29 665
Evaluatie Schipholbeleid

nr. 102
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 juni 2008

Op maandag 16 juni kwam tijdens het AO over de staatsdeelnemingen het superdividend Schiphol aan de orde. De aandacht was vooral gericht op de passage uit het coalitieakkoord waar staat dat «De extra opbrengsten uit het overheidsaandeel in Schiphol zullen bij voorrang worden aangewend voor ontsluiting van de Noordvleugel».

Uw kamer vroeg mij om de gang van zaken omtrent de aanwending van het superdividend Schiphol uiteen te zetten en in te gaan op de voor de Noordvleugel beschikbare middelen. Mede namens de minister van Verkeer en Waterstaat zal ik u in deze brief hierover informeren.

In de tekst uit het coalitieakkoord zitten twee belangrijke kwalificaties, «bij voorrang» en dat het moet gaan over «ontsluiting van de Noordvleugel».

Voor ontsluiting van de Noordvleugel via het spoor is besloten geen Zuiderzeelijn aan te leggen en een deel van het gereserveerde budget voor de Zuiderzeelijn à 1,35 mld. definitief toe te kennen aan de planstudie OVSAAL. De overige middelen uit het Zuiderzeelijnbudget zijn ingezet voor het regiospecifieke pakket in de noordelijke provincies. De middelen voor de Zuiderzeelijn waren gereserveerd binnen het Infrastructuurfonds.

Voor de ontsluiting van de Noordvleugel over de weg heeft het Kabinet al in 2005 binnen het FES een bedrag van 4,5 mld. gereserveerd voor de planstudie Schiphol–Amsterdam–Almere (A6/A9). Inmiddels heeft het kabinet besloten tot een investeringspakket voor uitbreiding van de capaciteit van het bestaande wegennetwerk waarbij ook wordt bezien hoe door een goede ruimtelijke inpassing integraal en duurzaam de stedelijke kwaliteit en de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden rond de wegen kan worden verbeterd. Daarnaast zijn ook middelen uitgetrokken voor de groen-blauwe inpassing. In het kader van de tracé/m.e.r.-procedure wordt, in overleg met betrokken overheden, nog nader bekeken hoe de inpassing precies wordt vormgegeven.

In onderstaande tabel wordt aangegeven welke middelen er ingezet worden voor de wegontsluiting van de Noordvleugel.

FES Wegen Noordvleugel reserveringmln. €
FES reservering4 500
bestemming: 
Planstudie A6 – A93 115
Zuidas289
Groen blauw: Kruising natte as A133
Groen blauw: Groene Uitweg83
resteert980

Na overleg binnen het kabinet is besloten, teneinde voldoende middelen voor de noodzakelijke investeringen in verkeer en vervoer (inclusief de inpassing daarvan) te behouden, dat de resterende 980 miljoen niet terugvloeit in het FES voor algemene bestemming aan FES-waardige projecten, maar gereserveerd wordt binnen het FES voor V&W-investeringen in mobiliteit in den brede. De minister van Verkeer en Waterstaat zal u op een later moment over de precieze bestemming van die middelen informeren.

Mede in het licht van deze keuze rond de 980 mln FES-middelen is ten aanzien van de aanwending van het superdividend Schiphol bepaald dat breder zal worden gekeken dan alleen de bereikbaarheid van de Noordvleugel. Aangezien superdividend volgens begrotingsregel 31 ruimte creëert onder het uitgavenkader, is het superdividend net als een reguliere niet-belastingontvangst volgens de begrotingsregels op het eerstvolgende moment opgenomen in de begroting; dit was de voorjaarsnota 2008.

Daar de begroting een betrouwbaar beeld moet geven van uitgaven en ontvangsten is het onlangs uitgekeerde superdividend Schiphol dus op het eerst mogelijk moment ingezet en verwerkt in de begroting.

De minister van Financiën,

W. J. Bos

Naar boven