29 513
Wijziging van enkele socialeverzekeringswetten en enige andere wetten in verband met het aanbrengen van enige vereenvoudigingen

nr. 13
AMENDEMENT VAN DE LEDEN BLOM EN NOORMAN-DEN UYL

Ontvangen 14 juni 2004

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Artikel II, onderdeel F, wordt vervangen door:

F

Artikel 76, eerste lid, komt te luiden:

1. Indien de werknemer die recht heeft op een uitkering op grond van hoofdstuk IIa of IIb, deelneemt of gaat deelnemen aan een voor hem, naar het oordeel van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, noodzakelijke opleiding of scholing blijft volgens door Onze Minister te stellen regels het recht op uitkering op grond van het desbetreffende hoofdstuk bestaan totdat die opleiding of scholing is beëindigd. Indien de werknemer, op grond van artikel 27, derde lid, de uitkering is geweigerd, wegens het niet of niet behoorlijk nakomen van de plicht tot het meewerken aan een scholing of opleiding die noodzakelijk wordt geacht voor zijn inschakeling in de arbeid, bedoeld in artikel 26, eerste lid, onderdeel f, eindigt de verlenging van de uitkering bedoeld in de eerste volzin met ingang van het moment van het niet of niet behoorlijk nakomen van de in die zin genoemde plicht.

Toelichting

Door dit amendement blijft de verlenging van de WW tijdens noodzakelijke scholing voor arbeidsgehandicapten bestaan. Twee maanden voor het einde van de scholing wordt in het geval van een verlengde WW, een sollicitatieplicht ingevoerd. Door deze wijziging worden gedeeltelijk arbeidsgehandicapte werklozen in staat gesteld om noodzakelijke scholing te blijven volgen zonder dat zij hun uitkering tijdens deze noodzakelijke scholing verliezen. De sollicitatieplicht zorgt ervoor dat zij zich tegelijkertijd richten op het krijgen van een baan direct na afloop van de scholing. Tevens wordt in dit amendement bepaald dat de verlenging van de WW wordt stopgezet wanneer blijkt dat de desbetreffende uitkeringsgerechtigde niet of onvoldoende heeft voldaan aan de plicht om mee te werken aan de scholing of opleiding die noodzakelijk wordt geacht voor zijn inschakeling in de arbeid en hem om die reden een maatregel is opgelegd. Voor het moment van het beëindigen van de verlenging van de uitkering wordt aangesloten bij het moment waarop de overtreding van de bedoelde verplichting plaatsvond.

Dit amendement kan leiden tot een besparingsverlies oplopend tot 32 miljoen euro, te financieren uit het Algemeen Werkloosheidsfonds.

Blom

Noorman-den Uyl

Naar boven