30 146
Instellen P-Direkt als baten-lastendienst

31 027
Aanbesteding ICT-component P-Direkt

nr. 20
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 16 januari 2008

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1 heeft op 1 november 2007 overleg gevoerd met minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over:

– de brief van de minister van BZK d.d. 20 augustus 2007 met de voortgangsrapportage P-Direkt juli 2007 (30 146, nr. 18);

– de lijst van vragen en antwoorden van 3 juli 2007 over de aanbesteding ict-component P-Direkt (31 027, nr. 2).

Van dit overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissie

De heer Heijnen (PvdA) is geschrokken van de vernietigende conclusies van de Rekenkamer over P-Direkt en kan nog niet beoordelen of de nieuwe aanpak zal werken. Hij mist een financieel kader en een taakstelling. Hij heeft de indruk dat men na de eerdere top-downbenadering nu is doorgeschoten naar een benadering van onderop.

– Welke financiële taakstelling is nu verbonden aan de introductie van P-Direkt en wat gaat dit kosten?

– Wat is de beoogde ontwikkeling in kosten en opbrengsten?

– Maakt deze taakstelling onderdeel uit van de vernieuwing van de rijksdienst?

– Betekent de in 2008 voorgenomen afzonderlijke besluitvorming over vorming van een gemeenschappelijk contactcenter en overdracht van werkzaamheden en medewerkers van de departementen dat dit ook niet kan doorgaan?

– Is het juist dat dubbele controle nodig blijft door de auditdiensten en een onafhankelijke commissie?

Mevrouw Gerkens (SP) wil met de doorstart van P-Direkt voorkomen dat zaken misgaan.

– Heeft de minister voldoende geleerd van vorige lessen en kan zij toelichten hoe die worden toegepast bij P-Direkt?

– Hoe denkt de minister over een totaalvisie op kwaliteitsmanagement en op welke wijze zal zij die visie vormgeven?

– Wat gaat de minister doen om de betrokkenheid bij P-Direkt te vergroten?

– Wat is het financiële beeld voor het project? Kan er een second opinion komen over de raming?

– Zijn er signalen bij de ministeries dat men liever een eigen systeem in stand wil houden? Wat gaat de minister doen om hen alsnog te betrekken bij de verdere ontwikkeling en invoering van P-Direkt? Werkt het wel om hen in één systeem onder te brengen?

Mevrouw Van der Burg (VVD) vindt het ernstig dat veel belastinggeld wordt verspild door mislukkingen in de ict. De antwoorden van de minister vindt zij onvoldoende. De fasering van het aangepaste project vindt zij een goede zaak omdat dit leidt tot meer grip op het geheel.

– Zou de minister in de toekomst een dergelijke ingewikkelde structuur accepteren? Zo nee, hoe dan wel?

– Hoe denkt zij nu over de doorzettingsmacht van de verantwoordelijke minister bij interdepartementale projecten?

– Wat is er geleerd van de opeenvolging van tekortkomingen in besluitvorming, sturing en beheersing bij de Rijk? Welke concrete consequenties heeft dit gehad voor het vervolg van dit project en voor andere projecten?

– Kan de minister toezeggen dat de informatievoorziening aan de Kamer voortaan transparant en eenvoudig zal zijn?

– Levert het feit dat veel instrumenten voor risicomanagement niet goed op elkaar aansluiten niet een hernieuwd risico op? Wat doet de minister daaraan?

– Hoe zit het met de test- en acceptatiecriteria? Wat wordt er concreet gedaan om deze problemen te verhelpen in het vervolg van P-Direkt, liefst nog breder?

– Zijn er in fase twee nog marktpartijen betrokken bij het project?

– Gaat het lukken om tot één systeem te komen en de departementen per 1 januari 208 aan te sluiten?

– Wanneer krijgt P-Direkt de status van baten- en lastendienst? In antwoord op vraag 32 wordt 1 januari 2008 als datum genoemd, in de begroting voor BZK 1 januari 2009.

– Wat gebeurt er om het risico tot een minimum te beperken dat departementen niet aanhaken en een eigen systeem ontwikkelen?

De heer Hessels (CDA) had dit debat liever gecombineerd met de rapportage over grote ict-projecten bij de overheid.

– Wat heeft de minister geleerd van de mislukking van brede ict-projecten van de overheid? Kan men niet de leermomenten uit P-Direkt toepassen op andere ict-projecten van de overheid die fout zouden kunnen gaan of waarin problemen als bij P-Direkt kunnen voorkomen?

– Kan men niet onmiddellijk die leermomenten toepassen op andere projecten?

Antwoord van de minister

De minister wijst erop dat zij van P-Direkt het grootste deel van de voorgeschiedenis niet heeft meegemaakt. Wat er mis ging was dat de ambities groter waren dan wat gerealiseerd kon worden, dat het project technisch niet haalbaar was, dan wel dat de bereidheid mee te doen klein was. De overheid is er niet zo goed in om vooraf te zeggen dat zaken misschien mis kunnen gaan maar wekt de illusie nooit fouten te maken. Fouten zijn soms onvermijdelijk en het is belangrijk om daarvan te leren.

De business case voor de periode 2004–2006 is desgewenst beschikbaar. De minister gaat na de afsluiting van het jaar 2007 spreken over de financiële stand van zaken. Zij hoopt dan te kunnen laten zien dat dit tot besparingen zal leiden. Een financieel kader ontbreekt dus niet, maar het is pas zinvol om daarover aan het einde van dit jaar te spreken, ook in het kader van het Programma Vernieuwing Rijksdienst. In dat kader moeten de ministeries op de bedrijfsvoering 25% besparen, waardoor hun belangstelling voor P-Direkt toeneemt.

In 2008 zullen alle departementen het digitale personeelsdossier van P-Direkt gebruiken, uiterlijk 1 januari 2009 gevolgd door het salarisbetaalsysteem. In 2008 en 2009 voeren de ministeries de zelfbedieningssystemen van P-Direkt gefaseerd in.

Wat is er geleerd van de fouten? In plaats van een integraal systeem is gekozen voor geleidelijke invoering met een modulaire opbouw, opgeknipt in twee fasen. Gekozen is voor parallelle, centraal ontwikkelde deeltrajecten die de ministeries decentraal implementeren. Deze aanpak geeft de ministeries de mogelijkheid om eerst intern zo veel mogelijk efficiencywinst te boeken op ict-gebied en om vervolgens tot een meer centraal systeem te komen. De besluitvorming zal medio 2008 plaatsvinden.

De planning is gebaseerd op wat echt mogelijk is. Voor de dekking is vooraf een verdeelsleutel afgesproken, waardoor de financiering is geregeld zonder risico’s. Het projectmanagement heeft ook geleerd van de gemaakte fouten.

Het ministerie van BZK kent veel coördinatie maar weinig doorzettingsmacht. Ministeries zijn autonome entiteiten, zonder een sterk idee onderdeel uit te maken van één concern.

In het kader van het Programma Vernieuwing Rijksdienst is afgesproken dat er bij BZK een apart directoraat-generaal organisatie en bedrijfsvoering rijksdienst komt vanuit de concerngedachte, met als uitgangspunt dat het echt mogelijk moet zijn om samen te werken bij zaken als salarisadministratie en inkoop. Het doel was en blijft efficiënter en dus goedkoper werken.

De minister is voor transparante informatie voor de Kamer en hoort graag op welke punten deze informatie beter kan. De opmerkingen van de auditdiensten over de samenhang van de kwaliteitsinstrumenten zijn inmiddels gecontroleerd verwerkt. De werking wordt voortdurend getoetst.

Wat marktpartijen betreft, werkt men nog met Logica CMG en met SAP, zij het in een veel bescheidener rol dan in de eerste fase van het project.

De baten- en lastendienst treedt in werking per 1 januari 2009 De minister vindt het verstandig om de leermomenten van P-Direkt te gebruiken voor andere ict-projecten en hierover te spreken naar aanleiding van de brief daarover. De toetsing van nieuwe automatiseringsprojecten gaat niet vanzelf.

Er is een algemene test- en acceptatiestrategie ontwikkeld, die ook wordt toegepast.

Er komt bij de rapportage in het voorjaar van 2008 een totaaloverzicht van de investeringen, de opbrengsten tot en met 2007 en de verwachte verdere opbrengsten.

De totaalvisie op het kwaliteitsmanagement komt tot uitdrukking in de plannen voor P-Direkt. De minister is bereid die informatie binnenkort aan de Kamer te sturen.

Toezegging

– De Kamer ontvangt binnenkort nadere informatie over de totaalvisie.

De voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Leerdam

De adjunct-griffier van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Hendrickx


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), Van der Staaij (SGP), De Pater-van der Meer (CDA), Van Bochove (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Wolfsen (PvdA), Hessels (CDA), Gerkens (SP), Haverkamp (CDA), Leerdam (PvdA), voorzitter, De Krom (VVD), ondervoorzitter, Griffith (VVD), Irrgang (SP), Kalma (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Van der Burg (VVD), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Thieme (PvdD), Kuiken (PvdA), Leijten (SP), Heijnen (PvdA), Bilder (CDA) en Anker (ChristenUnie).

Plv. leden: Teeven (VVD), Van der Vlies (SGP), Van de Camp (CDA), Atsma (CDA), Van Gent (GroenLinks), Vermeij (PvdA), Knops (CDA), Polderman (SP), Spies (CDA), Wolbert (PvdA), Aptroot (VVD), Zijlstra (VVD), Van Gerven (SP), Van der Veen (PvdA), Çörüz (CDA), Remkes (VVD), De Roon (PVV), Van der Ham (D66), Van Bommel (SP), Ouwehand (PvdD), Bouchibti (PvdA), De Wit (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Haersma Buma (CDA) en Cramer (ChristenUnie).

Naar boven