29 689
Herziening Zorgstelsel

30 668
Wijziging van de Zorgverzekeringswet in verband met stroomlijning van de bepalingen inzake opzegging van de zorgverzekering bij wijziging van de grondslag van de premie

nr. 127
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 december 2006

Het moment van invoering van de Zorgverzekeringswet (Zvw) ligt inmiddels al weer bijna een jaar achter ons. Ik heb de beide Kamers der Staten-Generaal in de afgelopen 18 maanden regelmatig geïnformeerd over de voortgang van de implementatie van de Zvw, zowel in de vorm van voortgangsrapportages, waarin relevante onderwerpen gezamenlijk aan de orde kwamen, als in brieven over een specifieke aangelegenheid. Dit gaf een goed handvat voor gestructureerd overleg met het parlement over de belangrijke implementatiekwesties die zich bij een zo belangrijke herziening van het zorgverzekeringsstelsel voordoen, zowel in de aanloop daar de invoering, als gedurende het cruciale invoeringsjaar 2006. De eerste voortgangsrapportage zond ik u op 22 juli 20051, de laatste (de achtste) op 18 september 20062. Ik meen dat deze structuur om het invoeringstraject in goed overleg met het parlement in goede banen te leiden, zijn doel heeft gediend. Uiteraard zal ik u in de toekomst blijven informeren over specifieke aangelegenheden op het terrein van de Zvw.

Door middel van deze veegbrief informeer ik u over enkele onderwerpen, waarover ik u nadere informatie had toegezegd.

1. Borging uitvoering risicoverevening

In het algemeen overleg van 5 oktober jl. heb ik naar aanleiding van vragen van de heer Omtzigt en mevrouw Schippers toegezegd u te informeren over de borging van de uitvoering van de risicoverevening door het College voor zorgverzekeringen (CVZ).

Ik hecht groot belang aan een goede uitvoering van de risicoverevening. Met de risicoverevening zijn immers grote financiële en maatschappelijke belangen gemoeid. Waar het proces van risicoverevening in algemene zin al zeer complex is, nam het jaar 2006 in dit opzicht nog een bijzondere positie in door de invoering van de Zorgverzekeringswet, waardoor voor het eerste gegevens van de particuliere verzekeraars in het vereveningsproces betrokken werden, en door de invoering van DBC’s in het voorafgaande jaar. Zoals ik in mijn brief van 11 september 20063 heb aangegeven, heeft de vaststelling van de ex-ante vereveningsbijdragen 2006 door het CVZ tekortkomingen vertoond.

In de afgelopen maanden is het vereveningsproces zoals dat in 2006 is verlopen geanalyseerd en heb ik het CVZ gevraagd adequate maatregelen ter verbetering te treffen en checks en balances in te voeren, gericht op een zorgvuldige, transparante, en betrouwbare uitvoering. Het CVZ heeft mij per brief van 7 december jl. over de verbeteracties geïnformeerd. In deze brief geeft het CVZ aan dat het zich zeer bewust is van het grote belang van de risicoverevening en dat het de ambitie heeft om de kwaliteit van het proces te verbeteren. In de brief geeft het CVZ inzicht in de stappen die het al heeft gezet en die het nog wil zetten om de kwaliteit en de betrouwbaarheid van de uitvoering van de risicoverevening te borgen.

Op grond van een interne audit hanteert het CVZ inmiddels een controleprotocol en heeft het controles ingebouwd in de rekenmodellen zelf. Ook zijn plausibiliteitstoetsen en gevoeligheidsanalyses ontwikkeld om de uitkomsten van de berekeningen te beoordelen. Bij deze toetsing worden ZN en VWS betrokken, alvorens de uitkomsten naar buiten worden gebracht. Meer aandacht wordt besteed aan de uitleg over de berekeningen en de gehanteerde uitgangspunten aan de zorgverzekeraars. Tenslotte is een inventarisatie gemaakt van de verschillende stappen in de uitvoering en is voor elke stap aangegeven wat de informatiebehoefte is en hoe de informatie wordt gebruikt. Het CVZ geeft aan in 2007 door te gaan met het aanbrengen van verbeteringen ondermeer door het standaardiseren van werkprocessen en het verbeteren van de tijdsplanning.

Ik heb vertrouwen in de ter hand genomen verbeteracties. Daarin weegt mee dat bij de vaststelling van de risicoverevening 2007 geen fouten zijn opgetreden. Ik wil de inspanningen van het CVZ verder ondersteunen. Daarom heb ik extra geld aan het CVZ beschikbaar gesteld voor capaciteitsuitbreiding en investeringen in personeel.

In de bijlage bij mijn brief van 9 oktober 20061, die ik u zond in het kader van de behandeling van het wetsvoorstel tot stroomlijning van de bepalingen over de opzegging van de zorgverzekering, heb ik mij bereid verklaard om te onderzoeken of aan de strekking van het amendement Omtzigt-Schippers (eerdere bekendmaking van de premiewijziging door zorgverzekeraars) kan worden tegemoetgekomen door de vaststelling van de vereveningsbijdragen te versnellen. Het belang van een goede en zorgvuldige uitvoering van de risicoverevening is evident. Ik heb dan ook aan Zorgverzekeraars Nederland (ZN) medegedeeld dat de uitvoering van het aanvaarde amendement, waardoor het nieuwe aanbod de verzekerden (met ingang van 2007) ongeveer twee weken eerder moet hebben bereikt, niet ten koste zal gaan van de tijd die noodzakelijk is voor de voorbereiding van de risicoverevening. Ik verwacht dat zorgverzekeraars volgend jaar in staat zijn om hun premieaanbod binnen een maand na vaststelling van de uitkering uit het zorgverzekeringsfonds te doen. Dit jaar bleek dat voor de meeste zorgverzekeraars al een haalbare termijn, waar nodig zullen zorgverzekeraars nadere maatregelen moeten treffen om ook volgend jaar te voldoen aan de wettelijke termijn.

De brief die ik u in het algemeen overleg van 5 oktober jl. heb toegezegd over de afbouw van de expost-mechanismen in de risicoverevening, zal ik u voor de behandeling van de VWS-begroting in de Tweede Kamer doen toekomen.

2. Protocol hulpmiddelen

Door de toevoeging van een nieuw vijfde lid aan artikel 14 Zvw tijdens de behandeling van het wetsvoorstel tot stroomlijning van de bepalingen over de opzegging van de zorgverzekering2, is wettelijk bepaald dat een ten behoeve van de oude zorgverzekeraar gegeven toestemming, verwijzing of recept, voor de geldigheidsduur daarvan van kracht blijft ten opzichte van de nieuwe zorgverzekeraar.

Eerder heb ik in mijn brief van 3 juli 20061 toegezegd u nader te informeren over de inspanningen die de zorgverzekeraars hebben verricht om, bij de overstap naar een andere zorgverzekeraar, de zorgverlening voor hulpmiddelen te continueren. De zorgverzekeraars hebben daartoe een protocol opgesteld, het Protocol overgang hulpmiddelen bij wisselen van verzekeraar. Het Protocol treft u als bijlage aan.2

3. PGB visueel gehandicapten

In het algemeen overleg van 5 oktober jl. heb ik naar aanleiding van een vraag van de heer Omtzigt toegezegd dat zal worden gekeken naar de papieren PGB-formulieren die visueel gehandicapten ontvangen. Het PGB visueel gehandicapten betreft een experiment met een persoonsgebonden budget in de Zvw. De zorgverzekeraars zijn verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan. De vereniging van Persoonsgebonden Budgetgebruikers (Per Saldo) denkt en kijkt mee met de uitvoering en heeft overleg met ZN.

Vanuit de AWBZ wordt een eerste stap gezet in het digitaliseren van de processen rond het PGB. In de loop van 2007 is in de AWBZ vooralsnog een gedigitaliseerde verantwoording van het PGB mogelijk. In het experiment met het PGB visueel gehandicapten in de Zvw zal waar mogelijk worden aangesloten bij de ervaringen in de AWBZ.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XNoot
1

Kamerstukken II, 2005/06, 29 689, nr. 11.

XNoot
2

Kamerstukken II, 2005/06, 29 689, nr. 114.

XNoot
3

Kamerstukken II, 2005/06, 29 689, nr. 113.

XNoot
1

Kamerstukken II, 2006/07, 30 668, nr. 15.

XNoot
2

Kamerstukken II, 2006/07, 30 668, nr. 13, amendement Kant.

XNoot
1

Kamerstukken II, 2005/06, 29 689, nr. 104.

XNoot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven