29 803
Staat van de Europese Unie

nr. 6
MOTIE VAN HET LID VAN DER LAAN

Voorgesteld 10 november 2004

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat voor de uiteindelijke toetreding van Turkije de problematiek rond Cyprus moet zijn opgelost;

voorts overwegende, dat dit betekent dat parallel aan de onderhandelingen vorderingen verwacht worden van Turkije en andere partijen om de deling van het eiland op te heffen;

voorts overwegende, dat dit tot nu toe geen onderdeel uitmaakt van de noodremprocedure en de monitoringssystematiek, terwijl het ook mogelijk is dat juist Turkije een oplossing tegenwerkt danwel vertraagt;

verzoekt de regering zich in te zetten om de noodremprocedure uit te breiden met het monitoren van de vorderingen inzake Cyprus en dit gepaard te laten gaan met een stappenplan en deadlines,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Laan

Naar boven