29 866
Het van rechtswege verlenen van erkenningen voor landelijke publieke omroep en verkorting van de duur van erkenningen en voorlopige erkenningen voor landelijke publieke omroep (Tijdelijke wet verkorting erkenningenduur publieke omroepen)

nr. 7
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 11 februari 2005

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

De artikelen 1 en 2 vervallen.

Toelichting

Artikel 1 van het wetsvoorstel bepaalt dat in afwijking van de op grond van de huidige Mediawet geldende procedure de erkenningen van bestaande omroepverenigingen voor de periode na 1 september 2005 van rechtswege voor drie jaar worden verleend. Artikel 2 van het wetsvoorstel bepaalt dat de aan nieuwe omroepverenigingen te verlenen voorlopige erkenningen eveneens voor drie jaar worden verleend. Deze bepalingen gaan uit van de situatie dat het wetsvoorstel nog vóór 1 januari 2005 – het tijdstip waarop volgens de huidige bepalingen van de Mediawet en het Mediabesluit de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dient te beslissen over de erkenningen – in werking zou kunnen treden. Dat is niet haalbaar gebleken. Dit heeft er toe geleid dat toepassing diende te worden gegeven aan de geldende bepalingen van de Mediawet en het Mediabesluit. Op grond daarvan zijn vóór 1 januari 2005 aan alle bestaande omroepverenigingen erkenningen verleend en hebben twee nieuwe omroepverenigingen een voorlopige erkenning gekregen. Deze erkenningen zijn verleend voor vijf jaar. Met toepassing van artikel 4 van het wetsvoorstel zullen deze erkenningen worden omgezet in erkenningen voor drie jaar.

De artikelen 1 en 2 van het wetsvoorstel hebben daarmee hun betekenis verloren en kunnen vervallen.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. C. van der Laan

Naar boven