29 715
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met schrappen aanvraagprocedure intrasectorale programma's

nr. 5
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 5 november 2004

Graag wil ik de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap danken voor de opmerkingen die zij over het wetsvoorstel heeft gemaakt en de vragen die zij heeft gesteld.

Het verheugt mij dat de leden van de aan het woord zijnde fracties het wetsvoorstel positief lijken te waarderen. Graag ga ik, mede namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, in op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen.

I. Algemeen

De leden van de CDA-fractie wijzen op de mogelijkheid tot vrijstelling van de verplichting opgenomen in artikel 10b, eerste lid, om in elke afdeling van een intrasectoraal programma zowel basisberoepsgerichte leerweg als kaderberoepsgerichte leerweg te geven. Kan de regering uitleggen in welke situaties dit nodig is en waarom, zo vragen deze leden. Vindt dit in de praktijk reeds plaats?

De vrijstelling van de verplichting om in elke afdeling van een intrasectoraal programma zowel de basisberoepsgerichte leerweg als de kaderberoepsgerichte leerweg aan te bieden, heeft tot doel de organiseerbaarheid en de doelmatigheid van het vbo op de scholen in stand te houden c.q. te verbeteren. In de praktijk wordt die vrijstelling op aanvraag verleend onder de voorwaarde dat de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg binnen de school wordt aangeboden hetzij in het intrasectorale programma hetzij in de onderliggende afdelingen. Het voorliggende wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid deze voorwaarde in een algemene maatregel van bestuur vast te leggen.

Ook wijzen de leden van de CDA-fractie op de mogelijkheid om bij algemene maatregel van bestuur voorschriften te verbinden aan het aanbieden van intrasectorale programma's binnen de gemengde leerweg. Welke situaties heeft de regering hier op het oog en aan welke voorschriften wordt gedacht, vragen de aan het woord zijnde leden.

De WVO biedt nu reeds de mogelijkheid om voorschriften te verbinden aan het aanbieden van intrasectorale programma's binnen de gemengde leerweg. De bedoelde voorschriften betreffen de inhoud van de intrasectorale programma's en zijn verwoord in artikel 26j van het Inrichtingsbesluit W.V.O.. Het is niet mijn intentie om de WVO of het Inrichtingsbesluit op dit punt te wijzigen.

Voorts vinden de leden van de CDA-fractie dat de intrasectorale programma's ook een duidelijk positieve rol moeten spelen bij het verder ontwikkelen van de beroepskolom voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) – middelbaar beroepsonderwijs (mbo). De leden willen weten of de regering deze mening onderschrijft. Ook vernemen zij graag of er op gelet wordt dat deze intrasectorale programma's ook de doorstroming naar het mbo bevorderen.

Ik onderschrijf de mening van de CDA-fractie. In de Landelijke Netwerken Aansluiting vmbo-ROC – sinds kort onder de hoede van het Platform Beroepsonderwijs- wordt de gevraagde doorstroming bevorderd.

Ook vragen de leden op welke manier er gekeken wordt naar de inhoudelijke afstemming van intrasectorale programma's vmbo op de leerstof in het mbo. Wordt er bij het starten van de intrasectorale programma's ook gelet op de macrodoelmatigheid? Acht de regering dit relevant gelet op de inhoudelijke koppeling van het onderwijs in de beroepskolom vmbo-mbo, vragen de aan het woord zijnde leden.

In de netwerken vmbo-ROC is tevens nadrukkelijk aandacht voor de inhoudelijke afstemming van de intrasectorale programma's vmbo op de leerstof in het mbo. Intrasectorale programma's vmbo zijn in het leven geroepen om de leerling een verbrede oriëntatie te bieden op het opleidingenspectrum van het vbo alsook om de macrodoelmatigheid van het vbo te versterken. Naast verbetering van de doorstroom van vmbo naar mbo blijven die doelstellingen gelden, ook na het van kracht worden van de voorgestelde wetswijziging.

Ik hoop hiermee voldoende te zijn ingegaan op de gestelde vragen en gemaakte opmerkingen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. J. A. van der Hoeven

Naar boven