29 754 Terrorismebestrijding

Nr. 468 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 september 2018

Bijgaand bied ik u het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN) 48 aan1, opgesteld door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV).

Het dreigingsniveau is vastgesteld op niveau vier («substantieel») van vijf. Dat wil zeggen dat de kans op een aanslag in Nederland reëel is. De steekpartij op het station van Amsterdam Centraal van vrijdag 31 augustus jl. illustreert dit beeld. Op grond van het eerste onderzoek is geconcludeerd dat de verdachte een terroristisch motief had.

De jihadistische dreiging vormt nog steeds de voornaamste terroristische dreiging tegen Nederland. Belangrijkste factoren die maken dat het dreigingsniveau «substantieel» blijft, zijn de vanuit Nederland opererende internationale jihadistische netwerken die aanslagen in Europa (inclusief Nederland) kunnen plegen en de geweldsdreiging die onverminderd uitgaat vanuit de Nederlandse jihadistische beweging. Hoewel het dreigingsniveau sinds 2013 substantieel is, is de aard van de dreiging sindsdien veranderd. Deze veranderingen werden reeds in het najaar van 2017 gesignaleerd en hebben zich voortgezet. Het betreft met name de sterke afname van het aantal aanslagen in Europa sinds 2017 en het enorme verlies van grondgebied van ISIS.

Het huidige dreigingsbeeld onderstreept het belang van de aanpak zoals uiteengezet in de brief «integrale aanpak terrorisme» van november 20172. Daarbij wordt naar aanleiding van actuele dreigingsinformatie doorlopend bezien of binnen deze integrale aanpak accenten verlegd moeten worden. Onderstaand licht ik de belangrijkste elementen uit het nu voorliggende dreigingsbeeld en de aanpak hierop toe.

Heroriëntatie Nederlandse jihadistische beweging

Er blijft van de Nederlandse jihadistische beweging een directe geweldsdreiging uitgaan. De beweging bevindt zich in een fase van heroriëntatie nu het «kalifaat» als magneet voor jihadisten (wereldwijd) is weggevallen. De beweging houdt zich weer volop met da’wa activiteiten bezig. De verspreiding van de jihadistische boodschap (da’wa), waarvan de rechtvaardiging van geweld een belangrijk onderdeel blijft, manifesteert zich vooral online door ontplooiing van activistische en educatieve activiteiten en het voeren van (onderlinge) discussies. Ook is in toenemende mate sprake van straatda’wa-activiteiten. De jihadistische beweging probeert hiermee nieuwe aanwas te genereren en hun bereik te vergroten. Hierbij trekken jihadisten en salafisten soms gezamenlijk op, hetgeen jihadisten toegang geeft tot een veel grotere groep van potentiele volgelingen.

De in dit dreigingsbeeld geconstateerde toename van da’wa en de zorgelijke ontwikkeling binnen de uitwassen van het salafisme vereist een doortastend optreden en een gezamenlijke inventieve aanpak van operationele diensten, gemeenten en rijk. Hierbij moeten mogelijke maatregelen in de volle breedte worden bezien en ingezet. Ik zal mij de aankomende periode samen met de Minister van SZW en de betrokken burgemeesters inspannen om door middel van confronteren en handhaven het jihadisme, en de voor onze samenleving schadelijke vormen van het salafisme, te bestrijden. Hierbij is naast aandacht voor bovenstaande ontwikkelingen, tevens blijvende aandacht nodig voor andere voedingsbodems die kunnen leiden tot radicalisering.

Er wordt geïnvesteerd in preventie met als doel aanwas van de jihadistische beweging te voorkomen3. Binnen deze aanpak past het vroegtijdig online onderkennen van extremistische structuren en activiteiten om (preventieve) interventies te kunnen faciliteren. Hierbij is ook het verwijderen van extremistische content van belang. Nederland is intensief betrokken bij de totstandkoming van de aangekondigde Europese maatregelen tegen de verspreiding van terroristische propaganda via social media netwerken. Ook is het van belang om het zicht op online extremistische en terroristische structuren verder uit te bouwen en deze aan te pakken. Momenteel wordt door de Internet Referral Unit online jihadistische content gemonitord en verwijderd. De komende jaren wordt de aanpak van extremistische en terroristische activiteiten online verder uitgebreid.

Terugkeer en re-integratie

De komende jaren zullen regelmatig jihadisten, van wie bekend is dat zij volharden in hun jihadistische ideeën, vrijkomen uit detentie. Dit zijn zowel jihadisten (mannen en vrouwen) die zijn teruggekeerd uit het strijdgebied als home grown terroristen. Ook in een aantal andere Europese landen is dit het geval. Het vrijkomen van gedetineerde jihadisten en de dynamiek waar dit toe kan leiden, zal dan ook de komende jaren een belangrijk deel van het dreigingsbeeld blijven vormen. Vanuit het Regeerakkoord zijn aanvullende middelen beschikbaar gesteld om te intensiveren op re-integratie en disengagement. De Dienst Justitiële Inrichtingen en Reclassering Nederland zullen de komende periode nieuwe en bestaande interventieprogramma’s op het gebied van de-radicalisering ontwikkelen, inzetten en evalueren. Doel is het beheersen van mogelijke risico’s door (ex-gedetineerde) jihadisten begeleid en gecontroleerd in de samenleving terug te brengen.

Ook internationaal staat de problematiek rondom terugkeerders, mede dankzij de inzet van Nederland, hoog op de internationale agenda, zowel in EU- en VN-verband als in het Global Counter Terrorism Forum en de anti ISIS coalitie. Nederland agendeert dit actief op alle niveaus, met als inzet te komen tot een meer gezamenlijke aanpak op het gebied van bewijsgaring uit strijdgebieden, vervolging en detentie, en de rol van families met specifieke aandacht voor minderjarigen.

Tot slot

De blijvende dreiging van radicalisering en signalen van terrorisme, hoewel minder zichtbaar dan in de jaren hiervoor, vereist onverminderde inzet van alle partners. Hierbij is van belang in de komende periode de samenwerking tussen zorg, veiligheid en het sociaal domein verder te versterken en te borgen.

Ik zal u in het voorjaar van 2019 informeren over de voortgang van de integrale aanpak terrorisme.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 29 754, nr. 436

X Noot
3

Kamerstuk 29 754, nr. 448

Naar boven