29 652
Meerjarenprogramma Ontsnippering

nr. 2
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 18 april 2005

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1 en de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit2 hebben op 17 maart 2005 overleg gevoerd met minister Peijs van Verkeer en Waterstaat en minister Veerman van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over:

– de brief van de minister van Verkeer en Waterstaat d.d. 4 juni 2004 houdende het Meerjarenprogramma Ontsnippering (29 652, nr. 1);

– de brief van de minister van Verkeer en Waterstaat, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit d.d. 10 februari 2005 inzake verstoring dassenpopulatie bij werkzaamheden A50 (VW-05-137).

Van dit overleg brengen de commissies bijgaand beknopt verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissie

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD) kan zich vinden in de doelstelling van het kabinet om de natuurgebieden door ontsnippering met elkaar te verbinden. Mede daardoor wordt de ecologische hoofdstructuur (EHS) gerealiseerd. In het MJPO (Meerjarenprogramma ontsnippering) gaat het vooral over de robuuste verbindingen en ecoducten, maar worden de ecologische verbindingszones ook nog aangelegd?

In de brief (29 652, nr. 1) schrijft minister Peijs dat het ministerie van V&W 250 mln euro reserveert voor de knelpunten buiten de robuuste verbindingen en dat het ministerie van LNV 160 mln euro reserveert voor de knelpunten binnen de robuuste verbindingen. Worden de taken van V&W en LNV daarmee beperkt tot de robuuste verbindingen? Wie zorgt dan voor de ecologische verbindingen? Investeringen op rijksniveau alleen zijn niet voldoende. Gemeentelijke en vooral provinciale wegen spelen een cruciale rol. Kan de Kamer ervan uitgaan dat alle plannen, ook die van gemeenten en provincies, worden uitgevoerd? De zwakste schakel bepaalt immers de effectiviteit van het geheel. Op vragen die bij de begrotingsbehandeling zijn gesteld, is geantwoord dat nog niet bekend is hoe de kosten precies worden verdeeld en of het totale budget van 410 mln euro voldoende is om alles uit te voeren. Bij de uitvoering is het van belang dat het wiel niet steeds opnieuw wordt uitgevonden en dat bijvoorbeeld een ecoduct geen luxeartikel blijft, maar een serieproduct wordt. Verwachten de bewindslieden dat de kosten zullen stijgen en zo ja, hoe worden die dan gefinancierd? De reserveringen van LNV van 160 mln euro komen uit de uitgavenintensivering voor EHS, wat begrijpelijk is, maar ook uit de reconstructie. Mevrouw Snijder Hazelhoff betreurt het als geld bestemd voor de reconstructie voor dit plan wordt ingezet.

Een groot deel van het MJPO heeft betrekking op de Veluwe in Gelderland. Uit een kaart van dit gebied blijkt dat daar zoveel rasters worden geplaatst dat reeën en herten zich niet meer vrij door het gebied kunnen bewegen. Kunnen de bewindslieden de Veluwe niet ontrasteren?

Zijn de risico's bij dierziekten groter doordat de dieren de gelegenheid wordt geven zich vrijer door Nederland te bewegen?

De heer Koopmans (CDA) herinnert eraan dat de CDA-fractie vanaf het begin heeft ingestemd met de EHS, die in 2018 klaar moet zijn. Met de robuuste verbindingszones heeft zij echter moeite. Een aantal jaren geleden is voor de EHS, inclusief de robuuste verbindingen, 728 500 ha aangewezen. Het gebied dat werkelijk voor de natuur is bestemd, wordt echter door allerlei ontwikkelingen, zoals bij de Westerschelde of de Maasvlakte, groter. Provincies en gemeenten reserveren gebieden voor natuur in hun bestemmings- en reconstructieplannen, maar ook waterschappen en zelfs waterleidingsmaatschappij willen op de een of andere manier in natuur investeren. De EHS lijkt daardoor bijna op een «voortwoekerende schimmel», die almaar groter wordt. In het reconstructieplan van Gelderland zitten bijvoorbeeld veel ecoducten, kleine verbindingszones, enz., terwijl de minister van LNV indertijd heeft aangegeven terug te willen naar een aantal grote robuuste verbindingszones. In de praktijk blijven deze zaken naast elkaar bestaan. Deze plannen vormen in feite een grote optelsom en daar heeft de fractie van het CDA moeite mee. Zij wil geen afstand nemen van de vastgestelde 728 500 ha voor de EHS, maar de geplande 27 000 ha voor de robuuste verbindingszones moeten daar wel onder vallen. De plannen van de verschillende overheden en de bestuursrechtelijke uitspraken over de Flora- en Faunawet en de Vogel- en Habitatrichtlijn zetten Nederland langzaam op slot voor economische ontwikkelingen. De Kamer heeft de motie-Schreijer-Pierik aangenomen waarin wordt uitgesproken dat de Flora- en Faunawetgeving moet worden teruggebracht tot wat Europeesrechtelijk noodzakelijk is. Deze motie is pas kort geleden aangenomen en kan daarom nog niet uitgevoerd zijn, maar de heer Koopmans spreekt daarover wel zijn zorgen uit. Met het realiseren van alle plannen is veel geld gemoeid en de financiering vindt hij nog onzeker. Hij spreekt daarom de vrees uit dat een financiële systematiek wordt ontwikkeld die niet houdbaar is. Hij wil voorkomen dat een enquêtecommissie daar over tien jaar vragen over moet stellen.

Door de fors toenemende wildstand, en wellicht straks ook door de vergrote mogelijkheden tot migratie en dispersie, neemt het aantal verkeersongelukken waarbij wild is betrokken, toe. Registreert het ministerie van Verkeer en Waterstaat dit soort verkeersongelukken? De heer Koopmans stelt een dergelijke registratie op prijs. Verder zijn wildschade en dierziekten ook onderwerpen waarover in het kader van het MJPO moet worden gesproken.

Mevrouw Kruijsen (PvdA) ondersteunt het MJPO van harte, maar heeft wel een aantal kritische kanttekeningen. 1. De uitvoeringsverantwoordelijkheid ligt bij de provincies, maar wie neemt in de praktijk het initiatief en voor welk tijdpad wordt gekozen? Om de voortgang en de planning in de gaten te houden, lijkt het haar verstandig dat de minister van V&W de stand van zaken jaarlijks in een overzicht aan de Kamer doorgeeft en bespreekt met het Nationaal Mobiliteitsberaad. 2. Het ministerie van V&W reserveert 250 mln euro voor de knelpunten buiten de robuuste verbindingen. Dit bedrag heeft op de begroting geen goede plaats. Bovendien is het niet duidelijk geoormerkt. Het is wel nodig dat de voortgang de komende jaren gecontroleerd kan worden. Hoe kijkt de minister van V&W daartegen aan? 3. De ontsnippering focust zich op de bescherming van flora en fauna. Kunnen recreanten door combinaties van projecten niet meeprofiteren van de ontsnippering? 4. In het verleden zijn de kosten voor ontsnippering niet geïnternaliseerd. Mevrouw Kruijsen ziet het liefst dat de kosten voor ontsnippering meteen worden opgenomen op de begroting van nieuwe grote infrastructuurprojecten. Gaat de minister dat in de toekomst wel doen?

De minister van LNV heeft aangegeven zich hard te willen maken voor de robuuste verbindingen. Mevrouw Kruijsen hoopt dan ook dat hij vierkant achter het MJPO staat.

De heer Duyvendak (GroenLinks) merkt op dat het CDA blijft knabbelen aan het natuurbeleid. Bij de jacht, de ontsnippering, de plattelandsruimtes: altijd wordt geprobeerd om er iets af te halen. Het beeld van het CDA – straks is heel Nederland natuur – staat in schril contrast met het beeld van GroenLinks: straks is er in Nederland bijna geen natuur meer. De biodiversiteit holt achteruit. Alle bijzondere soorten verdwijnen en er is zelfs nog geen zicht op een kentering, ook niet als in 2018 de EHS is gerealiseerd. Aan deze ernstige situatie wordt veel te weinig gedaan. De heer Duijvendak is daarom heel blij met het MJPO, want het is letterlijk een poging om de ontbrekende schakel van het beleid terug te plaatsen. Het MJPO is overigens mede mogelijk gemaakt door het amendement-Van der Steenhoven, waarmee 25 mln aan de ontsnipperingsmaatregelen werd toegevoegd. Indertijd bleek dat het programma onvoldoende mogelijkheden bood voor de besteding van dit bedrag. Waar is dit geld nu gebleven?

Uit een rapport van Das en Boom blijkt dat het slecht gesteld is met het onderhoud van de tunnels, etc. De helft van de tunnels staat onder water en rasters zijn kapot of verdwenen, waardoor dieren hun pad niet kunnen vervolgen. Bij een recente inspectie door Das en Boom bleek opnieuw dat de situatie in meer dan de helft van de gevallen kommer en kwel is. Kan de minister van V&W rijkswaterstaat de opdracht geven om inspecties uit te voeren, of heeft zij hierover al nauwkeurige gegevens?

Is in de nieuwe projectbudgetten voldoende geld gereserveerd voor de ontsnippering? ProRail plaatst om begrijpelijke redenen veel hekken langs de spoorlijn. Die kunnen enorme barrières opwerpen voor routes van dieren. Is het niet mogelijk om in die hekken gaten te maken, of om in plaats van hekken doornstruiken te plaatsen of iets dergelijks?

Het bedrag van 250 mln euro zit in de algemene pot Beheer en onderhoud, maar er zijn geen geoormerkte bedragen. Kan de minister de Kamer een scherp inzicht gegeven in de besteding van dit geld? Kunnen de projecten niet zodanig worden vormgegeven dat ook recreanten gebruik kunnen maken van de ontsnipperingsmaatregelen?

Rijkswaterstaat is door het OM op de vingers getikt omdat bij de aanleg van de A50 ondanks waarschuwingen een aantal dassenburchten is vernield. De argumenten die rijkswaterstaat hanteert, zijn op geen enkele manier valide. Bij de A73 moet dit wel goed gaan. Welke lessen heeft het kabinet hieruit getrokken en wat heeft het daaraan gedaan?

Kan de Kamer jaarlijks een rapportage ontvangen over de voortgang van de uitvoering van het MJPO, bijvoorbeeld in de VBTB-cyclus?

Het antwoord van de bewindslieden

De minister van Verkeer en Waterstaat is trots op het MJPO, een prachtig plan dat tot stand is gekomen in samenwerking met provincies, gemeenten en natuurorganisaties.

Bij de beschikbaarstelling van de budgetten is inderdaad een verdeling gemaakt. Het ministerie van V&W heeft de financiële verantwoordelijkheid voor de zaken buiten de robuuste verbindingen en het ministerie van LNV heeft de financiële verantwoordelijkheid binnen de robuuste verbindingen. Bij de aanleg van alle projecten zal V&W betrokken worden vanwege haar rol van wegbeheerder en LNV vanwege het ecologisch belang. De provincies ondersteunen de EHS en het MJPO. Zij investeren hier al lang in en de samenwerking met V&W en LNV is prima. De financiële verdeling bij de robuuste verbindingen is voor het Rijk 90% en voor de provincies 10%. Het totale budget is voldoende om de plannen uit te voeren. Bovendien wordt het budget jaarlijks geïndexeerd.

De ecoducten worden inderdaad soberder uitgevoerd dan vroeger. In vijftien jaar tijd zijn de technieken ontwikkeld waardoor de uitvoering steeds goedkoper kan. Ook de aanbesteding van de ecoducten gebeurt op een innovatieve wijze.

De minister wijst erop dat werk met werk wordt gemaakt. Worden bijvoorbeeld ergens onderhoudswerkzaamheden verricht, dan worden tegelijkertijd zoveel mogelijk aspecten van de ontsnippering gerealiseerd. De verantwoording en de planning van deze zaken zijn vanaf 2006 terug te vinden in de infrastructuurbegroting en in het infrastructuurverslag van de VBTB. In 2007 vindt een evaluatie en actualisatie plaats. De minister is bereid om hierover te overleggen met het Nationaal Mobiliteitsberaad.

Het is van het grootste belang dat op sommige plaatsen hekken langs de spoorrails staan. ProRail probeert deze een stukje boven de grond te zetten zodat dieren er wel, maar mensen er niet onderdoor kunnen.

Tegenover de heer Koopmans merkt de minister op dat zij tezijnertijd graag voor een enquêtecommissie zal verschijnen om een en ander uit te leggen. Zij geeft toe dat aanvankelijk was voorzien in een beperkt aantal doorgangen, maar wat hebben de dieren eraan als ze wel veilig een weg kunnen oversteken, maar vervolgens worden platgereden door de trein? Het is daarom van belang dat de alle infrastructuur wordt ontsnipperd. Het bedrag dat aan ontsnippering wordt besteed, staat in een zodanige verhouding tot het bedrag dat aan infrastructuur wordt uitgegeven dat niemand daarvan hoeft wakker te liggen. Mocht in de toekomst blijken dat het allemaal te veel is, dan zijn de Kamerleden en de decentrale overheden mans genoeg om daar iets aan te doen. Het beleid dat nu wordt gevoerd, is een gezond beleid.

Het aantal ongevallen waarbij dieren betrokken zijn, wordt juist verminderd door de ontsnippering en de ecologische verbindingen. Alle ongevallen met mensen worden geregistreerd, zo ook deze. Het is echter buitengewoon moeilijk om de ongelukken waarbij dieren betrokken zijn daaruit te destilleren. Het is haar ook niet duidelijk met welk doel dat zou moeten gebeuren. Er wordt immers al alles aan gedaan om dit soort ongelukken te voorkomen. Misschien kan een park zoals het Nationaal park de Hoge Veluwe dat het beste zelf bijhouden.

Van sommige projecten kan zowel mens als dier gebruikmaken. Daarvoor zijn dan wel aanpassingen nodig, bijvoorbeeld op viaducten. Wandelaars kunnen alleen van ecoducten gebruikmaken als zij de dieren niet hinderen. Op het ecoduct heeft het dier voorrang. De minister gaat bij het MJPO uit van het belang van het dier, want de ecologische verbindingen mogen niet verstoord worden.

De gelden voor de maatregelen aan de rijkswegen en de rijksvaarwegen staan op de post Beheer en onderhoud. Voor het spoor staat vanaf 2008 7 mln euro per jaar gereserveerd. Deze gelden fungeren als een plafond. De gelden zijn niet altijd geoormerkt omdat ze vaak bij de projectkosten en onderhoudskosten worden opgeteld, maar aan het eind van het jaar blijkt wel uit de verantwoording welke projecten zijn gedaan en wat die hebben gekost. Uit de verantwoording blijkt ook hoeveel er is uitgegeven en of er genoeg is uitgegeven. Ook blijkt of het geld wordt besteed aan de projecten die in het plan staan. In 2007 vindt een evaluatie plaats.

De provincie heeft de regie bij het natuurbeleid en vervult deze regierol ter plaatse. De rijksoverheid sluit aan bij de lopende initiatieven. De provincie bepaalt dus ook de prioriteit, tenzij V&W ergens een groot onderhoudswerk gaat uitvoeren. Dan wordt in overleg met de provincie bekeken of projecten tegelijkertijd kunnen worden uitgevoerd. Provincies die achterblijven met het uitvoeren van projecten worden daarop aangesproken in het Nationaal mobiliteitsberaad.

Rijkswaterstaat heeft geprobeerd om de schade aan de dassenburchten bij de A50 te herstellen met een kunstburcht. Of de dassen daar ook in willen, moet over een poosje blijken. De minister erkent dat hier een fout is gemaakt die niet meer mag voorkomen. De regionale diensten hebben de instructie gekregen dit soort zaken te respecteren en zich te houden aan de Flora- en Faunawet. Onderhoud wordt niet altijd door rijkswaterstaat uitgevoerd, maar bijvoorbeeld ook door waterschappen, provincies en gemeenten. Als er iets fout gaat, is de rijksoverheid dus niet altijd de schuldige. Wel staat vast dat het beter kan, doordat de rijksoverheid er zelf meer aandacht aan besteedt en door met een aantal vrijwilligersorganisaties de afspraak te maken dat zij een bepaalde plaats «adopteren». Het zou mooi zijn als dat lukt.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit bevestigt dat het totaal aantal hectares voor de ecologische hoofdstructuur, inclusief de robuuste verbindingen, 728 500 is. De robuuste verbindingen, de verbindingen tussen de grote gebieden binnen de EHS, zijn van essentiële betekenis voor de functie van de EHS en hebben de prioriteit van het Rijk. Daarmee is de gedachte dat flora en fauna kan migreren via de ecologische verbindingszones, die veel kleiner van structuur zijn, verlaten. De provincies hebben de kleinere ecologische verbindingen al voor een deel gerealiseerd. In hoeverre zij dit beleid doorzetten, is aan hen. Het Rijk legt de prioriteit bij de robuuste verbindingen en de grote delen van de EHS. Hierop wordt één uitzondering gemaakt: kan de provincie niet onder de door haar eenmaal aangegane juridische of bestuurlijke verplichtingen uitkomen, dan brengt het Rijk deze zaken tot een goed einde. Over de gelden die besteed worden aan het natuurbeleid zijn afspraken gemaakt. Het kabinet heeft daarvoor geld gekregen en dat geld zal worden besteed aan aankoop, agrarisch natuurbeheer en particulier natuurbeheer. Daarnaast is de provincie is autonoom in het nemen van maatregelen voor de aanleg van extra natuurterreinen en moet daar ook zelf voor betalen. Het lijkt de minister dat daarmee duidelijk is waar de verantwoordelijkheden liggen.

Het maken van een reconstructieplan is primair een taak van de provincie, die de goedkeuring van het Rijk behoeft. Het Rijk controleert alleen of de rijksdoelen in de provinciale reconstructieplannen goed zijn verwoord. De rijksdoelen zijn echter beperkt. Wordt natuur in de reconstructieplannen opgenomen omdat de provincie daar geld voor heeft, omdat het waterschap daarin een aandeel heeft of omdat functies tussen waterberging en natuur worden gecombineerd, dan staat het Rijk daar in principe buiten. Dat geldt ook voor de financiering van die zaken. Het rijk heeft zijn natuurdoelen vastgelegd in de EHS en treedt niet in de bevoegdheden van de provincie.

Het bedrag van 160 mln euro is afkomstig uit de uitgavenintensivering voor de EHS. Dit bedrag is beschikbaar naast de gelden voor de reconstructie. Er gaat dus geen reconstructiegeld naar de ontsnippering en de robuuste verbindingen.

De situatie met de rasters in Gelderland wil de minister nader bespreken met de provincie, de landschappen en de terreinbeheerders van de rasters. De maatregelen dienen zodanig te zijn dat het wild kan migreren, terwijl particuliere schade door wildvraat zoveel mogelijk wordt vermeden.

Het concept van de robuuste verbindingen moet worden bekeken op veterinaire risico's en verkeersveiligheid. Het lijkt de minister goed om in 2006 naar beide aspecten onderzoek te doen. Het is van belang dat bij een uitbraak compartimentering kan plaatsvinden. Als dit onderzoek klaar is, zal de Kamer hierover geïnformeerd worden.

Nadere gedachtewisseling

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD) benadrukt dat het belangrijk is dat alle betrokken partijen moeten meewerken, omdat het plan zo sterk is als de zwakste schakel. Zij heeft begrepen dat het Rijk alleen nog maar geld steekt in de robuuste verbindingen en niet meer in de kleine ecologische verbindingszones.

De heer Koopmans (CDA) is er blij mee dat de minister van LNV scherp heeft aangegeven dat geen reconstructiegeld wordt gestoken in natuur buiten de EHS. De regio maakt de plannen, maar gaat er daarbij vaak van uit dat de financiering wel rondkomt. Ook al worden de reconstructieplannen elke vier jaar opnieuw bezien, deze moeilijkheid blijft bestaan. Misschien kan de regio daar over een aantal jaren eens specifiek naar kijken.

Hij houdt twijfels over de opstapeling van de verschillende beleidsplannen. Wordt hiermee geen systeem gecreëerd dat de ontwikkelingsmogelijkheden in Nederland beperkt? De heer Koopmans is verder blij met de toezegging van de minister van V&W om te bezien of inzicht gegeven kan worden in het aantal ongevallen met dieren.

Mevrouw Kruijsen (PvdA) hoopt dat de CDA-fractie zich ervan vergewist dat de rijksoverheid een aantal verantwoordelijkheden heeft gedelegeerd aan lagere overheden. Een technische briefing met het ILG, het Investeringsbudget landelijk gebied, heeft haar in elk geval voldoende vertrouwen gegeven.

De overheid moet betrouwbaar zijn. Afspraken met partijen uit het veld moet zij daarom nakomen. Mevrouw Kruijsen hoopt dan ook dat de minister zijn afspraken over de ecologische verbindingszones nakomt.

De heer Duyvendak (GroenLinks) vraagt de minister van V&W te bevestigen dat de 25 mln die indertijd beschikbaar zijn gesteld maar op de plank zijn blijven liggen, alsnog zijn besteed.

Hij is blij dat de minister erkent dat het onderhoud beter kan. De minister wil afspraken maken met vrijwilligerteams, maar dat geeft hem nog niet het gevoel dat de rijksoverheid dan de vinger aan de pols houdt. Kan de minister een en ander verduidelijken in een soort voortgangsrapportage of een klein plan van aanpak?

Is er voldoende geld beschikbaar om de EHS in 2018 af te ronden?

De minister van Verkeer en Waterstaat wijst erop dat in gebieden waar veel dieren voorkomen, gewoon langzamer gereden kan worden. Daarmee is de verkeersveiligheid van zowel mens als dier gediend. Overal staan borden en daar kan best rekening mee gehouden worden.

Zij is het met mevrouw Snijder-Hazelhoff eens dat iedereen moet meedoen. Ze zal iedereen bij de les houden, maar maakt zich hierover geen zorgen.

Of het Nationaal park de Hoge Veluwe of de politie een registratie van de ongevallen met dieren bijhoudt, zal worden nagevraagd.

Van de 25 mln t.b.v. maatregelen aan de rijkswegen is helemaal niets verloren gegaan. Alles is voor het beoogde doel gebruikt.

De minister stelt voor om in de eerste rapportage die naar de Kamer wordt gestuurd, «onderhoud» van de maatregelen aan de orde te stellen. Daaraan zal echt aandacht worden besteed.

Er is voldoende geld om de beoogde doeleinden te realiseren in 2018. De minister hoopt alleen nog meer met het geld te kunnen doen door er slim mee om te gaan.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit herinnert de heer Koopmans eraan dat in de brief van 16 september 2003 de verdeling van de 700 mln euro voor de reconstructie en de EHS aan de Kamer is uiteengezet. Natuurlijk wordt werk met werk gemaakt, maar binnen de reconstructie zijn de bedragen voor natuur en voor landbouw geoormerkt. Er gaat geen landbouwgeld naar de ontsnippering. Reconstructiegelden voor natuur worden alleen besteed aan rijksgerelateerde plannen.

Recentelijk heeft de Kamer een amendement aangenomen waardoor artikel 75 van de Flora- en Faunawet van kracht wordt. Daarmee wordt de mogelijkheid verruimd om adequaat om te gaan met een aantal beschermde en bedreigde diersoorten. Het blijkt dat bedrijven zich bij voorgenomen ontwikkelingen vroegtijdig vergewissen van de mogelijkheden en de consequenties van de Vogel- en Habitatrichtlijn, de Flora- en Faunawet en internationale wetgeving. Door daarop te anticiperen kan veel ellende worden voorkomen. De minister deelt de zorgen van de heer Koopmans en vindt dat de overheid oplettend moet zijn, maar er zijn ruime mogelijkheden. De gemaakte afspraken moeten wel worden nagekomen. De Flora- en Faunawet zal in overeenstemming worden gebracht met de Europese wetgeving, maar soorten worden niet alleen beschermd door Europeesrechtelijke verplichtingen. Een land heeft ook de verplichting om schaarse of bedreigde diersoorten te beschermen door nationale wetgeving. De minister gaat na in hoeverre Nederland daarbij verdergaat dan Europa.

De voorzitter van de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat,

Atsma

De voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Schreijer-Pierik

De griffier van de vaste commissie van Verkeer en Waterstaat,

Roovers


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Duivesteijn (PvdA), Dijksma (PvdA), Hofstra (VVD), ondervoorzitter, Atsma (CDA), voorzitter, Van Gent (GroenLinks), Timmermans (PvdA), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Oplaat (VVD), Geluk (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Depla (PvdA), Van As (LPF), Mastwijk (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Bruls (CDA), Van Lith (CDA), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), Boelhouwer (PvdA), De Krom (VVD), Verdaas (PvdA), Hermans (LPF), Dezentjé Hamming (VVD), Van Hijum (CDA).

Plv. leden: Heemskerk (PvdA), Samsom (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Hessels (CDA), Vos (GroenLinks), Smeets (PvdA), De Ruiter (SP), Slob (ChristenUnie), Aptroot (VVD), Szabó (VVD), Van Dijken (PvdA), Waalkens (PvdA), Herben (LPF), Van Winsen (CDA), Halsema (GroenLinks), Jager (CDA), Vergeer (SP), Ten Hoopen (CDA), Van Haersma Buma (CDA), Bakker (D66), De Pater-van der Meer (CDA), Van Dam (PvdA), Van Beek (VVD), Dubbelboer (PvdA), Van den Brink (LPF), Luchtenveld (VVD), Buijs (CDA).

XNoot
2

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), ondervoorzitter, Vos (GroenLinks), Cornielje (VVD), Buijs (CDA), Van Beek (VVD), Schreijer-Pierik (CDA), voorzitter, Atsma (CDA), Oplaat (VVD), Geluk (VVD), Mosterd (CDA), Waalkens (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Verbeet (PvdA), Van den Brink (LPF), Vergeer (SP), Herben (LPF), Tichelaar (PvdA), Ormel (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Koopmans (CDA), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Koomen (CDA), Boelhouwer (PvdA), Douma (PvdA), Dubbelboer (PvdA), Kruijsen (PvdA).

Plv. leden: Slob (ChristenUnie), Vendrik (GroenLinks), Örgü (VVD), Spies (CDA), Dezentjé Hamming (VVD), Mastwijk (CDA), Ten Hoopen (CDA), Hofstra (VVD), Veenendaal (VVD), Samsom (PvdA), De Krom (VVD), Duivesteijn (PvdA), Eerdmans (LPF), Van As (LPF) Van Heteren (PvdA), Van Lith (CDA), Van Gent (GroenLinks), Van Bochove (CDA), Van der Laan (D66), Gerkens (SP), Jager (CDA), Timmer (PvdA), Depla (PvdA), Fierens (PvdA), Verdaas (PvdA).

Naar boven