nr. 15
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 maart 2008
Zoals is toegezegd tijdens de plenaire behandeling van het Facultatief
Protocol bij het Verdrag inzake de rechten van het kind inzake de betrokkenheid
van kinderen bij gewapende conflicten op 12 maart jl. ontvangt u hierbij
nadere informatie over de informatie aan aspirant-militairen, het onderzoek
van dr. Engelhard en het oordeel van de regering over de amendementen van
het lid Poppe. Tevens ga ik in op de positie van de aspirant-militair ten
aanzien van het militair tuchtrecht.
Informatie voor de(aspirant-)militair
Bijgaand stuur ik de informatie die aan geïnteresseerden voor een
aanstelling bij de Koninklijke landmacht wordt verstrekt1. Deze informatie voldoet naar mijn mening aan artikel 3, derde lid,
onderdeel c van het Facultatief Protocol, dat «de personen volledig
ingelicht worden over de plichten die gemoeid zijn met de militaire dienst».
Zoals u bekend is, komt de figuur van aspirant-militair op dit moment nog
niet voor in de krijgsmacht. Daarom ontvangt u de informatie die op dit moment
aan iedereen wordt verstrekt.
Het onderzoek van dr. Engelhard
Zoals ik u in mijn brief van 10 maart heb geschreven heeft dr. Engelhard
onderzoek gedaan naar de relatie tussen PTSS en uitzendingen onder Nederlandse
militairen die in 2004 en 2005 in Irak werkzaam zijn geweest (Kamerstuk 30 139,
nr. 40). Dit onderzoek geschiedde met medewerking van, maar niet in opdracht
van Defensie. Defensie heeft dan ook geen zeggenschap ten aanzien van publicatie
van de resultaten. Naar aanleiding van de motie-Van Velzen c.s. (Kamerstuk
30 139, nr. 8) van 20 juni 2005 is leeftijd als variabele in het
onderzoek meegenomen. In de Nota naar aanleiding van het Nader Verslag, van
21 maart 2006 (Kamerstuk 29 976 (R 1780), nr. 9), werd de verwachting
geuit, dat de resultaten in de eerste helft van 2006 beschikbaar zouden zijn.
Dit bleek evenwel niet het geval. Dr. Engelhard heeft het resultaat van haar
onderzoek pas in augustus 2007 gepubliceerd in een wetenschappelijk
artikel in de British Journal of Psychiatry. Daarin werd gemeld dat leeftijd
geen significante variabele is. Van deze publicatie ontvangt u als bijlage
de Nederlandstalige versie1. Gelet op het belang
dat aan een onderbouwing van die conclusie wordt gehecht heeft Defensie dr.
Engelhard verzocht een aanvullend een nadere beschouwing te wijden aan een
mogelijke relatie tussen leeftijd en gevoeligheid voor PTSS. Deze beschouwing
is gebaseerd op een analyse van een groot aantal wetenschappelijke artikelen
en was niet eerder beschikbaar dan 15 februari 2008. Het is als bijlage
bij mijn brief van 10 maart gevoegd.
De amendementen van de heer Poppe
Het amendement op stuk nummer 12 beoogt de instroomleeftijd op 18 jaar
te stellen en niet over te gaan tot invoeren van de aspirant-militair. Dit
amendement gaat evenwel voorbij aan de conclusies van het Kamerdebat op 25 juni
2002 over de brief van mijn ambtsvoorganger van 28 mei 2002 (TK 2001–2002,
26 900, nr. 52) en de motie-De Vries (TK 2001–2002, 26 900,
nr. 54). Het onderhavige wetsvoorstel is hierop gebaseerd. Het amendement
is strijdig met deze uitgangspunten en het moet dan ook ten sterkste worden
ontraden.
Het amendement op stuk nummer 13 strekt tot het toevoegen van het woord «buitenlandse»
in het derde lid van artikel 1a. Naar mijn mening voegt dit niets toe. Aspirant-militairen
worden niet ingezet, onder geen enkele omstandigheid. Dat staat naar mijn
mening al goed verwoord in het wetsvoorstel. Ik heb dan ook geen behoefte
aan dit amendement.
De staatssecretaris van Defensie,
J. G. de Vries