29 515 Aanpak regeldruk en administratieve lasten

Nr. 447 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN VOOR MEDISCHE ZORG EN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 juli 2020

In oktober 2019 informeerden wij u over de voortgang van het programma [Ont]Regel de Zorg.1 Daarbij sloten wij de uitkomsten van een eerste meting van de effecten van de maatregelen uit het programma, de merkbaarheidsscan. In maart van dit jaar heeft een tweede meting plaatsgevonden. Hierbij bieden wij u het eindrapport van de merkbaarheidsscan aan2. De belangrijkste conclusies van het onderzoek zijn als volgt:

  • Van de zes sectoren waar eerder een 0-meting is uitgevoerd is tonen vijf sectoren tussen 2019 en 2020 een (lichte) vermindering in de ervaren regeldruk;

  • Deze afname is het grootst onder fysiotherapeuten. Het cijfer dat zij geven is gedaald van een 7,5 naar een 6,7 op een schaal van 1 tot 9 waarbij 1 staat voor de laagste ervaren regeldruk en 9 voor de hoogste ervaren regeldruk;

  • Daarbij valt op dat de farmacie, huisartsenzorg en curatieve GGZ een lichte toename laten zien van de tijd die zorgverleners aan administratieve handelingen besteden;

  • De acceptatie van administratieve tijd is licht gestegen tussen 2019 en 2020, dit illustreert het belang van naast schrappen ook blijven inzetten op snappen.

Deze uitkomsten sluiten aan op het beeld uit de eerste meting en bevestigen de conclusie die wij in de vorige voortgangsrapportage trokken: het verminderen van de ervaren regeldruk is een taai vraagstuk, waarvoor een lange adem nodig is. Deze lichte vermindering is wat ons betreft nog niet voldoende en ook nog niet in de volledige breedte merkbaar. Ook de komende periode blijven wij ons hier dus volop voor inzetten. Een uitgebreide duiding van de onderzoeksuitkomsten in samenhang met de andere monitoringsinformatie behorend bij het programma [Ont]Regel de Zorg ontvangt u bij gelegenheid van de eerstvolgende voortgangsbrief over het programma. Deze kunt u in het vierde kwartaal van dit jaar tegemoet zien.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis


X Noot
1

Kamerstuk 29 515, nr. 441.

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven