29 676
Voorstel van wet van het lid Luchtenveld tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en van enkele andere wetten in verband met de invoering van de mogelijkheid van beëindiging van het huwelijk zonder rechterlijke tussenkomst alsmede van een gewijzigde vaststelling en effectieve handhaving van de afspraken en rechterlijke beslissingen die in verband met de ontbinding van het huwelijk of nadien tot stand zijn gekomen over de wijze waarop door beide ouders vorm wordt gegeven aan het voortgezet ouderschap (beëindiging huwelijk zonder rechterlijke tussenkomst en vormgeving voortgezet ouderschap)

nr. 12
AMENDEMENT VAN HET LID KALSBEEK

Ontvangen 24 mei 2005

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel J, vervalt in artikel 150, eerste lid, onderdeel a, onder 2°, de zinsnede «of – ingeval het gezag door één ouder wordt uitgeoefend – de wijze waarop de ouders vormgeven aan de omgangsregeling, bedoeld in artikel 377a, tweede lid»

II

Artikel I, onderdeel W, vervalt.

Toelichting

Dit amendement beoogt de minimumomgangsnorm uit het wetsvoorstel te halen. Ook op grond van de huidige wet hebben de niet met het gezag belaste ouder en het kind recht op omgang met elkaar. Alleen als sprake is van een van de vier in artikel 1:377a genoemde ontzeggingsgronden kan de rechter het recht op omgang ontzeggen. Een norm van een keer in de twee weken houdt niet goed rekening met het feit dat elke situatie anders is en daarom maatwerk vereist. Een minimumnorm zal bovendien niet zelden polariserend en juridiserend werken. Tenslotte dreigt elk minimum tevens maximum te worden.

Kalsbeek

Naar boven