29 588
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2003 (slotwet)

nr. 4
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2004

In het wetgevingsoverleg met de Tweede Kamer aangaande het Jaarverslag 2003 en het Onderwijsverslag 2003 van 14 juni jl. [Kamerstuknr. 2003–2004, 29 540/29 588/29 410/29 621, nr. 98 blz. 27] is namens de CDA-fractie de volgende vraag gesteld: «Met de slotwet is de post cultureel erfgoed € 1,1 miljoen hoger geworden. Dit geld is vooral aan het Nederlands Openluchtmuseum (NOM) en het Nederlands Scheepvaartmuseum (NSA) ten goede gekomen. Mijn fractie was erg verbaasd over dat er zulke hoge bedragen aan deze twee musea zijn verstrekt zonder dat de Kamer daarover geïnformeerd was, voorzover wij weten».

In genoemd overleg heb ik toegezegd om deze in vraag nog voor de stemming over de slotwet schriftelijk te beantwoorden.

Het NOM en het NSA werden geconfronteerd met ernstige urgente problemen. Het NOM werd geconfronteerd met ernstige (onvoorziene) liquiditeitsproblemen en het NSA zag zich geplaatst voor urgente problemen als gevolg van een schimmelexplosie in haar depot. Beide problemen waren mijns inziens dusdanig urgent dat ik mij genoodzaakt zag daarvoor extra middelen ter beschikking te stellen. Deze tegenvaller is binnen de begroting van OCW gedekt.

Hierbij is voorts van belang dat het oplossen van de problematiek plaatsvond op het moment dat de Tweede Suppletoire begroting reeds was ingediend.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. C. van der Laan