29 800 VIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2005

nr. 105
AMENDEMENT VAN HET LID DITTRICH

Ontvangen 22 november 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 14 Cultuur worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 3 814 (x € 1 000).

Toelichting

Dit amendement beoogt de uitgaven voor Cultuur te verhogen met 3,8 miljoen. De dekking voor dit amendement wordt gevonden in de afdrachten van de kansspelorganisaties, waaronder de Staatsloterij, op de begroting van Financiën (zie amendement 29 800 IXB, nr. 11).

In andere Europese landen is het gebruikelijk dat een belangrijk deel van (staats-)loterij-opbrengsten aan cultuur wordt besteed. In het Verenigd Koninkrijk is dat zelfs 33 procent. Ook in Nederland zou een deel van de opbrengsten van de (Staats-)loterij aan cultuur moeten worden besteed.

Met de gelden die dit amendement vrijmaakt kunnen de bezuinigingen op Cultuur verder worden gecompenseerd. Cultuur is een kwetsbare sector, waar ook kleine bezuinigingen ingrijpende gevolgen hebben.

Over de besteding van deze gelden kan de staatssecretaris, na advies van de Raad voor Cultuur, een voorstel aan de Kamer doen. Daarbij kan bijvoorbeeld bijzondere aandacht uitgaan naar het mogelijk maken van een soepele overgang naar een nieuwe ondersteuningsstructuur, internationaal cultuurbeleid, het op vlieghoogte brengen van de ensemblesector, de jeugdfilmsector, lokatietheater, etc.

Dittrich