29 544 Arbeidsmarktbeleid

Nr. 276 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 januari 2011

Op 20 december 2010 heb ik bij brief met kenmerk 2010Z19761/2010D52537, van u het verzoek gekregen om een geactualiseerde kabinetsreactie op het SER-advies Diversiteit in het personeelsbestand aan de Kamer te zenden.

Het advies van de Sociaal Economische Raad getiteld Diversiteit in het personeelsbestand is op 19 juni 2009 vastgesteld. Op 16 december 2009 heeft het kabinet Balkenende IV daarop haar kabinetsreactie uw Kamer doen toekomen (29 544, nr. 218).

Het advies geeft antwoord op de vraag hoe diversiteit in het personeelsbestand kan bijdragen aan betere organisatieresultaten. Daarnaast is het advies ingekleurd met goede praktijkvoorbeelden waar werkgevers hun voordeel mee kunnen doen.

Inmiddels zijn wij ruim anderhalf jaar verder. Het SER-advies heeft niet aan actualiteit ingeboet en vele werkgevers hebben er kennis van genomen.

Het belang en de waarde van diversiteit in de overheidssectoren is onverminderd groot. Het hangt samen met de kwaliteit en herkenbaarheid van de overheid. Bovendien onderstrepen het verwachte tekort op de arbeidsmarkt in de komende tien jaar en de veranderingen in de samenstelling van het arbeidsaanbod het belang om als overheid een aantrekkelijke werkgever te blijven.

In de afgelopen tijd zijn veel instrumenten ontwikkeld en kennis vergaard. Die zijn voor alle overheidssectoren beschikbaar, zodat zij zelf aan de slag kunnen. Want, zoals in het SER-advies ook terecht wordt geconstateerd, diversiteitsbeleid is maatwerk.

Dit kabinet blijft de eerdere kabinetsreactie op het SER-advies onderschrijven, maar stopt echter wel met kwantitatieve doelstellingen. Zie daarvoor ook mijn brief aan de Tweede Kamer over diversiteitdoelstellingen (kenmerk 2010–0000774933). Monitoring blijft wel gehandhaafd door middel van kengetallen in de begroting van mijn departement, en door middel van de Trendnota Arbeidszaken Overheid en de diversiteitsindex. Daarmee blijft dit kabinet diversiteit agenderen en blijven sectoren en individuele overheidsorganisaties de gelegenheid hebben om zelf meetbare doelstellingen te formuleren. In de Trendnota Arbeidszaken Overheid zal ik rapporteren hoe de overheidssectoren hun eigen diversiteitbeleid vormgeven.

Op grond van het bovenstaande zie ik dan ook geen reden om een geactualiseerde kabinetsreactie op het SER-advies Diversiteit in het personeelsbestand aan uw Kamer te zenden.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner

Naar boven