29 528 Mediation en het rechtsbestel

Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 januari 2017

Naar aanleiding van de op 6 december jl. aangenomen motie (Handelingen II 2016/17, nr. 31, item 19) van de leden Recourt en Tellegen over het zo spoedig mogelijk aan de Kamer sturen van mediationwetgeving (Kamerstuk 34 550 VI, nr. 54) bericht ik u als volgt.

Tijdens de plenaire behandeling in uw Kamer van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor het jaar 2017 (Handelingen II 2016/17, nr. 29, item 9 en Handelingen II 2016/17, nr. 30, items 4, 7 en 12) heb ik aangegeven dat de consultatieperiode van een ontwerp van de Wet bevordering mediation recentelijk is afgesloten. De consultatie heeft geleid tot een groot aantal, soms omvangrijke, reacties. Hieronder bevinden zich enkele (zeer) kritische bijdragen, die in bepaalde gevallen tegengestelde richtingen bepleiten. Daarnaast heeft de Adviescommissie Burgerlijk Procesrecht een advies opgesteld over het wetsontwerp.

Gelet op de strekking van de motie en ter bevordering van de voortgang van het wetgevingsproces ben ik voornemens om in januari 2017 een of meerdere expertsessies te organiseren waarin de uitkomsten van de consultatie worden besproken, alsmede mogelijke oplossingen voor geconstateerde knelpunten worden verkend. Doel is te komen tot een wetsvoorstel dat kan rekenen op een zo breed mogelijk draagvlak. Voor deze expertsessie(s) zullen in elk geval organisaties worden uitgenodigd die een bijdrage hebben geleverd in het kader van de consultatie van het wetsontwerp.

Na deze expertsessie(s) zal ik het eventueel aangepaste wetsvoorstel via de ministerraad voorleggen aan de Afdeling advisering van de Raad van State en na verwerking van dat advies zo spoedig mogelijk aan uw Kamer zenden.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven