29 655
Voordracht ter vervulling van een vacature in de Hoge Raad

nr. 2
BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 17 juni 2004

In verband met het opmaken van een voordracht van drie kandidaten ter vervulling van een vacature van raadsheer in Hoge Raad der Nederlanden, die per 1 mei 2004 is ontstaan, kunnen wij namens de vaste commissie voor Justitie het volgende melden.

De commissie heeft gesprekken gevoerd met de zes kandidaten die op de aanbevelingslijst staan, die de President van de Hoge Raad bij brief van 22 januari 2004 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft doen toekomen (kamerstukken II, 29 655, nr. 1).

De commissie heeft op 31 maart 2004 een gesprek gevoerd met de toenmalige President van, en de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad, waar de commissie een toelichting op de aanbevelingslijst heeft ontvangen.

De commissie stelt thans de volgende voordracht voor:

1. Mevrouw mr. W.M.E. Thomassen

2. mr. C.A. Streefkerk

3. Mevrouw mr. H.A.G. Splinter-van Kan

De voorzitter van de commissie,

De Pater-van der Meer

De griffier van de commissie,

Coenen

Naar boven