30 144
Wijziging van de Handelsregisterwet 1996 ter uitvoering van richtlijn nr. 2003/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 juli 2003 (PbEG L 221) tot wijziging van richtlijn nr. 68/151/EEG van de Raad met betrekking tot de openbaarmakingsvereisten voor bepaalde soorten ondernemingen

nr. 5
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 12 september 2005

1. Inleiding

Ik heb mogen constateren dat het onderhavige wetsvoorstel aanleiding heeft gegeven tot het stellen slechts enkele vragen. Voorafgaand aan de vragen van de VVD-fractie, die ik hierna onder punt 3 zal beantwoorden, spraken de leden van deze fractie de verwachting en de wens uit dat spoedig wordt besloten van de mogelijkheid gebruik te maken via een centraal elektronisch platform toegang te bieden tot de informatie bedoeld in artikel 17, van de Handelsregisterwet 1996 (hierna: Hrgw), in plaats van middels de Staatscourant. Dienaangaande kan ik de Kamer mededelen dat ik bij deze nota naar aanleiding van het verslag een nota van wijziging heb gevoegd, waarbij de Kamers van Koophandel een wettelijke taakopdracht krijgen voor de hierbedoelde publicatie. Zij zullen met ingang van de dag dat deze wet van kracht wordt voor elektronische publicatie zorgdragen. Zo kom ik aan de wens van de leden van de VVD-fractie tegemoet en ik verwijs daarvoor verder naar bijgaande nota van wijziging en de toelichting daarop.

2. Algemeen

De leden van de CDA-fractie wilden graag weten op welke punten de regering bij de beoogde implementatie afwijkt van de letterlijke tekst van de richtlijn. Deze implementatie heeft geleid tot een zeer gering aantal wetswijzigingen. Dit komt met name doordat het doel van deze richtlijn, dat snelle toegang tot bedrijfsinformatie langs elektronische weg gerealiseerd wordt, door eerdere wijzigingen reeds in de Nederlandse wetgeving is geïmplementeerd. Slechts enkele artikelen van de Handelsregisterwet behoefden nog te worden aangepast. Niettemin is bij de wijziging van artikel 17, eerste lid Hrgw zo nauw mogelijk aangesloten bij de terminologie van de richtlijn. Bij de wijzigingen van artikel 15, eerste lid en artikel 25 Hrgw, kan worden volstaan met een korte redactionele toevoeging aan de bestaande wettekst. Naar mijn oordeel wijk ik daarbij niet dan om redactionele redenen af van de letterlijk tekst van de richtlijn.

3. Nieuwe publicatievereisten en administratieve lasten

De leden van de VVD-fractie vroegen of het feit dat de publicatieverplichtingen van artikel 17 Hrgw voortaan ook zullen gelden voor bv's, extra administratieve lasten met zich brengen. Zoals nu het geval is, draagt de ondernemer wiens gegevens het betreft de kosten van de publicatie. Dit zijn administratieve lasten. Deze wetswijziging brengt dus in beginsel administratieve lasten mee voor bv's waar zij die momenteel niet hebben. De kosten van de publicaties zullen overigens door de beoogde elektronische wijze van publiceren aanmerkelijk dalen ten opzichte van de huidige situatie. Indien de financieringssystematiek ervan uitgaat dat de kosten van de publicatie niet voor rekening komen van de ondernemer wiens gegevens het betreft maar voor de gebruiker van de informatie, zal deze publicatieplicht in het geheel geen administratieve lasten meer veroorzaken. Ik wijs er nog op dat het ontstaan van de publicatieplicht van artikel 17, eerste en tweede lid, voor bv's inherent is aan de Europeesrechtelijke systematiek. In de oorspronkelijke Eerste richtlijn vennootschapsrecht werden bv's niet genoemd. De bv is pas naderhand ingevoerd. De wettelijke publicatieplicht geldt alleen voor gegevens en bescheiden ten aanzien waarvan een publicatieplicht geldt op grond van een bindend besluit van de Raad van de Europese Unie of de Commissie van de Europese Gemeenschappen. Door de wijziging van de richtlijn worden de publicatieverplichtingen voortaan ook op bv's van toepassing.

De leden van de VVD-fractie vroegen zich verder af wanneer de KvK's in staat zijn tot het elektronisch waarmerken van overige afschriften, buiten de uittreksels uit het handelsregister. Het leveren van andere elektronisch gewaarmerkte afschriften dan de uittreksels is deels nu al mogelijk via www.kvk.nl. Dat geldt onder andere voor algemene voorwaarden. De overige documenten, waaronder statuten, kunnen uiterlijk met ingang van het tweede kwartaal van 2006 elektronisch worden geleverd.

Ten slotte vroegen de leden van de VVD-fractie of zij goed begrepen hebben dat de verplichte openbaarmaking van akten en gegevens niet zonder vertaalverplichting in het Engels kan geschieden. Dit is in enkele gevallen juist. Het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat sommige aktes in het Nederlands moeten worden verleden. Die mogen dus niet in het Engels worden opgemaakt en kunnen dus ook niet in het Engels worden gedeponeerd. De Wet beëedigde vertalers bepaalt dat van stukken of opgaven, welke op grond van een wettelijk voorschrift in openbare registers moeten worden ingeschreven en die in een vreemde taal zijn gesteld, tevens beëdigde vertalingen moeten worden overgelegd. Voor een aantal stukken geldt echter dat deze worden «neergelegd bij» het handelsregister, wat iets anders is dan «ingeschreven in». In de praktijk accepteren de KvK's dan ook Engelstalige akten en gegevens, mits het gaat om stukken die slechts bij het handelsregister worden «neergelegd» en waarvan niet elders in de wet geregeld is dat het betreffende document per se in het Nederlands moet zijn. Voor de meeste documenten in een vreemde taal die bij het handelsregister worden aangeboden, geldt dat hiermee het probleem op praktische wijze is opgelost. Zo worden extra lasten voor de betreffende bedrijven voorkomen. Hoewel hier geen precieze cijfers van worden bijgehouden, betreft deze problematiek, afgaande op het aantal vragen dat de KvK's hierover bereikt, slechts een zeer beperkt aantal gevallen per jaar.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

C. E. G. van Gennip

Naar boven