29 283
Onderzoek naar infrastructuurprojecten

nr. 50
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 mei 2008

Bij deze voldoe ik, mede namens de Minister van Economische Zaken, aan het verzoek van de heer Madlener om een reactie op de uitlatingen van de voorzitter van Bouwend Nederland. Tevens beantwoord ik de vragen van het lid Van der Ham (D66) over de wens van de voorzitter van Bouwend Nederland om een verkeersramp (Aanhangsel der Handelingen, vergaderjaar 2007–2008, nr. 2390).

Dit kabinet geeft hoge prioriteit aan de bereikbaarheid in Nederland. Voor de verbetering van de bereikbaarheid is veel nodig: we moeten infrastructuur aanleggen om het aanbod te vergroten, de wegcapaciteit beter benutten, prijsbeleid introduceren en mobiliteitsmanagement een impuls geven om de weggebruiker te prikkelen om bewuster om te gaan met het gebruik van de auto. Aan al deze instrumenten wordt hard gewerkt om zo snel mogelijk tot resultaten te komen. Van de stand van zaken wordt uw Kamer op de hoogte gehouden. De Vaste Commissie van Verkeer en Waterstaat en ik spreken daar geregeld over.

De uitspraken van de voorzitter van Bouwend Nederland hadden vooral betrekking op de aanleg van infrastructuur. Wij onderschrijven de analyse dat op dat vlak meer slagkracht nodig is. Op 21 april 2008 heeft de Commissie Versnelling besluitvorming infrastructurele projecten zijn eindrapport gepresenteerd. Daarin wordt geanalyseerd hoe het komt dat de aanleg van infrastructuur in Nederland zo lang duurt en worden voorstellen gedaan tot versnelling. De commissie concludeert dat de besluitvorming over de aanleg van wegen sneller en beter kan. Met het kabinetsstandpunt op dit advies en de uitvoering daarvan ga ik in hoog tempo aan de slag. Maar in de tussentijd zitten we niet stil. Ook binnen de huidige kaders werken we in Randstad Urgent op een andere manier samen met de mede-overheden. Daar hebben we duo’s van een (vak)minster of staatsecretaris en een regionale bestuurder gemaakt om de bestuurlijke complexiteit van de projecten beter te beheersen. De bestuurlijke duo’s zijn gezamenlijk verantwoordelijk de voortgang van een project.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings