29 815
Jeugdzorg 2005–2008

24 587
Justitiële Inrichtingen

nr. 103
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 mei 2007

Naar aanleiding van uw brief van 12 april 2007, kenmerk 07-Just-B-022 bericht ik u het volgende.

Op 18 september 2006 zond de toenmalige Minister van Justitie uw Kamer een rapport dat was opgesteld naar aanleiding van pilots met meerpersoons-kamergebruik in een drietal justitiële jeugdinrichtingen (TK, 2005/2006, 29 815 en 24 587, nr. 86). Het ging om experimenten die in het kader van de taakstelling werden verricht om te bezien of meerpersoonskamergebruik als een mogelijke bezuinigingsmaatregel in de justitiële jeugdinrichtingen kon worden ingevoerd. De pilots vonden tussen voorjaar 2005 en zomer 2006 plaats bij opvanggroepen van De Hunnerberg te Nijmegen, Eikenstein te Zeist en De Hartelborgt te Spijkenisse.

De conclusie uit de onderzoeken was dat meerpersoonskamergebruik overwegend negatieve gevolgen had voor welzijn en veiligheid van jongeren en dat er geen inhoudelijke argumenten gevonden konden worden die ervoor pleitten bij jeugdigen meerpersoonskamergebruik in te voeren. Dit bracht de toenmalige Minister van Justitie ertoe om uw Kamer op dat moment te melden dat meerpersoonskamergebruik bij jeugdigen geen optie was om als een bezuinigingsmaatregel in te zetten en dat brede invoering niet in verhouding stond tot de ermee gepaard gaande inspanningen. Op dat moment is besloten de pilots te beëindigen.

Sinds september 2006 en heden is de situatie ongewijzigd. Er zijn op dit moment geen initiatieven voor experimenten met meerpersoonskamergebruik.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven