Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juni 2017
Met deze brief informeer ik u, mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport, over het rapport van de Stichting Diergeneesmiddelenautoriteit (SDa) «Het
gebruik van antibiotica bij landbouwhuisdieren in 2016»1.
Bevindingen SDa
Eind 2016 is op basis van de verkoopcijfers een totale daling van het antibioticumgebruik
van 64,4% gerealiseerd ten opzichte van het referentiejaar 2009. De verkoop van antibiotica
voor dieren is in 2016 met 14,5% gedaald ten opzichte van 2015.
Het beeld per sector verschilt. De daling in het gebruik over 2016 was in de vleeskuikensector
30,1%, in de kalkoensector 26,5%, de kalversector 5,3%, de melkveesector 3,2% en de
varkenssector 1,9%. De totale daling sinds 2009 in de vleeskalverhouderij is 38% (sinds
2007 47%), de varkenshouderij 57% en de melkveehouderij 48%. Voor de vleeskuikensector
is de totale daling 72%.
De SDa constateert dat in het afgelopen jaar alleen in de vleeskuikensector een duidelijke
verschuiving van bedrijven van het actiegebied (het rode gebied) naar lagere gebruiksgebieden
(oranje en groen) heeft plaatsgevonden. Voor de overige sectoren geldt een veel beperktere
verschuiving. In de kalversector is het aantal bedrijven dat zich structureel in het
actiegebied blijft het hoogst.
Zoals de SDa aangeeft is, naast de daling in het gebruik, de verdeling naar soort
antibiotica van belang. Uit de gegevens van de SDa blijkt dat er een verschuiving
te zien is in het gebruik van tweede- en derdekeuzemiddelen naar eerstekeuzemiddelen.
In alle diersectoren zien we deze ontwikkeling behalve in de vleeskuiken- en kalkoensector.
Daar is het aandeel tweedekeuzemiddelen (mede door de nieuwe registratie van amoxiciline)
relatief toegenomen. Het aandeel derdekeuzemiddelen in de gemonitorde sectoren blijft
zeer laag. Wel ziet de SDa een kleine stijging bij kalveren en kalkoenen voor wat
betreft fluorochinolonen. Ook is er sprake van een hoog gebruik van fluorochinolonen
in de andere niet gemonitorde schakels van de pluimveeketen.
Het gebruik van polymyxines, waaronder colistine, is fors gedaald (31%). Het gebruik
van uitsluitend colistinebevattende producten is sterk gedaald. De daling in gebruik
is voornamelijk gerealiseerd in de varkenshouderij (30% daling in gebruik in 2016
ten opzichte van 2015) en de kalverhouderij (64% daling in gebruik in 2016 ten opzichte
van 2015). Het colistinegebruik in Nederland ligt lager dan de laagste benchmarkwaarde
voor colistine, zoals die door de European Medicines Agency is vastgesteld.
Stand van zaken brief
Ten algemene zijn wij wederom positief gestemd over het behaalde resultaat in 2016.
Zoals de SDa aangeeft hebben in alle sectoren veel bedrijven het lage gebruik weten
te consolideren en zelfs nog weten te verlagen. Het is positief dat de stijgingen
die vorig jaar in een paar diersectoren werden waargenomen weer zijn omgebogen tot
dalingen in het gebruik in 2016. De grote daling in de vleeskuikensector is waarschijnlijk
deels toe te schrijven aan lager gebruik op reguliere bedrijven en deels aan verdere
toename van het aantal trager groeiende vleeskuikens.
Wij zullen u begin juli per brief nader informeren over de stand van zaken van het
veterinaire antibioticabeleid en de toezeggingen uit het AO van 6 december 2016 (Kamerstuk
29 683, nr. 222). In die brief geven wij tevens een nadere duiding van de resultaten en aanbevelingen
uit dit SDa-rapport, die we de komende weken zullen bespreken met de betreffende sectoren.
Ook zullen wij in de brief ingaan op de laatste resultaten van de jaarlijkse Maran-rapportage
(verwacht eind juni) over de ontwikkelingen omtrent antibioticaresistentie bij dieren.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
M.H.P. van Dam