29 453 Woningcorporaties

Nr. 275 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 september 2012

Bij brief van 5 april¹ heb ik uw Kamer het onderzoek van het Centraal fonds volkshuisvesting (CFV) naar de liquiditeitspositie per 31 december 2011 van woningcorporaties met een derivatenportefeuille doen toekomen. In mijn brief van 5 juni j.l.² heb ik aangegeven dat het CFV dit onderzoek zou herhalen met als peildatum 30 juni 2012. Bij deze doe ik uw Kamer de uitkomsten van dit herhaalde onderzoek, zoals weergegeven in de CFV-rapportage «Stresstest liquiditeitsrisico derivaten-portefeuille bij 167 corporaties», toekomen.*)

Evenals in haar eerdere onderzoek heeft het CFV gekeken in hoeverre corporaties in staat zijn om op de peildatum te kunnen voldoen aan onderpandverplichtingen bij een rentedaling van 1%. Daarbij is nu tevens rekening gehouden met de consequenties van het ontbinden van contracten als gevolg van «breakclauses» met een breakdatum in 2012.

Ondanks de gedaalde marktrente is het aantal corporaties dat niet voldoet aan de stresstest gedaald van negen ultimo december 2011 naar vier ultimo juni 2012, waarbij o.a. derivatencontracten zijn doorgezakt in leningen. Het CFV heeft mij geadviseerd om met het WSW in overleg te gaan over een versoepeling van het WSW-beleid inzake het faciliteren van dergelijke doorzakconstructies. In overleg met het Ministerie heeft het WSW aangegeven dat ze haar beleid ter zake zal herijken.

Twee van deze vier corporaties zijn door het CFV reeds onder verscherpt toezicht gesteld omdat ze in acute problemen zijn gekomen.

In totaal hebben de 167 corporaties met een derivatenportefeuille een liquiditeits-buffer van ca. € 1,3 miljard om een bijstortverplichting bij 1% rentedaling van € 0,9 miljard op te vangen.

Voor het overige verwijs ik u naar de CFV-rapportage zelf.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. E. Spies

*) Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

---

1 TK 2011/12, 29 453, nr.243

2 TK 2011/12, 29 453, nr.251