nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Les- en
cursusgeldwet te wijzigen in verband met de definiëring van de consumentenprijsindex;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Artikel 5 van de Les- en cursusgeldwet wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid wordt vervangen door:
2. Het lesgeld bedraagt naar de maatstaf van 1 augustus 2004 € 936,–.
Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de consumentenprijsindex.
Het bedrag wordt vastgesteld bij ministeriële regeling, waarin tevens
wordt bepaald wat onder de consumentenprijsindex wordt verstaan. Het bedrag
wordt afgerond op het naastbij gelegen gehele getal. Deze regeling wordt vastgesteld
voor 1 oktober voorafgaand aan het cursusjaar waarop de herziening van
het lesgeld betrekking heeft.
2. In het derde lid vervalt de tweede volzin.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand
na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,