30 033
Samenvoeging van de gemeenten Sassenheim, Voorhout en Warmond

nr. 5
VERSLAG

Vastgesteld 19 mei 2005

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering de gestelde vragen tijdig zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

1.Inleiding 
1.1.Provinciale discussie over bestuurskracht 
1.2.Het herindelingsbeleid van de provincie Zuid-Holland 
1.3.Rijksbeleid 
2.Inhoud van het wetsvoorstel 
2.1.De nieuwe gemeente Teylingen in haar omgeving 
2.2.Buitengrenzen van de nieuwe gemeente 
2.2.1.Derde Poellaan 
2.2.2.Boterhuispolder 
2.2.3.Sassenheim – Warmond 
2.2.4.Klinkenbergerplas 
2.2.5.Rijnsburg 
3.Financiële aspecten 

1. Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben met gemengde gevoelens kennisgenomen van het wetsvoorstel om de gemeenten Voorhout, Sassenheim en Warmond samen te voegen. Zij hebben geconstateerd dat er geen sprake is van een vrijwillige herindeling. De raad van Voorhout heeft zich ertegen uitgesproken, de raden van Warmond en Sassenheim ervoor, zij het dat deze fusie voor Sassenheim de op een na beste oplossing was, als de voorkeur voor zelfstandigheid niet gehonoreerd zou kunnen worden. Deze leden hebben ten aanzien van dit wetsvoorstel dan ook nog enige vragen en opmerkingen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van dit wetsvoorstel. Zij kunnen zich vinden in de conclusie dat herindeling noodzakelijk is om de bestuurskracht, van met name Warmond maar daarmee ook de overige gemeenten, te versterken. Door de fusie zal ook de bestuurlijke drukte in de regio kunnen verminderen.

Ook de leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Alvorens een definitief standpunt over dit voornemen kenbaar te maken willen deze leden een aantal vragen aan de regering stellen. Voorts merken deze leden op dat zij graag zien dat dit wetsontwerp op korte termijn wordt behandeld zodat het nog voor de zomer duidelijk wordt of de voorgenomen herindeling doorgaat of niet. Voor de betreffende gemeenten is die duidelijkheid van het grootste belang.

De leden van de D66-fractie hebben met kritische belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Zij hebben twijfels over het draagvlak en de duurzaamheid.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel en constateren dat de herindeling met name is gebaseerd op de bestuurlijke problemen van de gemeente Warmond. In het licht van de door de regering geformuleerde beoordelingscriteria in het Beleidskader gemeentelijke herindeling (TK 28 750), hebben de leden van de ChristenUnie-fractie een aantal vragen over dit wetsvoorstel.

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling, maar niet met onverdeeld enthousiasme, kennisgenomen van het voorliggende voorstel. Ook zij constateren dat de noodzaak van het versterken van de bestuurskracht in het gebied met name vanwege de positie van de gemeente Warmond breed wordt onderkend. Tegelijk stellen zij vast dat er voor de gekozen variant maar een beperkt draagvlak bestaat en dat het voorliggende herindelingsvoorstel niet het resultaat is van de bottom-up-benadering die kenmerkend is voor het vigerende herindelingsbeleid. De leden van de SGP-fractie erkennen dat er sprake is van een knelpunt. In een eerdere fase is gepoogd om initiatieven van onderop te doen ontstaan om de geconstateerde bestuurlijke knelpunten het hoofd te kunnen bieden. Dat is helaas op niets uitgelopen.

1.1 Provinciale discussie over bestuurskracht

De leden van de CDA-fractie merken op dat de MvT (MvT) gewag maakt van het advies van de Stuurgroep Krachtige Gemeenten, die gesteld heeft dat de bestuurlijke organisatie in de Duin- en Bollenstreek en de Leidse regio aanpassing behoeft. Deze leden vragen de regering in te gaan op de vraag op welke aanpassingen gedoeld wordt en waarom deze aanpassingen nodig zijn. Ook elders in de MvT wordt gesproken over «bestuurlijke belemmeringen» zonder nadere toelichting. Daarnaast vragen deze leden wat precies bedoeld wordt met «bestuurlijke drukte». Betekent minder gemeenten de opheffing van een aantal regionale verbanden, of domweg dat de regionale verbanden als zodanig blijven bestaan, maar minder gemeenten tellen? In het algemeen betekent regiovorming dat een aantal taken in regionaal verband uitgevoerd kan worden, wat de noodzaak tot een daadwerkelijke fusie tussen gemeenten kan verminderen, zo menen deze leden. Gaat deze redenering ook voor dit gebied op? Ofwel op welke wijze neemt de «bestuurlijke drukte» af door deze herindeling? Wat is het rendement van deze herindeling, zo vragen deze leden. Op basis van bestuurskrachtmetingen zou blijken dat geen van de drie gemeenten «optimaal scoort». Kan de regering gedetailleerd aangeven, waarin de drie gemeenten tekort schieten en welke gevolgen dit heeft voor toekomstige opgaven voor de gemeenten? De leden van de CDA-fractie vragen de regering m.n. in te gaan op de vraag welke grote regionale opgaven een opschaling dringend gewenst maken.

1.2. Het herindelingsbeleid van de provincie Zuid-Holland

Bij de arhi-procedure bleken vooral de problemen rond Warmond een urgente oplossing te behoeven. De leden van de CDA-fractie zijn zich ervan bewust dat deze problemen opgelost moeten worden. Ondanks reserves van de gemeenten Sassenheim en Voorhout is toch voor de variant gekozen om Warmond samen te voegen met Sassenheim en Voorhout. Kan de regering aangeven waarom niet andere varianten zijn onderzocht, waardoor gevolg kan worden gegeven aan de wens van zowel Sassenheim als Voorhout om zelfstandig te blijven? Zo bleek bij de hoorzitting, die de commissie op 28 april 2005 in het gebied heeft belegd, dat er gesprekken zijn geweest met Oegstgeest. Kan de regering aangeven waarom besloten is deze weg niet op te gaan? Nu de voorgenomen fusie niet kan rekenen op draagvlak in één van de betrokken gemeenten, vragen deze leden de regering te komen met een oplossing waarbij de bestuurlijke problemen van Warmond op adequate wijze kunnen worden opgelost, zonder dat sprake is van een onvrijwillige fusie.

De leden van de VVD-fractie stellen vast dat dit voorstel op decentraal niveau is voorbereid. Toch is er sprake van verschil van opvatting tussen de drie deelnemende gemeenten. Twee gemeenten steunen de samenvoeging terwijl de gemeente Voorhout een voorkeur heeft voor zelfstandigheid. Het voorstel heeft de steun van de meerderheid van de Staten van Zuid-Holland. Daarmee voldoet het aan de voorwaarden zoals afgesproken in het regeerakkoord. De VVD fractie vraagt de regering nader in te gaan op het verschil in appreciatie van de drie betrokken gemeenten.

Voor de leden van de D66-fractie is draagvlak een vereiste voor een herindeling. Zij vinden dat een herindeling in principe alleen door kan gaan als de (meerderheid van de) gemeenteraad en de bevolking achter een herindeling staan. Gemeenten en hun inwoners zijn volgens deze leden zeer wel in staat te bepalen wat goed voor de toekomst van hun gemeenten is. Wanneer zij – ondanks de ernst van de problemen – welbewust besluiten dat herindelen toch niet de beste oplossing is, dan moet de rijksoverheid dit accepteren.

Tijdens de behandeling van het herindelingsadvies van de Provincie Zuid-Holland in de vergadering van de Provinciale Staten van 26 mei 2004 werd geconstateerd dat twee van de drie gemeenteraden zich tegen herindeling hebben uitgesproken. In de MvT van onderhavig voorstel van wet wordt gemeld dat twee van de drie gemeenteraden voorstander van de voorgenomen fusie zijn. Kan de regering dit verschil nader toelichten?

Zien de leden van de D66-fractie het goed dat in de drie betrokken gemeenten een meerderheid van de mensen die aan referenda meegedaan hebben, zich tegen de voorgenomen fusie heeft uitgesproken?

1.3. Rijksbeleid

Het Beleidskader gemeentelijke herindeling is vastgesteld in september 2003 en geeft een aantal criteria, waarvan de belangrijkste draagvlak en bestuurskracht zijn. De leden van de CDA-fractie hebben reden te twijfelen of genoemde samenvoeging voldoet aan het criterium draagvlak. Het CDA hanteert als voorwaarde voor het voldoen aan het criterium draagvlak, een democratisch besluit van de verschillende gemeenteraden en van Provinciale Staten, en de route waarop deze besluitvorming tot stand gekomen is. De leden van de CDA-fractie betrekken in hun beoordeling van deze route ook de wijze waarop de burgers bij de besluitvorming betrokken zijn geweest en de gemeenteraad tot besluitvorming is gekomen. Op grond van de raadpleging van de burgers heeft de raad van Voorhout tegengestemd. Is de regering van mening dat dit herindelingsvoorstel ook aan het draagvlakcriterium voldoet, zo vragen deze leden.

Zoals de leden van de D66-fratie ook bij eerdere herindelingsvoorstellen van dit kabinet opmerkten, signaleren zij een mogelijke onderlinge tegenstrijdigheid tussen de zes criteria uit het Beleidskader gemeentelijke herindeling aan de hand waarvan de regering herindelingsvoorstellen beoordeelt. De ideale situatie is dat een herindelingsvoorstel aan alle zes criteria voldoet, maar dit zal in de praktijk niet altijd het geval zijn volgens deze leden. Dat betekent dat met een beroep op hetzelfde beleidskader zowel vóór als tegen een bepaalde herindeling kan worden gepleit. Deze leden zien het herindelingskader daarom meer als een kader aan de hand waarvan discussie kan worden gevoerd inzake herindelingen. Discussie over herindelingen vergen echter veel (bestuurlijke) energie en roepen dikwijls veel emotie op. De ideale bestuurlijke schaal zal waarschijnlijk nooit worden gevonden, en deskundigen verschillen van mening over de mate waarin herindeling daadwerkelijk bijdraagt aan het oplossen van problemen. Dat neemt niet weg dat ook de leden van de D66-fractie inzien dat de bestuurlijke schaal soms belemmerend kan werken. Naast herindelen zijn er nog tal van andere mogelijkheden voor gemeenten om gezamenlijke problemen op te lossen.

De regering stelt, zo constateren de leden van de fractie van de ChristenUnie, dat het niet mogelijk bleek een breder draagvlak tot stand te brengen. De uitkomsten van het referendum tonen inderdaad een klein draagvlak onder bevolking voor de fusie. Kan de regering aangeven wat de belangrijkste redenen zijn voor dit beperkte draagvlak onder de bevolking? Op welke wijze zijn deze redenen meegenomen in de beoordeling van het herindelingsvoorstel? Deze leden stellen het op prijs indien de regering nog eens expliciet toelicht waarom, ondanks het beperkte draagvlak, toch tot herindeling wordt overgegaan.

Gezien het geringe draagvlak voor de voorliggende variant (en voor andere mogelijke varianten) vragen de leden van de SGP-fractie waarom is gekozen voor een samenvoeging van drie gemeenten en niet is volstaan met de samenvoeging van een minimum van twee gemeenten. Dat geldt te meer nu blijkt dat er van de betrokken gemeenten in de gemeente Voorhout het minste draagvlak bestaat voor de voorgenomen samenvoeging. Welke alternatieven zijn door de regering overwogen om tegemoet te komen aan de positie van de gemeente Warmond? Om welke redenen is niet voor deze alternatieven gekozen? In hoeverre spelen daarbij ook mogelijke voornemens tot herindeling in andere delen van de betreffende regio een rol? De leden van de SGP-fractie vragen de regering in te gaan op de vraag in hoeverre in het licht van het geldende beleidskader herindeling samenvoeging van een gemeente met andere gemeenten doorgang kan vinden als ondubbelzinnig blijkt dat het bestuur, de volksvertegenwoordiging en de bevolking die samenvoeging in meerderheid afwijst. Welke factoren kunnen tegenover het grote gewicht dat aan de factor draagvlak wordt gehecht de balans desondanks naar de anderen kant laten doorslaan?

2. Inhoud van het wetsvoorstel

2.1. De nieuwe gemeente Teylingen in haar omgeving

De leden van de CDA-fractie vragen aandacht voor het criterium «regionale samenhang». In de regio lopen fusiebesprekingen tussen Noordwijkerhout, Lisse en Hillegom. Deze leden vragen naar de mening van de regering over de positie van de gemeente Noordwijk. Zij vragen zich af of voor de gemeente Noordwijk niet een geïsoleerde positie dreigt met de voorgenomen samenvoegingen van Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg (TK 30 032) en het onderhavige wetsvoorstel betreffende Voorhout, Sassenheim en Warmond, mede in het licht van besprekingen tussen Noordwijkerhout, Lisse en Hillegom. Deze leden vragen de regering naar de gevolgen hiervan voor de gemeente Noordwijk. In het verlengde hiervan vragen de leden van de CDA fractie of er een totaalvisie van de provincie ten grondslag ligt aan de inzet van de provincie om verschillende gemeenten in deze regio aan te moedigen gesprekken tot een fusie te beginnen. Zo ja, kan de regering deze leden informeren over de inhoud van deze totaalvisie.

Wordt voldaan aan het criterium Planologische ruimtebehoefte, wanneer de planologisch-ruimtelijke discussie tussen Rijnsburg en Voorhout in dit wetsvoorstel onopgelost blijft, zo vragen de CDA leden.

In het Beleidskader gemeentelijke herindeling wordt bij het criterium «duurzaamheid» gesteld dat «voorkomen moet worden, dat de nieuwe gemeente binnen afzienbare termijn wederom bij een herindeling wordt betrokken, en aldus van de ene in de andere herindelingsdiscussie terecht komt.» Mede in verband met het advies van de Raad van State, die stelt dat het nog onzeker is of de voorgestelde begrenzing in stand zal kunnen blijven, vragen de leden van de ChristenUnie-fractie de regering in te gaan op het criterium van duurzaamheid in verhouding tot dit wetsvoorstel.

In hoeverre is herindeling per 1 januari 2006 dermate noodzakelijk, dat een integraal herindelingsvoorstel, dat de buitengrenzen met alle betrokken buurgemeenten afbakent, niet kan worden afgewacht?

Deze leden vragen voorts waarom de provincie er uiteindelijk voor koos de bestaande buitengrenzen te handhaven. Heeft de regering op enigerlei wijze gestimuleerd dat het herindelingsadvies een integrale beoordeling van de buitengrenzen betrof, die als basis zou kunnen dienen van onderhavig wetsvoorstel?

De regering stelt dat als gevolg van de ontwikkeling van de VINEX-locatie in de gemeente Voorhout, Sassenheim en Voorhout dichter naar elkaar toe groeien. Dit zal, aldus de regering, de samenhang versterken. Hoe verhoudt zich dit tot de stelling van de gemeente Voorhout dat de te ontwikkelen VINEX-locatie juist verder van Sassenheim af ligt en het feit dat het gebied tussen Voorhout en Sassenheim beschermd veenweidegebied betreft, waar geen enkele vorm van bebouwing is toegestaan?

De leden van de SGP-fractie vragen naar de samenhang van het voorliggende voorstel met de ontwikkelingen en mogelijke voorgenomen wijzigingen ten aanzien van de bestuurskracht van de verschillende gemeenten in de regio. Is het ter tafel liggende wetsvoorstel voortgevloeid uit een integrale en samenhangende visie? Welke consequenties heeft die visie voor de overige gemeenten in de regio? Welk eindbeeld heeft de regering (al of niet in lijn met de opvattingen van de provincie) voor de onderhavige regio voor ogen?

2.2. Buitengrenzen van de nieuwe gemeente

De leden van de CDA-fractie constateren dat de Raad van State grote bezwaren had tegen het wetsvoorstel omdat een aantal buitengrenzen nog onderwerp van discussie is. Zij vragen de regering waarom het wetsvoorstel toch is ingediend en niet is afgewacht tot de provincie met gemeenten overeenstemming heeft bereikt over de buitengrenzen, alvorens het wetsvoorstel tot samenvoeging te bespreken. Deze route betekent dat een aantal burgers (bijv. Derde Poellaan in Sassenheim) en/of bedrijven (bijv. de bedrijven in de grensdiscussie tussen Rijnsburg en Voorhout) wellicht tweemaal te maken krijgen met een nieuwe gemeente. De eerste maal bij de samenvoeging van de gemeenten, de tweede maal bij een grenscorrectie. De leden van de CDA-fractie vragen of de regering dat niet een ongewenste situatie vindt, in het kader van het draagvlakcriterium. Deze leden menen dat hier onnodig sprake is van bestuurlijke drukte.

De leden van de CDA-fractie constateren met enige verbazing dat gemeenten in de regio door de provincie worden aangemoedigd mogelijke fusies te onderzoeken, terwijl de provincie zich tegelijkertijd afzijdig houdt bij de verschillende grensgeschillen. Kan de regering aangeven waarom de provincie vaart zet achter fusiebesprekingen, waarbij het gelijktijdig vaststellen van de buitengrenzen door de provincie als te tijdrovend wordt ervaren? Tijdens de hoorzitting werd door vertegenwoordigers van Oegstgeest, Alkemade en Lisse nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de verschillende grensgeschillen. Deze leden vragen de regering dan ook te bevorderen dat de provincie bij samenvoegingsvoorstellen zich ten doel stelt zoveel mogelijk ook de uiteindelijke buitengrenzen vast te stellen. Op deze wijze wordt ook tegemoet gekomen aan de kritiek van de Raad van State.

Ten aanzien van de buitengrenzen van de nieuwe gemeente zijn de leden van de PvdA-fractie van mening dat er enige kansen zijn gemist om met de herindeling een paar knelpunten op te lossen, of zoals in de MvT wordt geformuleerd: er zijn goede inhoudelijke argumenten die pleiten voor heroverweging. Ook de Raad van State vindt het niet verstandig in de toekomst weer opnieuw grenscorrecties uit te voeren, terwijl zich nu daartoe de gelegenheid voordoet.

De leden van de VVD-fractie zijn het met de regering eens dat het natuurlijk eerst gaat over het principe van samenvoeging. Toch dient er naar de opvatting van de leden van de VVD-fractie ook gekeken te worden naar het grensbeloop. Ook tijdens de hoorzitting kwamen ten aanzien van dit onderdeel de meeste vragen aan de orde. Gaarne vragen deze leden de regering een reactie op een aantal grensdiscussies. Aansluitend op het advies van de Raad van State en de inbreng van de diverse gemeenten in de door de Tweede Kamer georganiseerde hoorzitting lijkt het deze leden zeer wel denkbaar dat reeds nu een definitieve keuze wordt gemaakt ten aanzien van de buitengrenzen van de nieuwe gemeente Teylingen. Dit voorkomt problemen en langdurige discussie achteraf. Graag vragen zij de regering een nadere toelichting, dan wel een heroverweging van de ingenomen standpunten.

De leden van de D66-fractie scharen zich achter de ernstige bezwaren die de Raad van State maakt tegen de onzekerheid van de voorgestelde begrenzing. Is het niet hoogst ongebruikelijk om een herindelingsvoorstel naar de Kamer te zenden waarvan de buitengrenzen niet definitief zijn? Als er dan toch moet worden heringedeeld dan ligt het volgens deze leden veel meer voor de hand om te wachten op de definitieve ontwikkelingen in de regio.

De leden van de SGP-fractie stellen vast dat er diverse voorstellen en wensen bestaan om te komen tot grenscorrecties van de voorgenomen gemeente Teylingen met de omliggende gemeenten. Zij achten dit voor de hand liggende wensen die serieuze overweging verdienen. In het voorliggende voorstel heeft de regering, met uitzondering van het grensbeloop rond de Klinkenbergerplas, er in navolging van de provincie voor gekozen om in een later stadium over de buitengrenzen van de nieuw te vormen gemeente te beslissen. De leden van de SGP-fractie vinden dat een onwenselijke situatie. Zij pleiten voor maximale duidelijkheid bij deze toch al omstreden voorgenomen samenvoeging. Als argument wordt aangedragen dat in de directe omgeving van de nieuw te vormen gemeenten mogelijk meer herindelingen zullen plaatsvinden. De leden van de SGP-fractie vragen of de betrokken en omliggende gemeenten daar nu al mee kunnen rekenen. Ook vragen zij in hoeverre mogelijke herindeling van bijvoorbeeld de gemeenten Lisse en Alkemade van invloed zal zijn op de nu actuele voorstellen voor grenscorrectie. Alles overziende dringen de aan het woord zijnde leden er bij de regering op aan om bij gelegenheid van het onderhavige wetsvoorstel knopen door te hakken over de nu hoe dan ook in discussie zijnde grenscorrecties, zodat de nieuwe gemeente de komende jaren niet onnodig met open einden van de samenvoeging blijft zitten en ook aan de omliggende gemeenten duidelijkheid wordt geboden.

2.2.1. Derde Poellaan

De leden van de PvdA-fractie pleiten ervoor de grens Lisse–Sassenheim zodanig aan te passen dat het bebouwde gebied rond de Derde Poellaan van de gemeente Lisse overgaat naar de nieuw te vormen gemeente Teylingen. In dit pleidooi voelen de leden zich gesterkt door hetgeen hierover tijdens de hoorzitting is gemeld. Deze leden zien op dit punt graag een Nota van Wijziging tegemoet.

Ten aanzien van de discussie tussen de gemeente Lisse en de nieuwe gemeente Teylingen is het de leden van de VVD-fractie onduidelijk waarom de regering niet nu reeds een grenscorrectie heeft voorgesteld ten aanzien van de Derde Poellaan. De leden van deze fractie ontgaat het ook wat een dergelijke grenscorrectie van doen heeft met een eventuele gemeentelijke herindeling van de gemeente Lisse met Hillegom en Noordwijkerhout. Deze leden ontvangen graag een nadere toelichting.

2.2.2. Boterhuispolder

Ten aanzien van de Boterhuispolder aan de oostkant van de huidige gemeente Warmond nodigen de leden van de PvdA-fractie de regering uit om het wetsvoorstel zodanig aan te passen dat dit gebied bij de gemeente Alkemade gevoegd wordt. Deze leden hebben begrip voor het argument dat de toekomstige toeristische ontwikkelingen in het Kaaggebied aandacht hebben gekregen. Desondanks vinden zij het merkwaardig dat een deel van de nieuw te vormen gemeente over de openbare weg slechts bereikt kan worden via twee andere gemeenten. Ook in dit opzicht voelen de leden zich gesterkt in hun opvatting door hetgeen hierover tijdens de eerder genoemde hoorzitting werd opgemerkt.

Ten aanzien van het grensbeloop tussen de gemeenten Teylingen en de gemeenten Alkemade en of Leiderdorp is het de leden van de VVD-fractie ook onduidelijk waarom geen beslissing wordt genomen. Graag ontvangen deze leden ook op dit onderdeel een inhoudelijke reactie van de regering.

2.2.3. Sassenheim – Warmond

De gemeente Voorhout wijst in haar commentaar op een reservering van het ministerie van Verkeer en Waterstaat voor de realisering van een NS station op de grens van Sassenheim en Warmond. Dit brengt extra woningbouw met zich mee. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen of dit juist is en of de regering van mening is dat dit de oplossing zou kunnen zijn voor de problematiek van de gemeente Warmond.

2.2.4. Klinkenbergerplas

De regering heeft ervoor gekozen om de Klinkenbergerplas toe te voegen aan de gemeente Oegstgeest. De gemeente Oegstgeest vraagt deze grenscorrectie zodanig vorm te geven dat ook de gevangenis op haar grondgebied komt te liggen. Heeft de regering dit overwogen en wat is het oordeel van de regering over dit verzoek, zo vragen de leden van de VVD fractie.

In tegenstelling tot het advies van de provinciale staten heeft de regering er wel voor gekozen een grenscorrectie voor te stellen met betrekking tot de Klinkenbergerplas. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen waarom op dit punt wel een voorstel door de regering is gedaan, en op andere punten niet.

2.2.5. Rijnsburg

Ten aanzien van het verloop van de grens tussen de gemeente Rijnsburg en de nieuw te vormen gemeente Teylingen wordt zowel in het voorstel van de provincie Zuid-Holland als in de MvT opgemerkt dat deze buitengrens in de toekomst onderwerp van nadere discussie zal zijn. De leden van de PvdA-fractie doen een beroep op de regering ook dit punt niet boven de markt te laten hangen en met een voorstel te komen waarin een toekomstbestendige keuze wordt gemaakt voor wat betreft de nieuw te vormen buitengrens.

3. Financiële aspecten

De leden van de CDA-fractie vragen de regering tenslotte, wat de financiële gevolgen zijn voor de burgers betreffende de lokale lasten in de nieuwe gemeenten. Deze leden vragen de regering eveneens welke maatregelen de nieuwe gemeente van plan is te nemen om een adequaat en goed gespreid voorzieningenniveau voor de burgers te realiseren.

De voorzitter van de commissie,

Noorman-den Uyl

Adjunct-griffier van de commissie,

Hendrickx


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Kalsbeek (PvdA), Van Heemst (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), voorzitter, Vos (GL), Cornielje (VVD), Adelmund (PvdA), De Wit (SP), Van Beek (VVD), ondervoorzitter, Van der Staaij (SGP), Luchtenveld (VVD), Wilders (Groep Wilders), De Pater-van der Meer (CDA), Duyvendak (GL), Wolfsen (PvdA), Spies (CDA), Eerdmans (LPF), Sterk (CDA), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), Van Fessem (CDA), Smilde (CDA), Straub (PvdA), Nawijn (LPF), Boelhouwer (PvdA), Szabó (VVD), Van Hijum (CDA) en Vacature (algemeen).

Plv. leden: De Vries (PvdA), Dijsselbloem (PvdA), Fierens (PvdA), Halsema (GL), Schippers (VVD), Dubbelboer (PvdA), Kant (SP), Rijpstra (VVD), Slob (CU), Hirsi Ali (VVD), Griffith (VVD), Rambocus (CDA), Van Gent (GL), Vacature (algemeen), Çörüz (CDA), Hermans (LPF), Van Haersma Buma (CDA), Koser Kaya (D66), Bruls (CDA), Van Bochove (CDA), Algra (CDA), Hamer (PvdA), Varela (LPF), Leerdam, MFA (PvdA), Balemans (VVD), Eski (CDA) en Vergeer (SP).

Naar boven