29 478
Regionale Benadering Westelijke Balkan

nr. 7
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 oktober 2006

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Kant en Bakker over nabestaanden van Srebrenica. Deze vragen werden ingezonden op 4 oktober 2006 met kenmerk 2060700770 (Aanhangsel der Handelingen II, vergaderjaar 2006–2007, nr. 213). Met deze brief doe ik tevens mijn toezegging tijdens het Algemeen Overleg Srebrenica van 30 maart 2006 (Kamerstuk 29 478, nr. 6) gestand u te informeren over de inventarisatie van de behoefte aan psycho-sociale zorg voor de nabestaanden.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A. M. A. van Ardenne-van der Hoeven

Naar boven