29 612
Wijziging van de Wet waardering onroerende zaken en van enige andere wetten (meer doelmatige uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken)

nr. 12
AMENDEMENT VAN HET LID FIERENS

Ontvangen 27 oktober 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I wordt na onderdeel G het volgende onderdeel ingevoegd:

Ga. Na artikel 30 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 30a

1. Bij bezwaar tegen de op de voet van hoofdstuk IV bij beschikking vastgestelde waarde van een onroerende zaak, wordt bij de uitspraak op het bezwaarschrift de bij beschikking vastgestelde waarde gehandhaafd, indien de waarde bedoeld in hoofdstuk III niet meer dan tien procent afwijkt van de bij die beschikking vastgestelde waarde.

2. Bij beroep tegen de op de voet van hoofdstuk IV bij beschikking vastgestelde waarde van een onroerende zaak, verklaart de rechter het beroep ongegrond, indien de waarde bedoeld in hoofdstuk III niet meer dan tien procent afwijkt van de bij die beschikking vastgestelde waarde.

II

Aan Artikel XI wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Indien het eerste of tweede lid toepassing vindt, komt het in artikel I, onderdeel Ga, van deze wet opgenomen artikel 30a, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken te luiden:

2. Bij beroep of hoger beroep tegen de op de voet van hoofdstuk IV bij beschikking vastgestelde waarde van een onroerende zaak, verklaart de rechter het beroep respectievelijk het hoger beroep ongegrond, indien de waarde bedoeld in hoofdstuk III niet meer dan tien procent afwijkt van de bij die beschikking vastgestelde waarde.

Toelichting

Tegen beschikking betreffende de waardevaststelling van een onroerende zaak worden veel bezwaarschriften ingediend. Voor de indiener brengt het indienen van een bezwaar geen directe kosten met zich mee: de indiener heeft bij een bezwaar alleen iets te winnen. Behandeling van de bezwaar- en beroepschriften brengt een grote kostenpost met zich mee en betekent eveneens een zware maatschappelijke belasting, inclusief een belasting voor de zittende magistratuur. Een doelmatige uitvoering van de WOZ zou geholpen zijn bij een clausule t.a.v. de bezwaar- en beroepschriften. Daarom is het voorstel de geaccepteerde normafwijking bij taxaties van 10% te hanteren.

Fierens