29 708
Regels met betrekking tot de financiële markten en het toezicht daarop (Wet op het financieel toezicht)

nr. 16
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 augustus 2005

Bij de Tweede Kamer is in behandeling het wetsvoorstel «Regels met betrekking tot de financiële markten en het toezicht daarop (Wet op het financieel toezicht)». Bij brief van 22 juni jl. (Kamerstukken II, 29 708, nr. 13) is aangekondigd dat de bepalingen in het wetsvoorstel die betrekking hebben op de toegang tot de financiële markten en de relevante reikwijdtebepalingen worden ondergebracht in een apart deel, en dat deze zullen worden gegroepeerd per vergunningplichtige activiteit. Ook in de Nota naar aanleiding van het tweede nader verslag wordt naar deze voorgenomen aanpassing verwezen (Kamerstukken II, 29 708, nr. 14, blz. 2).

Ik heb begrepen dat er bij de leden van de vaste commissie voor Financiën behoefte is aan nadere informatie over de voorgenomen wijziging ten behoeve van de besluitvorming over de verdere behandeling van het wetsvoorstel. In deze brief wordt een nader beeld geschetst van de structuur van het Wft-wetsvoorstel. Daarbij wordt specifiek ingegaan op de gevolgen van de wijziging voor het reeds bij uw Kamer in behandeling zijnde Deel Prudentieel toezicht. Ten slotte komt de implementatie van de Richtlijn financiële conglomeraten aan de orde. Deze implementatie zal in het Deel Prudentieel toezicht plaatsvinden.

Na het Algemeen deel wordt een nieuw deel ingevoegd: het Deel Markttoegang. In dit deel zal niet alleen de vergunningplicht worden geregeld, maar ook de eisen waaraan preventief wordt getoetst om te beoordelen of de aanvrager toegang tot de financiële markten kan krijgen. Dit geldt zowel voor de preventieve prudentiële eisen als voor de preventieve gedragseisen. Ook de regels inzake de toegang tot buitenlandse financiële markten zullen naar het Deel Markttoegang worden overgeheveld, evenals een aantal bepalingen uit het Algemeen Deel die betrekking hebben op de procedure bij vergunningverlening respectievelijk op notificatieverplichtingen.

Het lopende prudentieel toezicht blijft geregeld in het Deel Prudentieel toezicht. De belangrijkste wijzigingen voor het dit deel zijn de volgende:

• Hoofdstuk 2.1 «Inleidende bepalingen» (artikelen 2:1 tot en met 2:6) zal worden overgeheveld naar het Algemeen deel. Dit hoofdstuk bevat bepalingen over de reikwijdte van de wet, onder meer door voor bepaalde (categorieën) financiële ondernemingen vast te leggen welk onderdeel of onderdelen van de wet op hen van toepassing is. Deze bepalingen zullen in het Algemeen deel worden opgenomen.

• Hoofdstuk 2.2 «Toegang tot de financiële markten» (artikelen 2:7 tot en met 2:34) verdwijnt uit het Deel Prudentieel toezicht. De artikelen uit dit hoofdstuk worden opgenomen in het deel Markttoegang. Alleen artikel 2:28 (het verbod op het aantrekken van gelden van het publiek) blijft in het deel Prudentieel toezicht staan.

• De artikelen 2:139, 141 en 142 verdwijnen uit het Deel Prudentieel toezicht en worden opgenomen in het Deel Markttoegang. Deze bepalingen hebben betrekking op financiële instellingen die op basis van een zogenoemde verklaring van ondertoezichtstelling hun bedrijf in een andere lidstaat willen uitoefenen.

Zoals uit de opsomming blijkt, heeft de structuurwijziging tot gevolg dat enkele afgebakende onderdelen uit het Deel Prudentieel toezicht verdwijnen. Derhalve is het naar mijn mening goed mogelijk om de separate parlementaire behandeling van het Deel Prudentieel toezicht voort te zetten.

De Richtlijn financiële conglomeraten1 zal direct in de Wft worden geïmplementeerd. Dit zal zijn beslag krijgen in het Deel Prudentieel toezicht door daaraan de «Afdeling 2.6.4. Prudentieel toezicht op financiële conglomeraten» toe te voegen. Ik ben voornemens begin september bij de Tweede Kamer een derde nota van wijziging in te dienen die uitsluitend strekt tot implementatie van de Richtlijn financiële conglomeraten. Het voordeel hiervan is dat het direct kenbaar is op welke wijze de Richtlijn in het Deel Prudentieel toezicht wordt verwerkt. Zoals aangegeven in de brief van 22 juni 2005 zullen in oktober 2005 de laatste onderdelen van de Wft, namelijk de Delen Markttoegang en Gedragstoezicht en enkele nog openstaande onderdelen van het Algemeen deel aan de Tweede Kamer worden aangeboden. Dit gebeurt door indiening van een doorlopende tekst van het gehele wetsvoorstel.

De Minister van Financiën,

G. Zalm


XNoot
1

Richtlijn nr. 2002/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 betreffende het aanvullende toezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen en beleggingsondernemingen in een financieel conglomeraat en tot wijziging van de Richtlijnen 73/239/EEG, 79/267/EEG, 92/49/EEG, 92/96/EEG, 93/6/EEG en 93/22/EEG van de Raad en van de Richtlijnen 98/78/EG en 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU L 35).

Naar boven