerpen «veiligheid als integraal onderdeel van de kwaliteit van de uitvoering» en «de aanpak van ongewenst gedrag» tot concrete beleidsvoornemens te komen.

In het kader van «veiligheid als integraal onderdeel van de kwaliteit van de uitvoering» constateerde de IGK vorig jaar dat de arbomanagementsystemen per krijgsmachtdeel verschillend van opzet en belang waren. Ook constateerde hij hierbij een verschil in aandacht en prioriteit voor de bedrijfsveiligheid en de mate van veiligheidsbewustzijn. Bij de oprichting van de bestuursstaf is een nieuwe sectie opgericht die veiligheid krijgsmachtbreed benadert en daarbij alle processen betrekt. De uitvoering van risicoanalyses onder operationele omstandigheden heeft in 2005 in het teken gestaan van de harmonisering van instrumenten en de ontwikkeling van een defensiebrede systematiek om de risico’s onder operationele omstandigheden te identificeren. Deze systematiek dient tevens om het risicobewustzijn te verhogen en wordt thans bij de operationele eenheden geïntroduceerd.

Het blijft noodzakelijk regelmatig aandacht te besteden aan de bestrijding van ongewenst gedrag en aan het bevorderen van gewenst gedrag. Mede naar aanleiding van de aanbevelingen van de IGK op het gebied van de aanpak van ongewenst gedrag is eind 2005 het «Bureau Integriteit Defensie» ingesteld. Dit bureau wordt geleid door de centrale coördinator integriteit en dient als aanspreekpunt en kenniscentrum voor de gehele organisatie. De aanbevelingen van de IGK zijn terug te vinden binnen het Bureau Integriteit Defensie. Het Bureau richt zich onder meer op het onder de aandacht brengen van integriteit, het vernieuwen van de Defensiegedragscode 1996 en het bevorderen van voorbeeldgedrag door het vernieuwen van het opleidingsbeleid integriteit.

De IGK stelt dit jaar drie onderwerpen aan de orde die voor heel Defensie relevant zijn, namelijk: «lessons learned», de militair en vrije tijd, en etnisch culturele diversiteit bij Defensie.

Lessons learned

Evaluaties van opleidingen, oefeningen en operaties vormen een integraal onderdeel van het operationele proces. De IGK constateert een gebrek aan controle waardoor in de praktijk nog te weinig met de inzichten uit de evaluaties gebeurt. Ook ontbreekt volgens de IGK overkoepelend «lessons learned» beleid. De aanbevelingen van de IGK zijn inmiddels verwerkt in een nieuwe aanwijzing van de Commandant der Strijdkrachten (CDS). De CDS stelt in de toekomst het evaluatiebeleid van alle operationele defensieonderdelen vast. De ondercommandanten bepalen zelf hoeveel capaciteit hiervoor per defensieonderdeel beschikbaar wordt gesteld.

Militair en vrije tijd

De IGK concludeert dat interne legering mogelijk moet blijven om tegelijkertijd leegloop en vullingsproblemen te voorkomen. Ook draagt interne legering bij tot het groepsgevoel en «teambuilding». Hij stelt dat de huidige faciliteiten over het algemeen als goed worden gekwalificeerd, maar dat er desondanks een grote diversiteit aan wensen bestaat. Ik zal bezien of de aanbevelingen van de IGK haalbaar zijn en of aan de wensen van het personeel tegemoet kan worden gekomen. Overigens komt bij de interne legering ook het aspect «bestrijding ongewenst gedrag» aan de orde. Naar aanleiding van recente negatieve berichtgeving over ongewenst gedrag zijn extra initiatieven ontplooid. Onlangs is een inventarisatie van het toezicht buiten de diensturen op kazernes uitgevoerd. Waar nodig zal het toezicht en de controle worden verscherpt. Zo is onlangs het toezicht op de Marinekazerne Willemsoord aangescherpt.

Etnisch culturele diversiteit bij defensie

Op mijn verzoek heeft de IGK aandacht besteed aan het onderwerp diversiteit in de krijgsmacht. De IGK heeft het beleid en de positie van etnische minderheden binnen de defensieorganisatie onderzocht. Hij constateert dat de beleidsinitiatieven op dit terrein te beperkt zijn geweest en beveelt de ontwikkeling van een defensiebreed diversiteitsbeleid aan. Defensie heeft de afgelopen jaren al beleidsmaatregelen genomen, onder andere zijn de feesten gedenkdagen voor joodse, moslim- en hindoemilitairen of burgerambtenaren opgenomen in de reglementen voor Defensiepersoneel, zijn twee pandits in dienst genomen en is een Mulitcultureel Netwerk Defensie opgericht. De IGK constateert dat geen overkoepelend beleid bestaat voor etnische minderheden. Het diversiteitsoverleg Defensie heeft inmiddels een herstart gemaakt en het beleid heeft een nieuwe impuls gekregen. Bij de verdere ontwikkeling van het beleid zal ook nadrukkelijk aandacht worden besteed aan de houding van het personeel ten opzichte van etnische minderheden.

De Minister van Defensie,

H. G. J. Kamp


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven