30 096
Wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting (OZB) op woningen en het maximeren van de resterende OZB-tarieven (Afschaffing gebruikersdeel OZB op woningen)

nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID DE PATER-VAN DER MEER

Ontvangen 28 september 2005

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel C, wordt een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

Ca

Na artikel 220d wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 220e

In afwijking van artikel 220c wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelasting bedoeld in artikel 220, onderdeel a, buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van de onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

II

In artikel I, onderdeel D, wordt aan artikel 220f een lid toegevoegd, luidende:

8. De aanslag van de belasting, bedoeld in artikel 220, onderdeel a, kan worden verminderd met het percentage van de waarde van de onroerende zaak dat kan worden toegerekend aan delen van de onroerende zaak die in hoofdzaak dienen tot woning dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden. Een aanvraag tot een vermindering als hier bedoeld moet worden ingediend binnen zes weken na de dag van dagtekening van de aanslag.

III

Artikel V wordt als volgt gewijzigd:

A. Voor de tekst wordt een «1.» geplaatst en in de eerste volzin wordt na «tot en met 1 januari 2006» ingevoegd: «, met uitzondering van artikel I, onderdeel Ca, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2007».

B. Aan het artikel wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

2. Artikel 220f, achtste lid, van de Gemeentewet vervalt met ingang van 1 januari 2007.

Toelichting

Dit amendement beoogt ook huishoudens die een in hoofdzaak niet-woning bewonen, zoals woningen die behoren bij bedrijfspanden, te laten profiteren van de afschaffing van het gebruikersdeel OZB op woningen.

De Pater-van der Meer

Naar boven