29 397
Trajectnota/MER RW 31 Zurich–Harlingen

nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 augustus 2005

Met deze brief wil ik u informeren over de stand van zaken inzake het Tracébesluit N31 Zurich-Harlingen. Het Ontwerp-Tracébesluit is vastgesteld op 18 februari 2005. Gelet op hetgeen de Tracéwet aangeeft zou het Tracébesluit uiterlijk op 18 juli 2005 moeten zijn vastgesteld. Naar verwachting wordt dit echter eind oktober 2005. Deze vertraging heeft geen invloed op de bestuurlijk afgesproken einddatum in 2008.

Een belangrijke reden voor de vertraging is dat de inspraak op het Ontwerp Tracé-besluit nog enkele discussiepunten met omwonenden heeft opgeleverd. Er is door Rijkswaterstaat Noord-Nederland veel tijd geïnvesteerd (meer dan voorzien) om deze discussiepunten in goed overleg te beslechten. Het gaat hier om punten zoals het verkennen van mogelijkheden tot het minnelijk aankopen van benodigde percelen. Deze discussiepunten hebben enige aanpassingen op het Ontwerp-Tracébesluit tot gevolg gehad, waarna aanvullende onderzoeken zijn uitgevoerd. Hierin is tijd geïnvesteerd om eventuele beroepen bij de Raad van State te voorkomen.

Bestuurlijk is met de betreffende regio afgesproken dat de realisatie van dit project in 2008 wordt afgerond. Dit staat ook als zodanig in het MIT. Om dit te kunnen bereiken werkt Rijkswaterstaat Noord-Nederland in dit project met de zogenoemde vervlechting (opstarten marktbenadering voorafgaand aan het vaststellen van het Tracébesluit).

Het accent heeft de laatste maanden gelegen op het tijdig opstarten van deze marktbenadering. In dat verband vermeld ik graag dat het project inmiddels op de aanbestedingskalender is gezet.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Naar boven