29 398 Maatregelen verkeersveiligheid

Nr. 980 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 december 2021

Zoals toegezegd aan uw Kamer tijdens het notaoverleg CBR van 19 april jl. (Kamerstuk 29 398, nr. 932) ontvangt u maandelijks de maandrapportage «corona-inhaalslag examens» van het CBR over het aantal theorie- en praktijkexamens en rijtesten dat is ingehaald, de actuele reserveringstermijn voor een examen en het slagingspercentage voor het praktijkexamen B. In de bijlage treft u de rapportage over de maand november jongstleden aan1.

Uit de maandrapportage blijkt dat er op dit moment geen aanleiding is om tijdelijke noodmaatregelen in te zetten. Aan u is toegezegd dat u over een eventueel voornemen om een tijdelijke noodmaatregel in te zetten op de hoogte wordt gesteld vóórdat de inzet geëffectueerd wordt. Van het eventueel inzetten van een tijdelijke noodmaatregel is pas sprake als de streeftermijn wordt overschreden.

De gemiddelde reserveringstermijn voor het eerste praktijkexamen B was eind november 6,2 weken en daarmee binnen de reguliere KPI van 7 weken en binnen de streeftermijn van maximaal 14 weken voor dit jaar. Er is voor wat betreft het praktijkexamen wel sprake van grote spreiding tussen examenlocaties (variërend van 1 tot 11 weken). Vooral in de Randstad zijn de reserveringstermijnen langer blijkt uit de rapportages van de afgelopen maanden. De verklaring hiervoor is de druk op de examenlocaties die in de Randstad altijd relatief groot is, ook voordat COVID-19 leidde tot stijgingen van reserveringstermijnen.

De gemiddelde reserveringstermijn voor het theorie-examen B is aanzienlijk gestegen ten opzichte van de vorige rapportage en bedroeg eind november 11,3 weken en is daarmee binnen de streeftermijn van maximaal 14 weken voor dit jaar. Ook daar is sprake van een grote spreiding tussen de locaties (variërend van 3 tot 19 weken). De oorzaak van deze stijging is gelegen in het terugbrengen van de zaalcapaciteit na de aanscherping van COVID-19 maatregelen per 13 november jongstleden. Op plekken waar geen toegangsbewijs verplicht is, zoals bij het CBR, dient 1,5 meter afstand van andere mensen te worden gehouden. Hierdoor is de capaciteit van de theorie-examenzalen weer teruggebracht naar 12 plaatsen (in plaats van de maximale capaciteit van 24). Als gevolg hiervan is een groot aantal theorie-examens dat was gepland geannuleerd. De betreffende kandidaten hebben voorrang gekregen om het examen zo spoedig mogelijk in te

kunnen halen. Het CBR zet zich maximaal in om zoveel mogelijk examencapaciteit beschikbaar te stellen, met inachtneming van de geldende maatregelen gericht op de bestrijding van COVID-19. De ontwikkelingen van de reserveringstermijnen worden nauwgezet gemonitord door het CBR en uiteraard zullen de ontwikkelingen in de maandrapportages terugkomen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Visser


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven