29 972
Wijziging van de Wet milieubeheer betreffende de milieuverslaglegging (afschaffing verplichting publieksverslag)

nr. 5
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 4 april 2005

Het verheugt mij dat de leden van de CDA-fractie zich uitstekend kunnen vinden in het wetsvoorstel en dat ook de leden van de PvdA-fractie in principe akkoord gaan.

In antwoord op een desbetreffende vraag van de leden van de CDA-fractie – ook de leden van de PvdA-fractie maken daar een opmerking over – kan worden bevestigd dat alle informatie in het jaarlijkse overheidsverslag op basis van de Wet openbaarheid van bestuur beschikbaar blijft voor het publiek. Artikel 12.7 van de Wet milieubeheer regelt dat. De eis die voor het publieksverslag geldt, te weten een op een beknopte en voor het algemeen publiek begrijpelijke formulering, geldt echter niet voor het overheidsverslag. Als die eis ook voor het overheidsverslag zou gelden, zou er geen aanzienlijke reductie van de administratieve lasten (€ 14,5 mln.) worden bereikt. Het verdrag van Aarhus leidt niet tot het handhaven van een dergelijke waarborg. Zoals ook in de memorie van toelichting is gemeld, wordt het publieksverslag weinig gebruikt. Het geïnteresseerde publiek maakt nu al vaak liever gebruik van het overheidsverslag, omdat het overheidsverslag veel meer informatie bevat. Met het bedrijfsleven en betrokken stakeholders wordt dit jaar een overleg gestart om te bezien hoe de informatie in het overheidsverslag nog beter toegankelijk te maken is. Voorts wordt er bij het lopende project nieuwbouw emissieregistratie ook ruime aandacht besteed aan publieke toegankelijkheid en begrijpelijkheid van de aangeboden informatie voor de burger. Internationale ontwikkelingen (met name het Protocol Pollutant Release and Transfer Register (PRTR) onder het Verdrag van Aarhus en de Europese Verordening PRTR die momenteel ontwikkeld wordt) zullen er toe leiden dat steeds meer – met name emissiegegevens – van grote, individuele bronnen gepubliceerd gaan worden in een Register en daarmee direct inzichtelijk worden voor de burger. Ook dit aspect wordt bij de voorgenomen actualisatie van het systeem van emissieregistratie meegenomen.

In antwoord op de vraag van de leden van de CDA-fractie wanneer voorstellen tegemoet kunnen worden gezien over versobering van het overheidsverslag en waaraan concreet wordt gedacht, merk ik het volgende op. Door middel van het thans elektronisch kunnen invullen van het overheidsverslag heeft al een versobering plaatsgevonden. Hierbij wordt in nauw overleg met het bedrijfsleven het format voor invulling van het elektronische overheidsverslag voortdurend bezien op mogelijkheden van vereenvoudiging. Verder zal het Besluit milieuverslaglegging meer in overeenstemming worden gebracht met internationale verplichtingen, zoals de IPPC-richtlijn en het reeds genoemde PRTR Protocol. Een wijziging van dit Besluit zal naar verwachting in de loop van volgend jaar in werking treden.

De leden van de PvdA-fractie hebben enkele vragen met betrekking tot het betrekken van burgers bij hun lokale milieusituatie.

In reactie hierop meld ik het volgende.

De RIVM-website Gezondheid en Milieu wordt op 5 april 2005 officieel in gebruik genomen. De website biedt informatie over de invloed van het milieu en onze leefomgeving op de gezondheid aan de hand van een aantal thema's. Op dit moment zijn de thema's luchtverontreiniging, geluid, binnenmilieu, externe veiligheid, leefomgevingskwaliteit, bodem en waterkwaliteit beschikbaar. Voor elk thema worden de mogelijke gezondheidseffecten en -risico's, de omvang van de blootstelling en (de effecten van) het beleid beschreven. Waar mogelijk worden trends in tijd en/of plaats gepresenteerd. De informatie is gebaseerd op officiële rapporten en publicaties en is beoordeeld door vakdeskundigen.

De website vormt de schil rond het Informatiesysteem Milieu en Gezondheid (IMEG). Dit systeem is in ontwikkeling en bevat gegevens over monitoringsystemen en indicatoren voor milieu en gezondheid in Nederland. Het is mogelijk om te zoeken welke informatie beschikbaar is, waar deze informatie te vinden is, en wat de kwaliteit van de informatie is. Er is informatie over meer dan 200 indicatoren en circa 80 bijbehorende monitoringsystemen beschikbaar. Naast deze nationale gegevens wordt ook informatie over lokale, regionale en internationale initiatieven en systemen voor milieu- en gezondheidsmonitoring ontsloten.

De website biedt verder informatie over organisaties die zich bezighouden met milieu- en gezondheidsbeleid en -onderzoek op verschillende schaalniveaus (internationaal, nationaal, etc). Ook worden instrumenten voor onderzoek naar de relatie tussen milieu en gezondheid beschreven. Tot slot geeft de website een overzicht (met links) waar mensen terecht kunnen met vragen of klachten over milieu en gezondheid.

Thans biedt genoemde de RIVM-website nog geen mogelijkheden om via de postcode betekenisvolle informatie te krijgen over de lokale milieusituatie. Wel zijn er links naar risicokaarten opgenomen, waar locatiegebonden risico's worden weergegeven. Het is op korte termijn niet haalbaar om voor heel Nederland via de postcode informatie te verstrekken over de lokale milieusituatie voor die factoren die de grootste ziektelast veroorzaken. Het opbouwen van een database met (lokale) milieu- en gezondheidsgegevens vergt een zeer grote inspanning omdat veel gegevens van verschillende bronnen verzameld en eenduidig ontsloten moeten worden. Ook de lokale informatie over milieu en gezondheid is nog maar zeer beperkt beschikbaar en vaak onvergelijkbaar. Als het systeem eenmaal gebouwd is, vergt het actueel houden van de database ook een aanzienlijke investering. Het ontsluiten van de lokale informatie over kankerrisico's voor de regio's IJmond, Rijnmond en Nijmegen/Beuningen via het project «rechtomteweten.nl» heeft drie jaar in beslag genomen. Gelet op het voorgaande er is al veel bekend lijkt het uitvoeren van een pilot naar mijn mening momenteel minder opportuun. Uiteraard zijn er wel ontwikkelingen te noemen. Zo bestaat het voornemen om informatie over (door burgers gesignaleerde) nieuwe risico's na beoordeling door deskundigen, in de toekomst via genoemde RIVM-website te ontsluiten. Daarnaast is de ambitie om de website te laten uitgroeien tot een platform voor (het uitwisselen en vergelijken van) informatie en gegevens over milieu en gezondheid op meerdere schaalniveaus (landelijk, regionaal, lokaal). Afhankelijk van de beschikbare data en het budget wordt het dan waarschijnlijk ook mogelijk om via de website zelf tabellen, grafieken of kaarten samen te stellen.

Verder kan gewezen worden op het hiervoor reeds genoemde PRTR Protocol onder het Verdrag van Aarhus. Dit protocol brengt met zich mee dat informatie over emissies van grote bronnen op lokaal niveau gepubliceerd moet worden in een publiek toegankelijk register (via internet). Op dit moment wordt onderzocht welke consequenties het PRTR Protocol heeft voor het huidige emissieregistratiesysteem. De resultaten daarvan zullen worden meegenomen bij de actualisatie van de emissieregistratie.

Het project «rechtomteweten.nl» van de Gelderse Milieufederatie en Stichting Natuur en Milieu is om voornoemde redenen een zeer nuttig initiatief. De lessen van rechtomteweten zijn betrokken bij het inrichten van de bovengenoemde RIVM -website en zullen waar mogelijk verder worden meegenomen in relevante VROM-projecten. Het project «rechtomteweten.nl» had immers betrekking op drie beperkte gebieden in Nederland en bevat voor slechts één aspect (risico op kanker door industrie) informatie.

Wat betreft de informatieverschaffing in algemene zin wordt verwezen naar het Project Andere Overheid, waarover de Kamer op 23 december 2004 een voortgangsrapportage heeft ontvangen (Kamerstukken II, 2004/05, 29 362, nr. 25). Ten slotte wil ik de volgende, voor mijn beleidsterrein belangrijke ontwikkeling op het gebied van externe veiligheid noemen.

Het wetsvoorstel registratie gegevens externe veiligheid inrichtingen, transportroutes en buisleidingen (Kamerstukken I, 2004/05, 28 767) en een hiermee samenhangend uitvoeringsbesluit, zal binnenkort in procedure worden gebracht. In het kabinetsstandpunt Vuurwerkramp Enschede zijn besluiten opgenomen die een directe relatie hebben met het Registratiebesluit externe veiligheid en de wijziging van Hoofdstuk 12 van de Wet milieubeheer waarop het besluit gebaseerd is. Deze besluiten zijn verwerkt in de Wet van 13 april 2004 tot wijziging van de Brandweerwet 1985, de Wet rampen en zware ongevallen en de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen in verband met de bevordering van de kwaliteit van de rampenbestrijding door middel van een planmatige aanpak en de aanscherping van het provinciale toezicht en tot wijziging van de Wet ambulancevervoer (Wet kwaliteitsbevordering rampenbestrijding (WKR).

In lijn met het kabinetsstandpunt Vuurwerkramp is tijdens de ontwikkeling van het register aansluiting gezocht met de onder verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken ontwikkelde model-risicokaart, die als basis dient voor de door gedeputeerde staten te realiseren en te beheren provinciale risicokaarten. Deze aansluiting resulteert onder meer in een eenduidige presentatie van de gegevens op één kaart, namelijk de provinciale risicokaart. Het genoemde wetsvoorstel 28 767 wijzigt de Wet milieubeheer in verband met de invoering van een registratieplicht voor risicosituaties met gevaarlijke stoffen. Door deze registratieplicht moeten overheden risicogegevens over risicovolle situaties waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn, melden aan een centraal openbaar register. Het register geeft inzicht in de externe veiligheid rond inrichtingen waar gevaarlijke stoffen aanwezig zijn, en transportroutes waarover, en buisleidingen waardoor zij worden getransporteerd. Het register wordt beheerd door het (RIVM) en kan worden geraadpleegd door zowel burgers, nabuurbedrijven, overheden en anderen op grond van belangstelling voor of betrokkenheid bij risicogegevens.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P. L. B. A. van Geel

Naar boven