29 854
De moord op de heer Th. van Gogh

nr. 16
GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID KOENDERS TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 15

Voorgesteld 24 oktober 2006

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het inmiddels twee jaar geleden is dat Theo van Gogh vermoord is en dat er grote overeenstemming bestaat over de noodzaak van een spoedige evaluatie van de gang van zaken voorafgaand aan deze moord, in het bijzonder binnen de AIVD en de politie;

overwegende, dat de strafzaken tegen Mohammed B. zijn afgerond met onder andere als conclusie dat geen wettig en overtuigend bewijs aanwezig is voor hulp aan de dader bij de voorbereiding of uitvoering van de door hem gepleegde moord op Theo van Gogh en dat ook bewijs ontbreekt dat hij over zijn voornemen, die moord te plegen met leden van de zogenoemde Hofstadgroep heeft gesproken, waarmee nu juridisch en inhoudelijk is vastgesteld welke rol Mohammed B. heeft gespeeld;

verzoekt de regering bedoelde evaluatie naar de Kamer te sturen en daarbij maximale openbaarheid te betrachten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Koenders

Naar boven