29 453
Woningcorporaties

nr. 147
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN, WIJKEN EN INTEGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 januari 2010

Hierbij informeer ik u over de beëindiging van het «vrije dochter» experiment van enkele Amsterdamse corporaties dat bekend staat als het Citynet-experiment. De door de corporaties Ymere, Rochdale, Stadsgenoot en De Key opgerichte vrije dochter had tot doel om een groot aantal woningen in Amsterdam aan te sluiten op glasvezel.

Dit volkshuisvestelijk experiment, goedgekeurd door toenmalig minister Dekker, had betrekking op aan uw Kamer voorgestelde beleidsveranderingen waarin een zogenaamde «vrije dochter constructie» mogelijk zou worden. Deze constructie past echter niet meer in het huidige beleid noch in mijn beleidsvoornemens, zoals reeds verwoord in mijn brief van 12 juni jl. (TK 2008–2009, 29 453, nr. 118).

De betrokken corporaties heb ik inmiddels geïnformeerd over de beëindiging van het experiment. Daar ik het belang van corporatiebetrokkenheid bij het aanleggen van glasvezel inzie, maar om te voorkomen dat er marktverstorend wordt geopereerd of te voorkomen dat corporaties zich bezig gaan houden met activiteiten die te ver van hun volkshuisvestelijke kerntaken liggen, is de corporaties toegestaan deel te nemen aan een dergelijke constructie, zo lang hun aandeel erin ongeveer overeenkomt met het aandeel van corporatiewoningen op het totaal dat wordt aangesloten op glasvezel. Deelname vindt dan plaats op basis van het proportionaliteitsbeginsel.

Ik vertrouw er op u hiermede voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

E. E. van der Laan

Naar boven