29 734
Wijziging van de Monumentenwet 1988 inzake de rol van het provinciaal bestuur en het gemeentebestuur bij de rijkssubsidiëring van beschermde monumenten alsmede het vervallen van de voorhangbepaling van artikel 34

nr. 4
ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT1

Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad van State d.d. 19 juli 2004 en het nader rapport d.d. 1 september 2004, aangeboden aan de Koningin door de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Van der Laan. Het advies van de Raad van State is cursief afgedrukt.

Bij Kabinetsmissive van 11 juni 2004, no.04.002274, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Monumentenwet 1988 inzake de rol van het provinciaal bestuur en het gemeentebestuur bij de rijkssubsidiëring van beschermde monumenten alsmede het vervallen van de voorhangbepaling van artikel 34, met memorie van toelichting.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 11 juni 2004, nr. 04.002274, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 19 juli 2004, nr. W05.04.0232/III, bied ik U hierbij aan.

Het wetsvoorstel strekt tot wijziging van artikel 34 van de Monumentenwet 1988 (hierna: Mw 1988). De wijzigingen betreffen de opheffing van de verplichte rol van gemeenten en provincies bij de verlening van subsidies in het kader van de monumentenzorg, het vervangen van de begrippen «herstel» en «instandhouding» door het begrip «instandhouding» en het laten vervallen van de voorhangbepaling.

De Raad van State maakt een opmerking over het begrip «instandhouding» en is van oordeel dat in verband daarmee enige aanpassing van het wetsvoorstel wenselijk is.

Op grond van het eerste lid van artikel 34 Mw 1988 is de minister bevoegd om subsidie te verstrekken ten behoeve van het herstel en de instandhouding van beschermde monumenten. Ingevolge artikel I, onder A, van het wetsvoorstel vervalt in artikel 34 Mw 1988 het begrip «herstel». Volgens de toelichting ziet het begrip «instandhouding» op alle vormen van restauratie, waaronder het onderhoud en herstel van monumenten.2 De uitwerking van dit begrip zal geschieden in de op grond van artikel 34 Mw 1988 gebaseerde besluiten.

Aangezien aan het begrip «instandhouding» een ruimere betekenis wordt toegekend dan thans het geval is, adviseert de Raad met het oog op de kenbaarheid een definitiebepaling in de wet op te nemen van het begrip «instandhouding», waaruit de ruime betekenis van dit begrip blijkt, zoals wordt beoogd blijkens de toelichting.

Het advies van de Raad van State om met het oog op de kenbaarheid een definitiebepaling in de Monumentenwet 1988 op te nemen van het begrip «instandhouding», waaruit de ruime betekenis van dit begrip blijkt, is overgenomen.

Daarnaast is er bij nader inzien voor gekozen de datum van inwerkingtreding niet bij koninklijk besluit te regelen maar in de wet zelf vast te leggen.

De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden.

De waarnemend Vice-President van de Raad van State,

P. van Dijk

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. C. van der Laan


XNoot
1

De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

XNoot
2

Memorie van toelichting, Artikelsgewijze toelichting, Artikel I, onderdeel A.

Naar boven