29 379
Wijziging van de Wet tarieven gezondheidszorg in verband met experimenten, prestatiebekostiging en enige andere maatregelen (WTG ExPres)

nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 december 2004

Hierbij informeer ik u over de stand van zaken rondom het experiment met vrije tariefsvorming binnen de fysiotherapie. In het bijzonder ga ik in op de situatie die is ontstaan als gevolg van de vertraagde inwerkingtreding van de herziene Wtg (Wtg ExPres).

Bij brief van 11 augustus 2004 heb ik u gemeld om per 1 januari 2005 met inwerkingtreding van de Wtg ExPres de wettelijke maximumtarieven los te laten. Inmiddels staat vast dat de Wtg ExPres later dan 1 januari 2004 van kracht zal zijn. Dat kan tot gevolg hebben dat fysiotherapeuten die een hoger tarief dan het vigerende tarief zijn overeengekomen, in de periode van 1 januari 2005 tot aan de inwerkingtredingsdatum van de Wtg ExPres, dit hogere tarief niet kunnen declareren.

Ter overbrugging van de periode tot aan de inwerkingtreding van de Wtg ExPres, hebben de zorgverzekeraars zich na overleg met de beroepsgroep bereid verklaard om het eventuele verschil tussen het gecontracteerde tarief en het vigerende maximumtarief in de loop van 2005 met de fysiotherapeuten te verrekenen. Dat kan omdat na inwerkingtreding van de Wtg ExPres vrijheid van tarieven bestaat. Ook zijn zorgverzekeraars en beroepsgroep overeengekomen om een onafhankelijke commissie in te stellen om individuele problemen in de contractering tussen zorgverzekeraar en fysiotherapie te beoordelen en van advies te voorzien.

Om die reden resteert er geen aanleiding om specifiek voor de periode van 1 januari 2005 tot aan de datum van inwerkingtreding van de Wtg ExPres, een overbruggingstarief te creëren. Daarom heb ik mijn goedkeuring aan de daartoe strekkende beleidsregel onthouden, mede gelet op het feit dat een tariefsaanpassing zo vlak voor de liberalisering van de tarieven, ongewenste marktbeïnvloeding zou genereren. Een afschrift van de brief aan Ctg/Zorgautoriteit i.o. treft u hierbij1 aan. Voorts treft u bijgaand een brief aan met mijn standpunt over directe toegang voor de fysiotherapie.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven