nr. 6
AMENDEMENT VAN HET LID JAN DE VRIES
Ontvangen 1 februari 2006
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In het voorstel wordt artikel 150a, eerste lid, vervangen door:
1. Ter griffie wordt een register bijgehouden waarin de leden hun
nevenactiviteiten en de (te verwachten) inkomsten uit hun nevenactiviteiten
vermelden, uiterlijk één week na aanvaarding daarvan. Onder
inkomsten wordt verstaan: loon in de zin van artikel 9 van de Wet op de loonbelasting
1964, verminderd met de eindheffingsbestanddelen, bedoeld in artikel 31 van
die wet of winst uit onderneming in de zin van afdeling 3.2 van de Wet inkomstenbelasting
2001. Op uiterlijk 1 april na ieder kalenderjaar waarin de inkomsten
zijn genoten vermelden de leden opnieuw hun inkomsten over dat kalenderjaar.
Toelichting
De indiener van dit amendement acht het gewenst dat het openbaar maken
van neveninkomsten zich niet beperkt tot inkomsten uit dienstbetrekking. Ook
de openbaarheid van winst uit onderneming draagt bij aan een maximale transparantie.
Dat is noodzakelijk omdat ook het ondernemerschap of het uitoefenen van een
zelfstandig beroep, en de mogelijke winst die daaruit voortvloeit, relevant
kunnen zijn bij de beoordeling van de nevenactiviteit in relatie tot het lidmaatschap
van de Kamer.
Met dit amendement worden niet alleen bij aanvaarding van de nevenactiviteiten
de (te verwachten) inkomsten gemeld maar ook op uiterlijk 1 april na
ieder kalenderjaar opnieuw, zodat dit overzicht actueel is. Daarmee wordt
aangesloten bij de voorgenomen wetgeving (Kamerstukken II 2005/06, 30 425).
De hoogte van de inkomsten behoeft niet precies overeen te komen met de
definitieve aanslag. De voorgestelde bepaling maakt het leden mogelijk om
daar niet op te wachten maar gebruik te maken van de jaaropgave (voor loon)
of de vastgestelde jaarrekening over het vorige boekjaar (voor winst uit onderneming).
Jan de Vries