30 006
Wijziging van de Mediawet in verband met aanpassing van de indexering van de rijksomroepbijdrage

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de wijze van indexering van de rijksomroepbijdrage gelijk te schakelen met de reguliere methode voor begrotingsgefinancierde uitgaven, en daartoe de Mediawet te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Mediawet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 64, tweede lid, wordt «prijsindex voor de gezinsconsumptie» vervangen door: consumentenprijsindex.

B

In artikel 82j, derde lid, eerste volzin, wordt «de door het Centraal Bureau voor de Statistiek voor een kalenderjaar vastgestelde prijsindex voor de gezinsconsumptie» vervangen door: de door het Centraal Planbureau voor een kalenderjaar geraamde consumentenprijsindex.

C

Artikel 111, tweede lid, tweede volzin, komt te luiden: Onze Minister stelt het in de vorige volzin bedoelde bedrag jaarlijks bij met de door het Centraal Bureau voor de Statistiek voor het desbetreffende jaar geraamde index voor de groei van het aantal huishoudens in Nederland en met de door het Centraal Planbureau voor het desbetreffende jaar geraamde consumentenprijsindex.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2005.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Naar boven