30 100 G
Jaarverslag en slotwet BTW-compensatiefonds 2004

nr. 6
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 2 juni 2005

De vaste commissie voor Financiën1, heeft over het jaarverslag BTW-compensatiefonds 2004 (30 100 G, nr. 1) de navolgende vragen ter beantwoording voorgelegd.

Deze vragen, alsmede de daarop bij brief van 1 juni 2005 gegeven antwoorden, zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Tichelaar

De adjunct-griffier van de commissie,

Vente

1 en 3

Welke termijn hebben gemeenten en provincies om hun kwartaal- en jaaropgaven in te dienen bij de Belastingdienst? Als die termijn reeds overschreden is, welke sancties kan de regering dan toepassen?

Welke middelen heeft u om gemeenten en provincies te bewegen hun opgaven op tijd in te dienen?

Gemeenten en provincies moeten hun opgaven voor bijdrage binnen één maand na afloop van het kalenderkwartaal indienen bij de Belastingdienst. Bij termijnoverschrijding beschikt de Belastingdienst niet over sanctiemiddelen (bestuurlijke boete). Overigens ligt het belang van het tijdig indienen van de opgaaf ook bij de gemeenten en de provincies zelf (de bijdragegerechtigden).

2

In hoeveel procent van de gecontroleerde gemeenten was er sprake van onjuistheden? Hoe hoog is het bedrag wat door deze onjuistheden ten onrechte is uitgekeerd?

Volgens de beschikbare gegevens zijn over het startjaar 2003 inzake de Wet op het BTW-compensatiefonds 97 controles ingesteld. Bij 71 daarvan zijn correcties aangebracht. Dat is dus in 73% van het totaal. Van deze 71 correcties leidden 22 tot een aanvullende teruggaaf en 49 tot een vermindering van de teruggaaf. Per saldo is bij bovengenoemde controles een bedrag van € 8 410 702 vastgesteld dat ten onrechte was uitgekeerd.

4

Welke maatschappelijke begrenzingen door wettelijke bepalingen verhinderen de controle van aanvragen op het BTW-compensatiefonds?

In de verantwoording van het BTW-compensatiefonds is ten aanzien van het beleid ter bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik de zinsnede opgenomen dat er maatschappelijke begrenzingen zijn door wettelijke bepalingen die controlemogelijkheden beperken of verhinderen. In artikel 9 lid 9 Wet BTW-compensatiefonds zijn ondermeer de artikelen 47 t/m 56 van de AWR (verplichtingen ten dienste van de belastingheffing) van overeenkomstige toepassing verklaard op de Wet op het BTW-compensatiefonds. Deze artikelen begrenzen het handelen van de Belastingdienst. In de dagelijkse praktijk van het BTW-compensatiefonds leidt dit overigens niet tot problemen.


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), Crone (PvdA), Bakker (D66), Hofstra (VVD), De Haan (CDA), Bussemaker (PvdA), Vendrik (GL), Halsema (GL), Kant (SP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), ondervoorzitter, Smits (PvdA), De Pater-van der Meer (CDA), Van As (LPF), Tichelaar (PvdA), voorzitter, Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Varela (LPF), De Nerée tot Babberich (CDA), Koomen (CDA), Fierens (PvdA), Aptroot (VVD), Smeets (PvdA), Heemskerk (PvdA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Van Egerschot (VVD).

Plv. leden: Rouvoet (CU), Koenders (PvdA), Dittrich (D66), Balemans (VVD), Kortenhorst (CDA), Vacature, algemeen, Duyvendak (GL), Van Gent (GL), De Ruiter (SP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Atsma (CDA), Dijsselbloem (PvdA), Omtzigt (CDA), Eerdmans (LPF), Noorman-den Uyl (PvdA), Mosterd (CDA), Van Bommel (SP), De Vries (CDA), Hermans (LPF), Mastwijk (CDA), Rambocus (CDA), Stuurman (PvdA), Luchtenveld (VVD), Blom (PvdA), Douma (PvdA), De Vries (VVD), Van Beek (VVD).

Naar boven