nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
1. Algemeen
In de Wet wijziging systematiek herbeoordelingen arbeidsongeschiktheidswetten
is geregeld dat bestaande uitkeringsgerechtigden eenmalig worden herbeoordeeld
met het aangepaste Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (Stb. 2004,
434). Twee groepen zijn uitgezonderd van de herbeoordelingsoperatie, namelijk
alle arbeidsongeschikten die bij eerdere herbeoordelingsoperaties zijn ontzien
en degenen die zijn geboren voor 2 juli 1949. De herbeoordelingsoperatie
is gestart op 1 oktober 2004.
Op 5 november 2004 heeft het kabinet met delegaties van werkgevers-
en werknemersorganisaties verenigd in de Stichting van de Arbeid overeenstemming
bereikt over een kabinetsverklaring over wijzigingen in het voorgenomen beleid
(Kamerstukken II, 2004–2005, 29 800 XV, nr. 58). De verklaring
heeft onder andere betrekking op de beleidsvoornemens ten aanzien van de arbeidsongeschiktheidsregelingen.
Een van de punten, onderdeel B6, heeft betrekking op het vergroten van de
groep personen die worden uitgezonderd van de herbeoordelingsoperatie door
middel van het verlagen van de leeftijdsgrens voor die uitzondering. Dit wetsvoorstel
geeft hier uitvoering aan.
2. Verlaging van de leeftijdsgrens voor herbeoordeling
Thans zijn in de arbeidsongeschiktheidswetten de arbeidsongeschikten geboren
voor 2 juli 1949 uitgezonderd van de eenmalige herbeoordeling. Met dit
wetsvoorstel wordt de maximumleeftijdsgrens van degenen die bij de herbeoordelingsoperatie
worden betrokken met 5 jaar verlaagd zodat arbeidsongeschikten geboren in
de periode vanaf 2 juli 1949 tot en met 1 juli 1954 ook zijn
uitgezonderd van de eenmalige herbeoordeling. Dit gebeurt door een wijziging
in de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, in de Wet arbeids-ongeschiktheidsverzekering
zelfstandigen en in de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten.
De betrokken groep kan nog wel in aanmerking komen voor een herbeoordeling
op professionele gronden volgens het oude Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten.
Voor de volledigheid zij vermeld dat de verlaging van de leeftijdsgrens
ook gevolgen heeft voor het Besluit eenmalige herbeoordelingen arbeidsongeschiktheidswetten.
Hierin worden overeenkomstige wijzigingen aangebracht. Ook het Schattingsbesluit
arbeidsongeschiktheids-wetten is overeenkomstig aangepast (Stb. 2005, 219).
3. Financiële gevolgen
Als gevolg van het uitzonderen van de 50–55-jarigen van de herbeoordelingsoperatie
met het per 1 oktober 2004 gewijzigd Schattingsbesluit zal het aantal
personen dat onder de doelgroep van de herbeoordelingsoperatie valt, circa
25% lager liggen. Aangezien de leeftijdsgroep 50–55-jarigen niet met
het per 1 oktober 2004 gewijzigd Schattingsbesluit wordt beoordeeld,
zal een besparingsverlies optreden ten opzichte van de eerder verwachte besparing
vanaf 2006. Het netto besparingsverlies wordt in onderstaande tabel gepresenteerd.
(* € 1 mln) | 2005 | 2006 | 2007 | 2008 | struct. |
---|
Geraamde besparing | – 115 | – 235 | – 335 | – 365 | 0 |
Besparingsverlies <50 jaar ipv <55 jaar | | 10 | 50 | 75 | 0 |
Resterende besparing | – 115 | – 225 | – 285 | – 290 | 0 |
De besparing op de uitvoeringskosten in verband met de verlaging van de
leeftijdsgrens bedraagt € 23,6 mln in 2006 en € 6,4 mln
in 2007. De besparing op de uitvoeringskosten maakt deel uit van de totaalmutatie
uitvoeringskosten die is opgenomen in de memorie van toelichting bij de Invoeringswet
WIA (Kamerstukken II, 2004–2005, 30 118, nr. 3, pag. 79).
4. Adviezen UWV/IWI
Op 14 april 2005 heeft het UWV zijn uitvoeringstoets uitgebracht.
Het UWV acht het wetsvoorstel goed uitvoerbaar. Het UWV heeft net als de Raad
van State voorgesteld om de Wet tot wijziging van de arbeidsongeschiktheidswetten
in verband met de verlaging leeftijdsgrens voor de eenmalige herbeoordelingen
terug te laten werken tot 1 oktober 2004. Dit voorstel is overgenomen.
Het IWI heeft op 14 maart 2005 zijn toezichtbaarheidstoets uitgebracht.
De voorgestelde wijzigingen geeft de inspectie geen aanleiding tot het maken
van opmerkingen met betrekking tot de toezichtbaarheid.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
A. J. de Geus