nr. 7
BRIEF VAN DE MINISTER PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 oktober 2005
Hierbij stuur ik u aanvullende informatie naar aanleiding van het debat
van 1 september jl. inzake de heroverweging van nevenfuncties van bewindspersonen
en de toen door mij gedane toezeggingen. Tevens reageer ik op de vragen van
het lid van uw Kamer mevrouw Van Velzen (SP), mij toegezonden op 8 september
2005 (Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2005–2006, nrs. 50 en
194) over de nevenfuncties van minister Donner en staatssecretaris Nicolaï.
Om te beginnen wil ik benadrukken, zoals ik ook tijdens het debat van
1 september jl. heb gedaan, dat lidmaatschappen van comités van
aanbeveling vanuit de beste motieven door een aantal bewindspersonen zijn
aanvaard ondanks dat het niet conform de gemaakte afspraken is gebeurd. Daarnaast
hebben geen van de lidmaatschappen van bewindspersonen de afgelopen jaren
tot enig probleem geleid.
Op 1 september 2005 (Handelingen II, vergaderjaar 2004–2005,
nr. 101, blz. 6145–6182) heeft uw Kamer een brief (Kamerstuk 30 216,
nr. 1) ontvangen met een overzicht van de door de bewindspersonen opgegeven
nevenactiviteiten. Deze eerste inventarisatie maakte duidelijk dat in totaal
een vijftigtal nevenfuncties door bewindspersonen werden bekleed, voornamelijk
lidmaatschappen van comités van aanbeveling.
Bijgaand treft u een aangepast overzicht aan (bijlage 1)1. Hierin zijn de gegevens van minister Donner en staatssecretaris Nicolaï
verwerkt, evenals een klein aantal aanpassingen. In totaal zijn in het overzicht
76 nevenactiviteiten van de verschillende bewindspersonen opgenomen. Deze
worden teruggebracht tot 14 nevenactiviteiten van bewindspersonen die een
meer structureel karakter hebben, waarvan 7 samenhangend met de hoofdfunctie.
Het gaat hierbij wederom voornamelijk om lidmaatschappen van comités
van aanbeveling. Lidmaatschappen van verenigingen zijn niet tot nevenactiviteiten
gerekend, overeenkomstig hetgeen bij brief van 20 december 2002 (TK 28 754,
nr. 1) aan uw Kamer is gemeld.
Uit het overzicht blijkt dat 46 lidmaatschappen van comités van
aanbeveling door de diverse bewindspersonen (inmiddels) zijn beëindigd.
Voor 16 lidmaatschappen geldt dat deze tijdelijk van aard zijn en voortduren
tot 01–01–2006 of in 2006 zullen worden beëindigd. Het betreft
de volgende comités van aanbeveling:
– Muzikaal festival Nederland-China (ministers Brinkhorst en Bot)
– Stichting 400 jaar Nederland Marokko (minister Brinkhorst en staatssecretaris
Van der Laan)
– Tentoonstelling Rembrandt & Caravaggio (minister Bot)
– Bouwkunde bedrijvendagen 2005 (minister Dekker)
– FOSAG Campagne 4-seizoenenonderhoud (minister Dekker)
– Stichting Nijmegen 2000 (minister Peijs)
– Friesland Vaart (minister Peijs)
– Stichting Rembrandt en Leidens Gouden Eeuw (minister Pechtold
en staatssecretaris Schultz van Haegen)
– Van de Leij Foundation (staatssecretaris Van Geel)
– Rembrandtjaar 2006 (staatssecretaris Van Gennip)
– Juryvoorzitter Young Captain Award (staatssecretaris Van Gennip)
– Financiële commissie Studentenvereniging Minerva (staatssecretaris
Schultz van Haegen)
– Studievereniging Faculteit der Economische Wetenschappen en Econometrie
aan de Universiteit van Amsterdam (staatssecretaris Wijn).
Conform de gedragslijn zoals beschreven in de brief van 20 december
2002 (TK 28 754, nr.1) heb ik een aantal bewindspersonen toestemming
gegeven hun betrokkenheid in comités van aanbeveling te continueren.
Voor zeven lidmaatschappen (6 comités) geldt dat deze kunnen worden
gerekend tot het werkterrein van de betreffende bewindspersonen, te weten:
– De wereldwijde campagne «stop geweld tegen vrouwen»
(minister Van Ardenne)
– Stichting Week Chronisch Zieken (ministers De Geus en Hoogervorst)
– Erecomité Nijmeegse Vierdaagse (minister Kamp)
– Stichting 400 jaar Michiel de Ruyter (minister Kamp)
– Friends of Europe (minister Brinkhorst)
– Jaarlijkse Nationale Sportweek (staatssecretaris Ross).
De overige zeven lidmaatschappen (6 comités) zijn vanuit een persoonlijke
betrokkenheid aanvaard en leveren geen spanning op met de hoofdfunctie:
– Beschermheer Mandela Kinderfonds (minister Zalm)
– Stichting Opera van Gaag tot Gantel (minister Van Ardenne)
– Verzetsmuseum Amsterdam (minister Brinkhorst)
– Advisory Board van de Common Market Law Review (minister Brinkhorst)
– Stichting het Droomhuis Wageningen (minister Pechtold)
– Netwerk Origine (minister Pechtold en staatssecretaris Schultz
van Haegen).
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
J. P. Balkenende